Bedevaartplaatsen in Frankrijk – Lourdes

GESCHIEDENIS

Op 7 januari 1844 wordt Bernadette Soubirous in Lourdes geboren. Het gezin Soubirous verkeert in een redelijke mate van welstand en dit komt door het werk in de watermolen. Echter, de industriële ontwikkeling in het midden van de 19e eeuw heeft onder andere gevolgen voor het beroep van molenaar. Bovendien deelt de overheid gratis bloem uit om de hongersnood onder de bevolking in het zuiden van Frankrijk te bestrijden. Uiteindelijk worden deze gebeurtenissen noodlottig voor de traditionele molenaar. Vader Soubirous verdient steeds minder in de molen en hij geeft ook heel wat weg aan armen. Wat later raakt hij zonder werk en hierdoor is het moeilijk rond te komen. De armoede slaat toe. In 1855 moet het gezin de molen verlaten.

Bernadette Soubirous heeft een zwakke gezondheid. Zij heeft onder andere last van astma en is regelmatig ziek. Ook krijgt zij cholera. Bernadette gaat naar het nabij gelegen Bartrès om er te leven bij bekenden. Zij verblijft een tijd bij de familie Laguës. Hier is Bernadette ook als baby gevoed.

Het gezin Soubirous kan door de armoede geen geld voor een huis uitgeven. Uiteindelijk wordt een voormalige, afgekeurde, kleine gevangenis de woonplek. Tegen het einde van het jaar 1857 verblijft het gezin dan ook in het “cachot”. Enige maanden later komt Bernadette terug naar de familie in Lourdes.

Bernadette ervaart wat het is in armoede te leven, een broze gezondheid te hebben, op school niet mee te kunnen komen, weinig ontwikkeld te zijn en sociaal als minderwaardig te worden beschouwd. Deze kenmerken geven Maria de gelegenheid via Bernadette haar stem te laten horen.

In 1858 verschijnt Maria 18 maal aan Bernadette Soubirous te Lourdes. De data van het bezoek van Onze-Lieve-Vrouw zijn: in februari op de dagen 11, 14, 18, 19, 20, 21, 23, 24, 25, 27, 28, in maart op de dagen 1, 2, 3, 4, 25, op 7 april en als laatste keer op 16 juli 1858.

Op 11 februari 1858 gaat Bernadette met twee meisjes bij de rivier Gave de Pau hout sprokkelen. Ze hoort wat geruis, maar de bladeren aan de bomen bewegen niet. Om de rivier over te steken doet Bernadette de schoenen uit en na voorzichtig stapjes te zetten bereikt ze de andere oever. Bernadette komt bij de Grot en hoort weer geruis. Ze kijkt naar de Grot en ziet een Dame in het wit gekleed en een blauwe ceintuur om. Op elke voet heeft de verschijning een gele roos. De rozen hebben dezelfde kleur als de rozenkrans in de handen van de Dame. Bernadette wrijft de ogen uit, omdat ze denkt zich te vergissen. De Dame maakt een kruisteken. Bernadette probeert het met trillende hand na te doen, maar kan de hand niet naar het voorhoofd brengen. Even later gaat het wel en Bernadette begint de rozenkrans te bidden, want deze heeft ze altijd bij zich. De Dame laat de kralen langzaam door de vingers glijden, maar haar lippen bewegen niet. Als Bernadette de rozenkrans heeft gebeden, wenkt de Dame haar naderbij te komen, maar zij durft niet. Plots is de Dame verdwenen. Vervolgens vraagt ze aan haar twee metgezellen of zij ook wat hebben gezien. De twee andere meisjes hebben niets gezien en gehoord. Alleen Bernadette is getuige van de verschijning. Het verslag van deze verschijning brengt zij later uit aan pater Charles Ferdinand Gondrand (geboren in 1824), die aan het klooster te Bétharram is verbonden. Hij ontmoet Bernadette tijdens een retraite te Lourdes in september 1860 en verzoekt haar de gebeurtenis op te schrijven. Op 28 mei 1861 zet Bernadette haar herinneringen op papier, maar de brief die verzonden is aan Gondrand in Betharram, wordt naar haar teruggestuurd. De pater is daar niet meer. Als Bernadette in Nevers overlijdt heeft zij deze brief nog in bezit.

Bernadette noemt de verschijning “Aquero” in het dialect van de streek en betekent “die daar”.

