Wetenswaardigheden over Maria

Beste bezoeker,

In de rubriek “wetenswaardigheden over Maria” staan bijdragen die wat dieper willen graven op het brede terrein van geloof en spiritualiteit. Daarbij staat Maria steeds centraal en komt in zicht, waar Zij een opvallende plaats heeft.
Voor het maken van de teksten is het onderzoeken en denken. Dan komen verbindingen in me op en deze leiden tot interpretaties, met de overtuiging correct te handelen. Voor de bijdragen maak ik onder meer gebruik van het Oude Testament (joodse bijbel), het Nieuwe Testament, niet-bijbelse, joodse bronnen, apocriefe geschriften en informatie over bedevaartplaatsen en kerken.

De geplaatste bijdragen kunnen in de loop van de tijd worden gewijzigd met aanvullingen en foto’s.

Jan van Wijk

Wetenswaardigheden over Maria biedt de onderstaande onderwerpen:
-Ave Maria
-Ex voto’s
-Ouders van Maria
-Onze-Lieve-Vrouw van de Vrede
-Koningin
-Wonderdadige Medaille
-Troosteres van bedroefden
-Maria in de kunst
-Vijfde dogma
-Observatorium voor Mariaverschijningen
-Allervoorzichtigste Maagd
-Gouden Hart van Maria
-Maria Presentatie
-Medaillon
-Kroning
-Rozenkransmaand
-Onze-Lieve-Vrouw tot Vrijkoop
-Onze-Lieve-Vrouw van Smarten
-Tenhemelopneming
-Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand
-Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen
-Meimaand
-Vlucht naar Egypte
-Verschijningen
-Onbevlekt Hart van Maria
-Maria-Lichtmis
-Europa
-Orde
-Kerstmis
-Marialegioen
-Reisiconostase
-Maria Geboorte
-Bedevaart
-Maria Boodschap


~~~

Ave Maria

Het meest gespeelde en gezongen Marialied is het “Ave Maria”. Het lied heeft een indrukwekkende historie en vele componisten hebben het lied op unieke wijze vorm gegeven.

In de liturgie van de katholieke kerk is het Ave Maria opgenomen. De tekst is in delen ontstaan. Het eerste deel van het Ave Maria komt van de evangelist Lucas (1:28) en hij verwoordt in het Latijn hetgeen de aartsengel Gabriël tegen Maria zegt als Zij later een kind gaat baren: “Ave Maria, gratia plena, Dominus tecum.”

Het tweede gedeelte van het Ave Maria komt ook uit het evangelie van Lucas (1:42) en hij vereeuwigt de woorden van Elisabeth, een nicht van Maria, als zij bezoek ontvangt van Maria: “Benedicta tu in mulieribus, et benedictus fructus ventris tui Iesus.”

Het derde deel komt door het Concilie van Efeze in 431, waar de stellingname is goedgekeurd en aanvaard dat Maria de Moeder van God is. Dit sluitstuk van het Ave Maria is pas aan het gebed/lied toegevoegd in de 16e eeuw. De tekst luidt: “Sancta Maria, Mater Dei, ora pro nobis, peccatoribus nunc et in hora mortis nostrae. Amen.” Tijdens het concilie van Efeze in 431 krijgt het Wees gegroet dus wat meer vorm. Dan wordt het Wees Gegroet aangevuld met “Heilige Maria Moeder van God, bid voor ons …” In 1568 wordt dit het tweede deel van het Wees Gegroet.

Talrijke componisten hebben, steeds op hun originele wijze, vormgegeven aan het Ave Maria. Een selectie dringt zich op.

In 1483 schrijft Josquin des Prez (±1450-1521) het Latijnse “Ave Maria, virgo Serena” (Weesgegroet Maria, zuivere Maagd) met per vers verschillende imitatietechnieken. Hij schrijft het Ave Maria tijdens het verblijf in Milaan. Deze Henegouwse componist, pedagoog en zanger is musicus in de tijd van de renaissance.