Op 13 februari 1858 vertelt Bernadette aan haar biechtvader, kapelaan Bertrand-Marie Pomian (1822-1893), wat haar twee dagen eerder is overkomen. In Pomian heeft Bernadette een groot vertrouwen. Sinds 1851 is Pomian kapelaan in de parochie van Lourdes en vanaf 1857 is hij verbonden aan het plaatselijk hospice als aalmoezenier.

De tweede verschijning is op 14 februari 1858. Bernadette voelt drang en haast om naar de Grot te gaan. Na enkele weesgegroetjes ziet zij weer de mooie Dame met een rozenkrans aan de arm en sprenkelt wijwater in de richting van de Verschijning. De Dame glimlacht en buigt het hoofd als Bernadette Haar meer wil besprenkelen. De Dame maakt kruistekens. Bernadette gaat verder met het bidden van de rozenkrans en de Dame verdwijnt.

Op 18 februari 1858 is er de derde verschijning. De Dame glimlacht en spreekt voor het eerst. Op aanraden van mensen heeft Bernadette papier en inkt meegenomen om de Dame te vragen op te schrijven wat Zij vraagt. Bernadette krijgt te horen dat wat Ze vertelt niet behoeft te worden opgeschreven. Zij vraagt aan Bernadette om gedurende twee weken te komen. De Dame zegt dat Zij Bernadette niet belooft gelukkig te maken in deze wereld, maar in de andere.

Op 19 februari 1858 is de vierde verschijning. Bernadette vindt de Dame weer heel mooi. De Verschijning zegt niets.

De vijfde verschijning vindt plaats op 20 februari 1858. De Dame glimlacht tegen Bernadette.

De volgende dag, 21 februari 1858, is de zesde verschijning aan Bernadette.

Na een dag geen verschijning te hebben gezien, komt de Dame op 23 februari 1858. Dit is de zevende verschijning bij de Grot.

Op 24 februari 1858 is er de 8e verschijning. Bernadette is verdrietig en “de Dame” zegt in het plaatselijk dialect: “Boete! Boete! Boete! Bid tot God voor de bekering van de zondaars.” Bernadette ziet dat de Dame de lippen niet beweegt en dat de kralen van de rozenkrans door haar handen glijden. Bernadette kust de grond als teken van boete.

De negende verschijning gebeurt op 25 februari 1858. De Verschijning zegt dat Bernadette naar de bron moet gaan om zich daar te wassen. Het meisje ziet geen bron en gaat naar de rivier Gave de Pau om te drinken en zich te wassen. De Dame wenkt haar en wijst naar de Grot. Achterin de ruimte vindt zij een beetje modderig water en zij krabt verder in de grond. Het vuile water wordt meer helder en Bernadette drinkt ervan. Vervolgens laat de Dame haar kruid bij de bron eten. Daarna is de Verschijning weg.

Tijdens de tiende verschijning van 27 februari 1858 wast Bernadette zich met water van de bron en de dame laat haar weer wat kruid eten.

De elfde verschijning is op 28 februari 1858 en de 12e verschijning vindt plaats op 1 maart.

De Dame” zegt op 2 maart 1858, het is de 13e verschijning, tot haar: “Ga aan de priesters zeggen hier een kapel te bouwen en dat men er in processie moet komen”. Tijdens een verschijning zegt de Dame ook: “Ga drinken van de bron en was u er.” De Dame verdwijnt en Bernadette gaat opnieuw naar kapelaan Pomian en vertelt hem wat “de Dame” haar eerder op de dag heeft gezegd. Hij vraagt aan Bernadette of hij haar belevenissen mag vertellen aan de pastoor, Dominique Peyramale (1811-1877), die in Lourdes actief is in de jaren 1855-1877. Bernadette stemt hierin toe. De pastoor reageert verre van enthousiast op hetgeen hem wordt verteld. Hij wil weten van wie Bernadette de boodschappen ontvangt. Dit te weten komen, is de opdracht aan Bernadette.

De veertiende verschijning is op 3 maart 1858. Bij de Grot bidt Bernadette de rozenkrans. Dan komt de Dame en Bernadette vraagt Haar wat de pastoor, die de naam van de dame wil weten, haar heeft opgedragen: “Wie bent U?” De Dame glimlacht en zwijgt. Na het bezoek aan de Grot vertelt Bernadette aan de pastoor dat zij de boodschap van hem heeft doorgegeven, maar geen antwoord van de dame heeft gekregen. Daarop zegt de pastoor dat zij hem voor de gek houdt en niet meer naar de Grot moet gaan.