Nicolas Gombert (±1495-±1560) maakt zijn Ave Maria in 1539. Gombeert is een Franco-Vlaamse componist uit Rijsel (Lille).

De Oostenrijkse componist Franz Peter Schubert (1797-1828) heeft in zijn relatief korte leven een belangrijke bijdrage geleverd aan de muziek en tevens aan de cultus van het Ave Maria. Door zijn vindingrijkheid is het Ave Maria nog meer bekend geworden. Schubert baseert zich op het gedicht “Lady of the Lake” (Vrouw van het meer) uit 1810 van Walter Scott (1771-1832). Hij is een dichter en schrijver van historische romans. Zijn creatie is een geromantiseerd gedicht, waarvan het tafereel zich afspeelt in de Schotse hooglanden. De Duitse vertaling van “Lady of the Lake” is van Adam Storck (1780-1822). Deze Duitse historicus en leraar maakt de tekst van het Ave Maria in 1825. Het begin luidt:
“Ave Maria! Jungfrau mild,
erhöre einer Jungfrau flehen,
aus diesem Felsen starr und wild,
soll mein Gebet zu dir hinwehen,
wir schlafen sicher bis zum Morgen,
ob menschen noch so grausam sind.
O Jungfrau, sieh der Jungfrau Sorgen.
O Mutter, hör ein bittend Kind!
Ave Maria!”

De Franse componist Charles Gounod (1818-1893) schrijft een versie van het Latijnse gebed Ave Maria in 1859. Zijn Ave Maria heeft wortels bij de Duitse componist John Sebastian Bach (1685-1750). In 1722 maakt Bach het eerste deel van “Das Wohltemperierte Klavier” (goedgestemde piano). Gounod schrijft een melodie en voegt eraan toe de woorden van het gebed Ave Maria.

Josef Anton Bruckner (1824-1896) is een Oostenrijkse componist en organist uit de tijd van de romantiek. Zijn versie van het Ave Maria uit 1861 is zijn eerste, grote werk. Hij maakt in de jaren 1856 en 1882 ook een compositie van het Ave Maria.

Edward Elgar (1857-1934) is een Brits componist en deze autodidact maakt zijn Ave Maria in 1887.

De uit Sint-Petersburg afkomstige Igor Stravinsky (1882-1971) componeert in 1934 het Ave Maria voor gemengd koor a cappella (zingen zonder begeleiding van muziekinstrumenten). Het is bestemd voor liturgisch gebruik in de Russisch-Orthodoxe Kerk. Deze Rus is in 1945 genaturaliseerd tot Amerikaan. In 1949 zet hij het Ave Maria op de Latijnse tekst.

De Russische componist, gitarist en luitist Vladimir Fjodorovitsj Vavilov (1925-1973)uit Sint-Petersburg maakt het Ave Maria in 1970.

In 1975 maakt de Engelse Maria Parkinson (1956) haar Ave Maria (As I kneel before You), dat menig keer wordt gezongen in de 21e eeuw.

Geplaatst: 3 mei 2024
Laatst gewijzigd: 22 september 2024

~~~

ex voto’s

Aan Maria wordt veelvuldig dankbaarheid uitgesproken en dit kan gepaard gaan door Haar een stoffelijk aandenken aan te bieden. Aan Maria wordt dan een gift als dank gedaan door een genezen gelovige en als deze de genezing symboliseert, is er sprake van een ex voto.

Een “ex voto suscepto” betekent “voor een gedane belofte”. Bekende ex voto’s zijn wassen of zilveren uitbeeldingen van lichaamsdelen of dieren, die zijn genezen met de hulp van Onze-Lieve-Vrouw. Dit betreft onder meer een arm, been, hoofd of een kat. Deze ex voto’s worden speciaal vervaardigd of gekocht in een winkel met devotionalia.

Als ex voto’s komen ook voor boten in miniatuurvorm en dat voor het danken voor de redding van zeelieden. Andere ex voto’s zijn er van een geschilderde voorstelling van bijvoorbeeld een kind dat genezen is of een moeder met baby omdat de bevalling goed is verlopen. In het verleden hebben edelen portretten laten maken van hun genezen kind en hebben dit aangeboden bij een beeltenis van Maria in een kapel, kerk of bedevaartsoord.

Menig keer is een hart als ex voto gegeven aan Onze-Lieve-Vrouw. Dit is een uiting van dankbaarheid aan Maria en liefde voor Haar.

dankuitingen in de basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van Hanswijk te Mechelen (België)

In kerken en kapellen komen ook ex voto’s voor in de vorm van stenen, die van marmer kunnen zijn, met daarop de tekst van dank voor bescherming, genezing, hulp, steun of troost. Op de steen staat vaak een datum, die aangeeft wanneer de dank is gesymboliseerd.

In een bedevaartsoord van Maria, bij een genadebeeld of reliek van een heilige worden ex voto’s aangeboden. De uitingen van dankbaarheid worden meestal bewaard in glazen schrijnen en zo toonbaar gemaakt aan belangstellenden.

Geplaatst: 19 april 2024

~~~

Ouders van Maria

Anna en Joachim, de ouders van Maria, worden genoemd door apocriefe evangelisten en het eerst door Jacobus de Mindere/Jacobus de Jongere (+62). In de 2e eeuw wordt dit in het Grieks opgeschreven. De namen van de ouders van Maria komen in het Nieuwe Testament niet voor. Wel komt Anna voor in de Koran.

Anna en Joachim zijn de ouders van Maria volgens de anglicaanse, katholieke en oosters-orthodoxe kerken. Maria is het enige kind dat Anna ter wereld brengt.

Volgens Jacobus is Joachim een vrome, vrijgevige en welgestelde man, die uit het Huis van David stamt. Hij is gehuwd met Anna, maar het echtpaar heeft geen kinderen. Op een dag gaat Joachim weer naar de tempel om te offeren. Dit gaat niet door, want een priester stuurt hem terug met de reden dat hij niet voor nageslacht heeft gezorgd. Joachim trekt zich het voorval sterk aan en heeft de behoefte zich terug te trekken. Hij gaat naar de woestijn en blijft daar 40 dagen om te vasten. Hiervan is Anna onwetend en zij leeft met de gedachte dat haar man is omgekomen. Anna realiseert zich weduwe te zijn en kinderloos te sterven. Met deze gedachten raakt zij heel bedroefd. Anna vindt dat zij niet te vergelijken is met anderen die vruchtbaar zijn. Tijdens haar treurnis verschijnt een engel. Deze zegt dat God haar woorden heeft verhoord en dat zij een kind gaat baren, waarover later op de hele wereld wordt gesproken. Hierop belooft Anna haar kind aan God af te staan. Hierdoor dient haar kind het hele leven God. Ook Joachim krijgt het bezoek van een engel en hoort van het komende vaderschap. Negen maanden later wordt een meisje geboren dat de naam Maria ontvangt. Als Maria drie jaar is brengen de ouders hun dochtertje naar de tempel en staan hun kind af aan God. Joachim en Anna dragen hun dochter Maria in de tempel op aan God. Dit wordt genoemd Maria Presentatie met de jaarlijkse herdenking op 21 november. Maria blijft in de tempel van haar 3e tot 12e levensjaar. Daarna wordt Maria uitgehuwelijkt aan Jozef en baart Zij nadien Jezus.

de uitgave van “Legenda Aurea” van Jacobus de Voragine

Jacobus de Voragine (±1226-1298) is een dominicaan, aartsbisschop, bisschop van Genua (1292-1298) en auteur van “Legenda Aurea” (Gouden Legenden). In dit omvangrijke werk beschrijft hij heiligenlevens en presenteert de heiligen als heel voorbeeldig. Over Anna en Joachim vermeldt Jacobus de Voragine onder meer dat zij elkaar treffen na de bezoeken van de engel. Dit gebeurt bij de Gouden Poort van Jeruzalem. Later is dit door verscheidene kunstenaars verbeeld. Volgens het werk van Jacobus de Voragine overlijdt Joachim en daarna hertrouwt Anna nog tweemaal. Tijdens elk huwelijk baart Anna een dochter en steeds ontvangt het meisje de naam Maria. Volgens deze bron heeft Maria, de Moeder van Jezus, twee stiefzusters. Deze halfzusters huwen en krijgen kinderen en de jongetjes worden later apostelen bij Jezus. Dit volgens de “Legenda Aurea”.

In de oosters-orthodoxe kerk is er al verering van de Heilige Anna in de 6e eeuw. In de katholieke kerk begint Anna, als de Moeder van Maria, meer aandacht te krijgen rond 1100.

In zowel de beeldhouw- als de schilderkunst wordt Anna heel vaak weergegeven. De beeltenis met de voorstelling van drie personen, met de naam Anna te Drieën, namelijk met Anna, Maria en Jezus, is vaak gecreëerd.

De katholieke kerk is verre van ingenomen met het verhaal van de drie huwelijken van Anna. Deze kerk vindt dat haar trouwlustigheid wordt geaccentueerd. Tijdens het Concilie van Trente (1545-1563) brengt het verhaal van de drie huwelijken (trinubium) in diskrediet en daardoor op de achtergrond. Hierdoor verliest Anna haar vooraanstaande plaats in de kunst, waar zij veelvuldig is afgebeeld.

De Heilige Anna is de patrones van heel wat kapellen, kerken, scholen en ziekenhuizen.

Anna en Joachim worden als heiligen herdacht op 26 juli. De katholieke kerk viert Maria-Geboorte op 8 september.

Geplaatst: 4 maart 2024
Laatst gewijzigd: 20 november 2024