Op 25 maart 1858 zegt de Dame wie Zij is: “Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis.” Daarbij richt Zij de ogen naar de hemel en brengt de gevouwen handen ter hoogte van de borst. Dit zijn de laatste woorden, die Bernadette van Haar hoort. Na de verschijning gaat Bernadette meteen naar de pastoor en herhaalt onderweg voortdurend de woorden die de Dame in het dialect heeft gezegd en die zij niet begrijpt. De pastor vraagt of zij zeker is van de woorden en dan gelooft hij dat bij de Grot Onze-Lieve-Vrouw is geweest.

Een andere bijzondere gebeurtenis vindt plaats op 7 april 1858 bij de 17e verschijning. Bernadette houdt een brandende kaars vast. De vlam raakt de handen, maar zij voelt niets van het vuur. Er is geen enkel spoor van verbranding.

De laatste verschijning is er op 16 juli 1858. Bernadette is tegenover de Grot, aan de overkant van de rivier Gave de Pau. Zij zegt dat de Verschijning nog nooit zo mooi is geweest.

Bernadette Soubirous brengt meermaals een bezoek aan de pastoor Peyremale. Echter, in het begin staat hij niet open voor haar verhalen en toont een nors gedrag. De pastoor ontvangt wel op vriendelijke wijze jonge mensen uit de betere kringen. Op haar eerste bezoek aan pastoor Peyremale is zij vergezeld door twee tantes. Bernadette loopt een traumatische ervaring op, want zij heeft niet de juiste woorden van de Verschijning kunnen onthouden, die betrekking hebben op de door Onze-Lieve-Vrouw gevraagde processie. De pastoor reageert negatief en dit komt hard bij Bernadette aan. Hiermee toont zij haar kwetsbaarheid.

Op 16 juli 1858 is de laatste verschijning in Lourdes aan Bernadette Soubirous. Het is de feestdag van Onze-Lieve-Vrouw van de Berg Karmel. De autoriteiten hebben de toegang tot de Grot versperd. Hierdoor is Bernadette genoodzaakt naar de overkant van de rivier Gave de Pau te gaan om over de versperring de verschijning te zien. Gedurende deze verschijning wordt niet gesproken door Maria; het is een tijdelijk afscheid in stilte. Bernadette zegt dat zij Onze-Lieve-Vrouw nog nooit zo mooi heeft gezien.

Maria verschijnt aan Bernadette 18 maal te Lourdes. Tijdens de verschijningen wordt het steeds drukker, want vele belangstellenden en nieuwsgierigen willen ook zien wat er gebeurt. Ook willen zij aanschouwen wat Bernadette bij de Grot doet als er een verschijning plaatsvindt. Als Bernadette een kruisteken maakt, zijn er duizenden ogen op haar gericht. Door de verschijningen krijgen veel mensen belangstelling voor Bernadette en dit levert druk op voor haar en het gezin Soubirous. De pastoor van Lourdes vindt het raadzamer Bernadette in bescherming te nemen. Zo komt zij bij de Zusters van Liefde in het kleine, plaatselijke ziekenhuis.

De teksten van Onze-Lieve-Vrouw, uitgesproken in het plaatselijke dialect, zijn niet meteen vastgelegd. Het interpreteren van de woorden van Maria vereist grondige kennis van de context in 1858 van Bernadette, de bewoners van de plaats Lourdes, andere betrokkenen en de politieke situatie. Bernadette wordt verhoord en is het slachtoffer van listen en misleidingen van Jacomet, de commissaris van politie. Veel onderzoek door derden brengt duidelijkheid in hetgeen Bernadette heeft ervaren bij de Grot.

Opmerkelijk is dat de verschijningen in Lourdes bij de Grot van Massabielle zijn herkend door Catherine Labouré, waaraan Maria in Parijs is verschenen. Catherine zegt: “Zij is dezelfde!” Ook Don Bosco herkent de verschijningen en dit lang voor de kerk deze heeft erkend.

kaarsen met intenties te Lourdes

Bertrand-Sévère Laurence (1790-1870), bisschop van Tarbes (1845-1870) ontmoet Bernadette Soubirous voor het eerst op 5 februari 1860. Er is dan een onderzoek gaande omtrent de echtheid van de verschijningen. Bijna twee jaar later, op 18 januari 1862, komt er een officiële publicatie van de bisschop van Tarbes, Laurence, waarin hij het bovennatuurlijke van de verschijningen van Maria te Lourdes erkent. De bisschop heeft de goedkeuring van de echtheid van de verschijningen geopenbaard, omdat met name gelovigen tekenen van Onze-Lieve-Vrouw hebben gehad. Dit geeft een enorme impuls aan de bekendheid van Lourdes en het aantal pelgrims neemt aanzienlijk toe.