~~~

Onze-Lieve-Vrouw van de Vrede

Maria wordt op meer plaatsen vereerd als Onze-Lieve-Vrouw van de Vrede of Onze-Lieve-Vrouw van Vrede, waaronder in de Sint-Niklaaskerk te Brussel in België.

In het werk “Novale Sanctorum” (de roman van heiligen) uit ± 1480, schrijft Johannes Gielemans (1427-1487), een monnik van het Roodklooster te Oudergem, nabij Brussel, over heiligen, die na de 13e eeuw hebben geleefd. Daarin besteedt hij aandacht aan het ontstaan en opbloeien van de verering van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede. Gielemans publiceert meer en hij getuigt van Brabants patriottisme.

Voor de verering van het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede is de Slag bij Ransbeek (1142) van belang. Het is een strijd tussen Brabanders van Brussel en omstreken tegen de Berthouts van Mechelen. De Brusselaars nemen het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede uit de Sint-Niklaaskerk naar het front. De Brabanders winnen het gevecht en in Brussel wordt de overwinning opgedragen aan de bescherming van Onze-Lieve-Vrouw. In 1151 blijft de Brusselse bevolking gespaard van veel doden door de pest. In 1153 krijgt het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede van vele mensen dank voor hen te bevrijden van de pest. Het beeld wordt meer versierd door een goudsmid te Brussel. Ook daar breekt de pest uit, maar als de beeltenis naar Sint-Niklaaskerk gaat, verdwijnt de pest. Er zijn geen betrouwbare bronnen over de Slag bij Ransbeek en de pest bekend om de verhalen van de 12e eeuw te kunnen verifiëren.

De naam Onze-Lieve-Vrouw van Vrede komt in de Sint-Niklaaskerk voor het eerst voor in de 17e eeuw. Jacobus Boonen (1573-1655), bisschop van Gent (1617-1620) en aartsbisschop van Mechelen (1621-1655) heeft een belangrijke invloed. Dit gebeurt in de tijd van de eerste kroning van het Mariabeeld, dat eerder aan de Sint-Niklaaskerk is geschonken door Isabella Clara Eugenia/Isabella van Spanje (1566-1633), gravin van Vlaanderen van de Zuidelijke Nederlanden. Na het overlijden van haar man Albert van Oostenrijk (1559-1621), graaf-gemaal van Vlaanderen (1598-1621), is Isabella landvoogdes van de Zuidelijke Nederlanden (1621-1633). Het Mariabeeld vervangt de beeltenis van Haar dat in 1584 op de Brusselkse Grote Markt door Calvinisten is vernield. Het nieuwe beeld is gemaakt in 1585 en voor de eerste maal gekroond in 1625. Op verzoek van aartsbisschop Boonen gebeurt dit op de Grote Markt door de adellijke Isabella. Zij zorgt ervoor dat de verering van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede herleeft. Vanaf dat moment is Maria aangeroepen om tegenslagen door honger, oorlog en pest af te wenden.

beeltenis van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede in de Sint-Niklaaskerk te Brussel

Het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede is voor de tweede maal gekroond. Dit gebeurt tijdens het Vlaamsch Maria-Congres van 8, 9, 10 en 11 september 1921 door Désiré Félicien François Joseph Mercier (1851-1926), aartsbisschop van Mechelen (1906-1926) en metropoliet (kerkvader) en kardinaal van België (1907-1926). Hij doet dit na de goedkeuring in 1921 van Benedictus XV, paus van 1914 tot in 1922, geboren als markies Giacomo Giambattista della Chiese (1854-1922). De plaats van de kroning zijn de trappen van de Sint-Michiel- en-Sint-Goedelekerk te Brussel.

Het gekroonde beeld staat in de Sint-Niklaaskerk te Brussel, bovenin het linker tabernakel. De beeltenis is van gepolychromeerd hout. Op de bevestigde banderol staat de Latijnse tekst: “a peste, fame et bello, libera nos Maria Pacis” en betekent: “Maria van de Vrede, verlos ons van de pest, hongersnood en oorlog”. Deze tekst herinnert aan de eeuwenlange verering van Onze-Lieve-Vrouw van Vrede.

Geplaatst: 26 januari 2024

~~~

KONINGIN

De feestdag van Maria Koningin is vastgesteld op 22 augustus en behoort tot het octaaf van het hoogfeest van Maria Tenhemelopneming van 15 augustus. De 22e augustus is dan de 8e en laatste dag van deze feestperiode. De 22e van van de maand augustus is dan de octaafdag.

KONINGIN VAN DE VREDE

Koningin van de Vrede is een eretitel van Maria en aanroeping in de Latanie van Loreto. In plaats van Koningin van de Vrede wordt Zij ook genoemd Onze-Lieve-Vrouw van de Vrede, Onze-Lieve-Vrouw van Vrede of Onze-Lieve-Vrouw Koningin van de Vrede. De feestdag van Koningin van de Vrede uit 9 juli. Een beeltenis van Maria als Koningin van de Vrede geeft menig keer ook te zien een duif en een olijftak, die symbolen van vrede zijn.

In Medjugorje geeft Maria boodschappen als Koningin van de Vrede.

Geplaatst: 20 oktober 2023
Laatst gewijzigd: 24 januari 2024

~~~

WONDERDADIGE MEDAILLE

De Wonderdadige Medaille is de meest verspreide penning met afbeelding van godsdienstige aard. De Wonderdadige Medaille is ook bekend als de medaille van Onze-Lieve-Vrouw van Genaden.