Op 13 oktober 1862 start de bouw van de kerk boven de Grot. Dit wordt de “bovenste basiliek” met de afmetingen 51 m lang en 21 m hoog.

In de nis van de Grot te Lourdes staat een Mariabeeld van Joseph-Hugues Fabisch (1812-1886). Dit beeld is 1,83 cm hoog en gemaakt van het Italiaanse Carrara-marmer. Op 4 juli 1864 is het geplaatst in de Grot, waar Maria is verschenen aan Bernadette Soubirous. De crypte te Lourdes gelegen boven de Grot is de eerste kerk in het heiligdom die wordt ingezegend. De inwijding vindt plaats op 19 mei 1866. Hierbij is Bernadette Soubirous aanwezig. De crypte heeft twee zij-ingangen. In 1904 wordt de lange gang naar de crypte aangelegd.

Op 4 juli 1866 neemt Bernadette afscheid van de Grot, verlaat Lourdes en gaat zij op reis naar Nevers om in te treden in het klooster van de Congregatie van de Zusters van Liefde. Zij krijgt de naam zuster Marie-Bernard. Het eerste deel van deze naam, Marie, verwijst naar Onze-Lieve-Vrouw en het tweede deel onderstreept de band met haar peettante naar wie zij bij het doopsel is vernoemd.

Marie-Thérèse Vauzou (1825-1907) is vanaf 1861 leidster van de novicen in het klooster Saint-Gildard te Nevers. Bernadette maakt kennis met haar als zij in het klooster aankomt. Marie-Thérèse Vauzou gelooft niet in de visoenen van Bernadette en behandelt de nieuwe bewoonster koel en streng. Zij is vastbesloten Bernadette geen status van beroemde vrouw te verlenen. In de jaren 1881-1899 is zij overste van het klooster, dus na het overlijden van Bernadette Soubirous. Marie-Thérèse Vauzou is tegenstander van zalig-en heiligverklaring van Bernadette en zij uit dit als de zieneres in 1879 sterft. Zij verzoekt met klem met het proces van zaligverklaring te wachten tot na haar overlijden. In 1909, twee jaar na het sterven van Marie-Thérèse Vauzou, begint het proces van zaligverklaring van Bernadette Soubirous te Lourdes.

Bij de zusters in Nevers werkt zij, maar ook is zij vaak ziek. In het klooster van Nevers is Bernadette verantwoordelijk voor het ziekenvertrek. Zij leeft er nog 18 jaar en komt niet meer naar Lourdes. Bernadette overlijdt op 16 april 1879 in Nevers op 35-jarige leeftijd, nadat zij lang in de ziekenzaal “Sainte Croix” heeft gelegen. Vanwege de witte gordijnen rond het bed noemt zij dit haar witte kapel en daar houdt zij vaak een kruisbeeld vast. Zij is er opgebaard in een glazen schrijn. Bernadette Soubirous is in 1925 zalig en in 1933 heilig verklaard.

avondprocessie in Lourdes

Op 13 maart 1874 geeft paus Pius IX (1846-1878) de titel “basiliek” aan de kapel van de Onbevlekte Ontvangenis. Dit is de bovenste basiliek boven de Grot. In 1872 is de torenspits gereed en in dat jaar is de eerste georganiseerde bedevaart uit België naar Lourdes.

De plechtige wijding van de basiliek van de Onbevlekte Ontvangenis is op 2 juli 1876. Deze bovenkerk blijkt al snel te klein te zijn om de vele pelgrims te ontvangen. Uitbreiding van het gebouw blijkt niet mogelijk. Het idee rijpt om nog een kerk te bouwen. Op 3 juli 1876 wordt het beeld van de Maagd Maria gekroond, na autorisatie door paus Pius IX. De beeltenis wordt genoemd “beeld van de Gekroonde Maagd”. Op 16 juli 1883, precies 25 jaar na de laatste verschijning, wordt de eerste steen gelegd van de basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans. In 1896 is het werk klaar voor gebruik en biedt plaats aan 1500 persoenen. In 1901 is de ruimte geconsacreerd.

In 1883 wordt de eerste, georganiseerde bedevaart van Nederland naar Lourdes gehouden.

In 1889 wordt in België de eerste genezing gemeld met een relatie tot Lourdes. Een verlamde man uit Luik kan weer gaan na een intense noveen tot Onze-Lieve-Vrouw te houden en bronwater uit Lourdes te drinken.