De geschiedenis van de medaille begint in de Franse hoofdstad Parijs in het jaar 1830. Onze-Lieve-Vrouw openbaart het plan voor de medaille aan zuster Catherine Labouré (1806-1876) in het klooster aan de Rue de Bac. De zuster krijgt een verschijning in de vooravond van 18 juli 1830. Om 18.30 uur hoort Catherine zeggen: “Zuster Labouré, Zuster Labouré”. Haar beschermengel brengt haar naar Maria. Deze engel is een klein jongetje, dat in het wit is gekleed. De engel zegt: “Kom naar de kapel, Onze-Lieve-Vrouw verwacht je.” Catherine volgt de kleine engel door de ineens verlichte gang van het klooster. De deur van de kapel gaat open als de engel deze aanraakt. Catherine ziet de kaarsen branden, maar Onze-Lieve-Vrouw ontwaart zij niet. De engel leidt haar naar het priesterkoor, naast de grote fauteuil. Catherine knielt en de engel zegt: “De Heilige Maagd komt eraan, hier is Ze.” Catherine knielt voor Maria en legt de handen op haar knieën. De Maagd Maria vertelt aan Catherine, dat God haar een missie wil geven, dat zij veel zal lijden, maar overwint, zij niet bang hoeft te zijn, maar vertrouwen moet hebben.

Vier maanden later, op 27 november 1830, verschijnt Maria opnieuw aan Catherine. Zij ziet Onze-Lieve-Vrouw staan op een halve bol. Zij is gekleed in een zijden, wit gewaad en draagt een witte, lange sluier op het hoofd, die reikt tot aan de voeten. Maria heeft in de handen een bol van goud, die de wereldbol voorstelt. De handen zijn tot het middel geheven, de ogen kijken omhoog. Catherine vindt dat Maria een mooi gezicht heeft. Ineens verschijnen ringen met stenen aan de vingers van Maria. Uit de stenen komen stralen die naar beneden schijnen. Een ovaal kader vormt zich rond Onze-Lieve-Vrouw met daarop de in goud geschreven woorden: “O Maria verwekt zonder zonde, bidt voor ons die een beroep op U doen”. De woorden beginnen bij de rechterhand, gaan over het hoofd en eindigen bij de linkerhand. Catherine hoort zeggen: “Laat een medaille slaan volgens dit model. Iedereen die de medaille draagt, wanneer deze is gezegend, zal grote genaden ontvangen, vooral als deze om de nek wordt gedragen. De genaden zullen overvloedig zijn voor degenen die de medaille vol vertrouwen dragen.”

Een maand later komt Maria weer naar Catherine en zegt: “De stralen symboliseren de genaden die de Allerheiligste Maagd verkrijgt voor de mensen die hierom vragen.”

De biechtvader van Catherine is pater Jean-Marie Aladel (±1800-1865). Hij gelooft niet in de woorden van haar over de medaille en de verschijningen. Maar Catherine blijft aandringen om medailles te laten slaan, zoals Maria heeft gezegd.

In januari 1832 gaat pater Aladel op audiëntie bij de aartsbisschop van Parijs; Hyacinthe-Louis de Quélan (1778-1839). Hij vertelt de monseigneur wat er is gebeurd in het klooster van Rue de Bac, zonder de naam van Catherine te noemen. De aartsbisschop geeft toestemming onmiddellijk met het vervaardigen van de medailles te beginnen.

In de periode 26 maart – begin juli 1832 wordt de Parijse bevolking getroffen door een verwoestende cholera-epidemie, die is gekomen uit Oost-Europa. In totaliteit sterven bijna 20.000 mensen aan de cholera en de inwoners van de Franse hoofdstad zijn bang de dodelijke ziekte op te lopen.

In mei 1832 plaatst pater Aladel een bestelling van 20.000 stuks bij de Parijse Firma Vachette. Onder leiding van Adrien Jean Maximilien Vachette (1753-1839) worden de medailles geproduceerd. Op 30 juni 1832 worden 1500 medailles geleverd. De eerste medailles die Vachette levert zijn van koper en de afmeting is steeds 2,25 cm hoog. De zusters van de Dochters an Liefde delen deze uit onder de door de epidemie getroffen Parijzenaars. Meteen verliest de zeer besmettelijke ziekte terrein en er is sprake van wonderen, want mensen genezen en worden niet meer besmet door de cholera. Begin juli 1832 is de epidemie verdwenen. Hierdoor krijgt de Wonderdadige Medaille grote bekendheid.

De Firma Vachette krijgt meer bestellingen, maar kan de productie van de medailles niet aan. De ondernemer schakelt andere bedrijven in uit Parijs, waaronder de Munt van Parijs. Ook doet hij een beroep op producenten buiten Parijs. In een periode van bijna 4 jaar worden iets meer dan 2 miljoen medailles gemaakt, waarvan bijna 200 in goud, ruim 70.000 in zilver en het merendeel is van koper gemaakt. Medailles worden niet alleen in de Franse taal gemaakt, maar ook in het Duits, Italiaans en Nederlands. Er komen ook medailles met een stempel van de maker. Dit gebeurt na 1844 als het in Frankrijk verplicht is, geproduceerde artikelen te voorzien van een merk.

In 1836 zijn 15 miljoen medailles gemaakt en in 1842 is dit aantal opgelopen tot 100 miljoen. Vanuit de hele wereld komen berichten van buitengewone genaden, die door de Wonderdadige Medaille worden verleend. Vele genezingen en bekeringen zijn gemeld.

Aartsbisschop Quélan is een groot stimulator van het verspreiden van de Wonderdadige Medaille. Ook Gregorius XVI, paus in de periode 1831-1846, en geboren als Bartolomeo Alberto Cappellari (1765-1846), ontvangt medailles en deelt deze uit.

Wonderdadige Medaille met een Duitse tekst

De vorm van de medaille is ovaal en aan beide zijden is een afbeelding. De voorzijde toont de beeltenis van Maria met uitgestrekte armen en uit de handen komen lichtstralen van genaden. Dit wil zeggen dat Onze-Lieve-Vrouw gelovigen overlaadt met genaden, waardoor zij vergeving en barmhartigheid ontvangen. Maria verplettert met de voeten de kop van een slang, als symboliek van het bestrijden van het kwaad. Rond de afbeelding van Maria staat de tekst “O Maria, zonder zonde verwekt, bid voor ons, die tot U onze toevlucht nemen. Deze tekst is in vele talen omgezet, want de medaille is wereldwijd verspreid. De achterzijde van de medaille toont de letter “M” van Maria met een kruis erop. Hieronder zijn twee harten afgebeeld, namelijk deze van Maria en Jezus. Het geheel is omringd door 12 sterren. De sterren verwijzen naar de woorden van de Apocalyps (12:1): “er is een groot teken gezien in de hemel: een vrouw bekleedt met de zon en de maan aan haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren.”

Wonderdadige Medaille

Geplaatst: 20 januari 2024
Laatst gewijzigd: 9 augustus 2024

~~~

TROOSTERES VAN BEDROEFDEN

Bedroefde mensen zijn getekend door het leven, want zij hebben groot verdriet. Dit verdriet komt onder meer door verlies van dierbaren, ziekte bij aanverwanten, vrienden of zichzelf, blootstaan aan gevaar, buitengesloten zijn of lijden aan misbruik. Bedroefden lijden pijn door diepliggende oorzaken die in hun leven vastzitten. Zij hebben kansen moeten laten gaan of deze zijn hen ontnomen. Dit is als een schaduw die over hen hangt.

glas-in-loodraam in de Maria-Dom te Linz

Bidden tot Maria zorgt voor het delen van de droefheid met Haar. Maria luistert naar hen, biedt de biddende steun en zorgt ervoor dat de mensen zich bij Haar veilig voelen.

Maria geneest bedroefden door hen mentaal te helpen; Zij verricht geestelijke wonderen. Hierdoor ervaart de bedroefde morele verbetering. Maria schenkt de bedroefde troost. Onze-Lieve-Vrouw kan dit, omdat ook Zij veel droefenis heeft gekend.

Geloof hebben in Maria biedt troost. Maria voelt als heel nabij en gelovigen zijn Maria nabij.

Door aan Maria de droefheid kenbaar te maken, kunnen bedroefden verder gaan. Dit komt door het bieden van troost door Maria.

8 januari 2024