De Nederlandse, Limburgse Bedevaart naar Lourdes ontstaat in 1921.

In 1923 vindt de oprichting plaats van het Nederlandstalige tijdschrift “Stemmen uit Lourdes”. Deze periodieke uitgave wordt later het “Magazine voor De Pelgrim”.

Op 25 maart 1958 is de ondergrondse basiliek van Sint-Pius X ingewijd door kardinaal Angelo Giuseppe Roncalli (1881-1963), de latere paus Johannes XXIII (1958-1963).

Op 25 maart wordt de Bernadettekerk geconsacreerd.

In 1997 komt het “Accueil Notre-Dame” gereed. Dit centrum ontvangt jaarlijks duizenden pelgrims, die verzorging nodig hebben.

Tijdens de corona-pandemie van 2020-2022 is het baden in het heiligdom onmogelijk. Door het gevaar van besmetting met het virus zijn de baden gesloten. Hiervoor in de plaats is een gebaar met water gekomen, namelijk water scheppen om gezicht, handen of meer te wassen. Na de pandemie is deze verandering gebleven en slechts bij hoge uitzondering kan en pelgrim nog geheel het bad in met water van Lourdes.

door brand verwoeste kaarsenkapellen te Lourdes

Op 10 juli 2022 richt een brand grote, materiële schade aan in drie kaarsenkapellen aan de overzijde van de rivier Gave de Pau, tegenover de Grot. Vermoedelijk heeft de hete wind het vuur van de kaarsen doen uitbreiden naar de houten constructie van de kapellen. Brandstichting is volgens bewakingscamera’s uitgesloten. Nadat in 2020 en 2021 weinig bezoekers naar het heiligdom zijn gekomen door corona-pandemie, komt de brand wel heel ongelegen. Immers, de kaarsenverkopen bedragen zo’n 40% van de inkomsten van de bedevaartplaats en in de 7 kaarsenkapellen kunnen tegelijkertijd 4000 kaarsen branden. De schade wordt geraamd op € 1,5 miljoen en dit met een jaarbegroting van het gehele heiligdom van € 30 miljoen. Op 11 februari 2023 heeft de rector van het heiligdom Michel Daubanes (1964) de nieuwe kapellen ingezegend, die in 2022 door brand zijn vernield.

door brand verwoeste kaarsenkapellen in Lourdes

Per 1 september 2022 volgt Michel Daubanes (1964) Olivier Ribadeau-Dumas (1961) op als rector van het bedevaartsoord. Op 22 september 2022 is Michel Daubanes geïnstalleerd tijdens een eucharistieviering in de Rozenkransbasiliek. Hij heeft een mandaat van 5 jaar en dat kan eenmalig worden verlengd met 5 jaar. De nieuwe rector heeft in Evreux gewerkt en is hoogleraar Bijbelexegese.

de avondprocessie trekt vooral in de zomerperiode veel bezoekers en vooral eind juli 2023
avondprocessie in Lourdes met veel jongeren aan het eind van juli 2023

Aan het eind van maand juli 2023 zijn zijn er ongekend veel pelgrims in Lourdes. Op 28, 29 en 30 juli zijn er veel jongeren die een tussenstop hebben in Lourdes. Daarna gaan zij verder naar het Portugese Lissabon om er de Wereldjongerendagen bij te wonen, waar ook paus Franciscus een bezoek brengt.

speciale reisreliekhouder uit Lourdes, met onderaan de woorden “il suffis d’aimer”(gewoon liefde)
reisreliekschrijn in de parochiekerk Onze Lieve-Vrouw van Lourdes te Bergen op Zoom

In april 2024 maakt een speciaal versierde reliekschrijn van de heilige Bernadette Soubirous een rondgang door Nederland. In de reliekhouder is een stukje bot van Bernadette aanwezig. Onderaan de reliekschrijn staat de tekst “il suffis d’aimer” (gewoon liefde). De reliek doet alle 7 Nederlandse bisdommen aan. De reisschrijn verwijst naar de verschijningen van Maria aan Bernadette in 1858. Hierdoor vertegenwoordigt de reliekschrijn een stukje van Lourdes in andere plaatsen. De schrijn is speciaal gemaakt om op tournee te gaan en brengt zo Lourdes naar mensen buiten de befaamde bedevaartplaats. De rondgang in Nederland stimuleert ook belangstellenden om op bedevaart naar Lourdes en Nevers te komen. Het is voor het eerst dat deze reliek naar Nederland komt. Op 23 april 2024 is de reliek, met een stuk steen uit de Grot van Lourdes en een Lourdesbeeld in de parochiekerk “Onze Lieve Vrouw van Lourdes” te Bergen op Zoom. In de ochtend is er een welkomstviering, in de middag komen velen bij de reliek op bezoek, in het vroeg van de avond is er een eucharistieviering, daarna een processie en tot besluit een nachtwake. De ochtend daarop is de reliek uitgezwaaid.

steen uit de Grot van Lourdes, die de reisreliekschrijn vergezelt
Lourdesbeeld als gast bij de reisreliekschrijn van Bernadette

Vanaf 1858 hebben er in Lourdes miraculeuze, onnatuurlijke genezingen plaatsgevonden en vele pelgrims zeggen genezingen in het hart te ervaren. Eenmaal per jaar komt een comité van meer dan 20 artsen bijeen. De leden van deze commissie kunnen een genezing medisch onverklaarbaar noemen en dit na een jarenlang onderzoek. De meeste pelgrims ervaren geen lichamelijke of geestelijke genezing, maar wel bemoediging door Onze-Lieve-vrouw. Zij ontvangen van Maria kracht om verder te kunnen gaan. Het gebed bij de Grot is het medicijn voor de ziel. Dit verandert het leven van de bedevaarders. De ervaring leert dat door genezing te eisen er geen verbetering van de situatie komt. Tot heden zijn 70 onnatuurlijke, wonderbaarlijke genezingen erkend.

BEDEVAARTSOORD

Het Heiligdom te Lourdes komt menigeen binnen via de grote Sint-Michielspoort of Michaëlpoort en ziet het imposante Bretoens kruis. Links hiervan ligt de indrukwekkende, ondergrondse basiliek. In de verte ziet de bezoeker twee basilieken boven elkaar, namelijk deze van de Onbevlekte Ontvangenis en daaronder de Rozenkransbasiliek. Door verder te wandelen en rechts te gaan van deze twee basilieken, komen de pelgrims bij de Grot. Bij deze Grot heeft Maria 18 keer met Bernadette Soubirous een ontmoeting. In Lourdes worden per dag duizenden kaarsen aangestoken. Dit gebeurt aan de overkant van de rivier de Gave de Pau. Er zijn twee kruiswegen te volgen, namelijk een gelijkvloers in het Heiligdom en een andere op de heuvel, naast het “Sanctuaire”. Deze tweede kruisweg vertoont de staties met grote, witte beelden.

gekroonde Mariabeeld in Lourdes

Lourdes is voor velen de plek waar iedereen zich welkom kan voelen en dit ongeacht de achtergrond of afkomst. Steeds ervaren de pelgrims, dat de pastorale zorg voor de bedevaartgangers er groot is. Het spirituele karakter van het Heiligdom wordt er op vele wijzen benadrukt, zoals door het bijwonen van vieringen, het volgen van de kruisweg, de bezoeken aan de Grot en het deelnemen aan processies. De aandacht voor gebed en zang is er nadrukkelijk aanwezig en dit uit zich op massale wijze bij de kaarsenprocessie, welke in de avond door het Heiligdom trekt. Ook is de parochiekerk te bezoeken. Echter, Bernadette is nooit in deze kerk geweest. De bouw van dit godshuis start in 1875, na haar vertrek naar Nevers, en is pas klaar in 1903, na haar overlijden. In de parochiekerk is de doopvont van de vorige kerk geplaatst. Deze geeft aan waar Bernadette is gedoopt. Bij de doopvont hangt een retabel. Deze is gemaakt ter gelegenheid van de 150e verjaardag van de verschijningen. Ook de doopakte van Bernadette is er te zien. Verder is er een “jubileumroute” te volgen, welke de plekken aandoet, waar Bernadette heeft gewoond of er is geweest.

wassenbeeldenmuseum te Lourdes
tafereel van Maria-Boodschap in het wassenbeeldenmuseum te Lourdes

In de Rue de la Grotte 87, het gevestigd “Musée de Cire Lourdes”. Dit wassenbeeldenmuseum toont levensgrote, wassen personages. Deze beelden vertellen onder meer het bezoek van de engel Gabriël aan Maria, het bezoek van de Drie Wijzen aan Maria, Jozef en Jezus, het verhaal van Bernadette, het lijden van Jezus, het laatste avondmaal en Moeder Teresa op audiëntie bij paus Johannes Paulus II.

De verering en devotie voor Maria is heel sterk in Lourdes. Zo’n 5 miljoen mensen per jaar danken, eren en prijzen Haar in het wereldwijd bekende Heiligdom. Een ontwikkeling is, dat er steeds meer pelgrims op eigen gelegenheid naar Lourdes komen en dus niet met een georganiseerde bedevaart. Dit komt door het individueel willen ervaren van het Lourdesbezoek.

tafereel van het bezoek van de Drie Wijzen bij Maria, Jozef en de pasgeboren Jezus in het wassenbeeldenmuseum te Lourdes

In Lourdes is veel te zien, zoals het hooggelegen, grote kasteel, de vele winkels, de ontelbare bars, restaurants en hotels en bovenal het Mariaheiligdom.

BEREIKBAARHEID

Lourdes ligt in het zuiden van Frankrijk en wel tussen de wat grotere plaatsen Pau en Tarbes. De bedevaartsplaats ligt op zo’n 20 kilometers van Tarbes en op ongeveer 40 kilometers van Pau. Op de autosnelweg E80/A64 is het nabij Tarbes afslag 12 nemen en vervolgens de N21 volgen.

Ook is Lourdes per vliegtuig bereikbaar. Het vliegveld Ossun is gelegen op zo’n 10 kilometers van Lourdes.

In Lourdes is ook een treinstation, waardoor er nationale en internationale verbindingen via het spoor zijn.

Webstekken: www.lourdes-france.org en www.lourdes-france.com deze geven informatie in 6 talen, namelijk in het Duits, Engels, Frans, Italiaans, Spaans en Nederlands.

basilieken in Lourdes

BELEVING

Naar Lourdes ga ik om aan Maria mijn hoop, leven, tekortkomingen, vreugde en ziekte toe te vertrouwen. In de bekendste, Franse Maria bedevaartplaats zie ik vele minder bedeelden en zieken.

In Lourdes denk ik meer dan elders aan Bernadette Soubirous. Wat heeft zij een armoedig leven gekend. Ook is Bernadette vaak ziek en ondervindt zij menige tegenslag. In haar zie ik een voorbeeld, want ook mijn leven is geen gepolijste weg, heb ik steeds meer last van astma en ben ik vaak ziek geweest. Echter, Bernadette heeft het veel moeilijker gehad en ben ik toch wel in een meer welgesteld leven mogen verblijven. Dit voelt als op een goede plaats te landen.

Een bezoek aan Lourdes sterkt mij en geeft mij kracht. Ik voel me gelukkig met de rozenkrans in de handen en zo biddend bij de Grot te mogen komen. Als ik daar ben zijn de ogen op het Mariabeeld gericht. Tijdens het bidden zijn mijn gedachten heel sterk bij Maria. In mijn hoofd voel ik me in haar woning, want daar staat de deur altijd open.

eucharistieviering bij de Grot te Lourdes

In Lourdes heeft de Grot op mij de grootste aantrekkingskracht. De nis, waarin het Mariabeeld staat, duidt de plek aan waar de Dame is verschenen. Deze rots van Massabielle ligt in het laagste deel van de stad. Meermaals is de Grot dan ook overstroomd door het wassende water van de rivier de Gave de Pau. Ik kijk naar de snel stromende rivier. Een overstroming is niet voor nu. Dan ga ik naar de Grot en sluit aan in en lange rij mensen. Alle wachtenden willen de Grot in. Wat later passeer ik de bron en zie het Lourdeswater stromen. Ik schuifel wat door, geraak onder het bekende Mariabeeld, voel de rots, wrijf over de harde rotsmassa en ga traag verder. Ineens sta ik stil. Draai me om. Kijk naar het beeld en zeg zachtjes: “Dank U, dat ik hier mag komen.” Vervolgens neem ik plaats op een bank. Kijk naar het Mariabeeld en daarna naar de bezoekers van de Grot. Ik zie mensen kruistekens maken en bidden. Ook zijn er die de rots kussen en met handen en hoofd aanraken. Ik ontvang gedachten over mijn zwakheden en raak in gebed.

bron in de Grot te Lourdes

Meermaals heb ik in Lourdes honderden mensen achter elkaar in een zitkarretje naar de Grot zien gaan. Steeds knik ik hen op vriendelijke wijze toe en de reactie is meestal een glimlach. Wat kan vriendelijkheid veel goed gevoel oproepen. Deze mensen zijn ziek; fysiek en/of mentaal. Ik vraag me dan af, wie er niet ziek is. Volgens mij is iedereen ziek, ook al is het besef ervan afwezig. Elke mens heeft tekortkomingen en eveneens ik. Deze tekorten zie ik als een ziekte. Door deze ziekten is niemand volmaakt en ook niet gezond. Toch heb ik gezonde gedachten, is mijn overtuiging. Dit overkomt me opvallend veel in Lourdes. In Lourdes ontvang ik kracht van Maria om verder te gaan en dit ondanks mijn tekorten. Door het ontvangen van kracht ben ik Haar heel dankbaar. Door hier wat langer bij stil te staan, krijg ik een brok in de keel. Het ontvangen van kracht voelt als een wonder. Hierdoor kan ik doorgaan en dit voelt als een blijde boodschap. Voor dit al te mogen ervaren, dank ik Maria.

avondprocessie in Lourdes

In Lourdes zie ik vele zieken, armen en minder validen in volle overtuiging van geloof in Maria. Verder constateer ik, dat er relatief veel jonge mensen in Lourdes zijn. Velen van hen doen mee met de kaarsenprocessie, welke om 21 uur begint. In het seizoen van begin april tot eind oktober trekt deze elke avond door het Heiligdom. Ik zie duizenden mensen in de stoet meegaan en zowat iedereen heeft een kaarsje in de hand. Wat wordt er veel gezongen en gebeden. Wat een beleving mag ik hier ervaren. Voor mij is Lourdes een veelzeggend, diep rakend, kracht gevend en liefdevol bedevaartsoord.

Bij de Grot van Lourdes bidden velen en mijn intenties gaan naar vrienden, die tobben met de gezondheid of met het welzijn van zichzelf of hun ouders en kinderen. De een is zwaar ziek, een ander heeft een relatie zien eindigen en weer een dreigt de baan te verliezen. Met anderen gaat het beter en zij hopen dit te kunnen behouden. Dit vraag ik aan Maria, maar wellicht is het alles bijeen wel wat veel. Tijdens het bidden voor de Grot komen herinneringen in mijn gedachten. Fasen uit het leven passeren; het lijkt wel een film die wordt gedraaid.

Ineens merk ik, dat ik vlakbij het punt ben waar Bernadette op 11 februari 1858 heeft gebeden. Wat hebben hier vele miljoenen jaarlijks Bernadette nagedaan. Al die mensen in gebed en in gesprek met de Vrouw die hier zo intens wordt aanbeden. Op 11 februari van elk jaar wordt de eerste verschijning van 1858 herdacht en duizenden pelgrims komen op die dag naar het heiligdom.

herdenking van de eerste verschijning van 1858 in de ondergrondse basiliek te Lourdes op 11 februari 2023

Bij binnenkomst in de Rozenskransbasiliek zie ik een blaadje liggen met aan de voorzijde de afbeelding van Maria in de nis van de Grot en aan de achterzijde de tekst van een noveengebed. Het begin van dit gebed luidt: “Heilige Maagd Maria, bij U in de leer is Bernadette doorheen het kruisteken in relatie getreden met de Heilige Drie-eenheid. Door haar te onderrichten in het gebed en in de boetevaardigheid voor de zondaars hebt U haar laten delen in de vreugde van het heil.”

Ik voel dat ik op vele plaatsen kan bidden. In feite zijn heel wat plekken op aarde voor mij geschikt om in gebed tot Maria te zijn. Echter, hier bij de Grot is het anders voor mij. Komt dit door de geschiedenis van Bernadette, de ontroerende devotie van velen of is het door mijn passie voor dit heiligdom? Als ik hierover nadenk en nog meer redenen noem, gaan mijn gedachten plots sterk uit naar de Vrouw, die zoveel mensen naar hier laat komen. Ik kijk naar het beeld in de Grot en spreek Maria vriendelijk toe. Ik bedank Haar voor het vele goede dat anderen en mij overkomt. Dit hier te doen, bezorgt mij een goed gevoel. Wat mag ik veel van Onze-Lieve-Vrouw ontvangen. Lourdes ervaren kleurt niet alleen mijn leven, maar tekent ook de band met Maria. Nu besef ik me meer dan ooit dat het hier steeds voelt als thuiskomen.

OMGEVING

Van Lourdes naar het bedevaartsoord in Lestelle-Bétharram is 17km westwaarts gaan. Montoussé is 61 km naar het oosten gelegen, voor Garaison is dat 73 km en Saint-Bertrand de Comminges 83 km.

Geplaatst: 3 oktober 2019
Laatst gewijzigd: 4 mei 2024

~~~

Come2theweb