~~~

MARIA IN DE KUNST

Ontelbare kunstenaars hebben al vele eeuwen de beeltenis van Maria en taferelen uit haar leven tot onderwerp van uitingen gekozen. Het aantal scenes is zo talrijk en gaat verder dan haar geboorte, jeugd, zwangerschap, moederschap, sterven, tenhemelopneming en kroning. Wereldwijd zijn in duizenden kerken en musea afbeeldingen van Onze-Lieve-Vrouw te bewonderen. Daarnaast is zij alom tegenwoordig op vele pleinen, heuvels en in huiskamers. Is dat geen wonder?

Maria is de meest gekozen vrouw om te verbeelden. Zij is weergegeven op doek, muur, plafond, paneel, als tekening of schildering. Ook is Zij ontelbare keren vormgegeven als sculptuur. Bij het kijken naar schilderijen, fresco’s, glas-in-loodramen, iconen, beelden en kruiswegstaties met Maria wordt de aandacht van de kijker getrokken. Dit geldt ook voor uitingen over Maria van gevoel door muziek, gedichten, verhalen en uitspraken. Steeds is het een goedbedoelde benadering van ultieme schoonheid, want verbeelding zegt veel in gedachten en vervolgens als uiting. Virtuoze kunstenaars beoefenen het spel van licht, schaduw en donkerte. Zij kiezen kleuren, bepalen posities, geven vreugde weer, benadrukken lijden en laten gezichten spreken. Zo ook met dichters, schrijvers en componisten die gevoel leggen in woorden, zinswendingen, klanken en tonen. De kunstenaar probeert magie weer te geven en verwondering over te dragen. Dan smelten door een verscheidenheid aan composities kunst en geloof samen en volmaaktheid wil worden benaderd.

Voor menig kunstschilder, beeldhouwer, tekenaar, dichter, schrijver of componist is Maria proberen weer te geven een vorm van bidden om scheppend geloof over te brengen. De idealisering door de kunstenaar bereikt grote hoogte en gevoeligheid wil het hart raken. Op de uitbeeldingen en verbeeldingen van Maria staat geen maat en is vol bezieling. Kunstuitingen typeren Maria, maar niemand is het geheel meester om haar schoonheid weer te geven. Het genie bezit talent, dat beperkingen kent om de pure schoonheid van Maria te verbeelden. Zo blijft elke creatieve uiting onvoltooid.

Menig beeld, schilderij, tekst of muziekstuk over Maria spreekt de taal die voor velen verstaanbaar is. Dit geldt ook voor hen die de betekenis van Onze-Lieve-Vrouw niet kennen of niet begrijpen. Maria in de kunst geeft boodschappen weer en laat Haar leren kennen en begrijpen. Zo heeft religieuze kunst betekenis in het verstaanbaar maken van de taal van geloof in Maria. Dit kan al gebeuren in de plaatselijke kerk, waar bezoekers wat langer stil kunnen blijven staan bij afbeeldingen van de Maagd Maria of door te luisteren naar een Marialied dat een kerkkoor brengt.

Al in de 4e eeuw wordt Maria in de kunst weergegeven en dat als keizerin van Byzantium. De ontwikkeling van de kunstverbeeldingen gaat door en is nooit geëindigd. Zo reikt verbeelding naar de eeuwigheid.

Weinig voorkomende afbeeldingen van Maria betreffen de zwangerschap. Onze-Lieve-Vrouw in blijde verwachting is een zeldzaam iconografisch thema in de kunst. Zelden is Maria afgebeeld met een bolle buik bij de visitatie als Zij op bezoek is bij haar nicht Elisabeth. Dit geldt ook als Maria op de ezel zit en op zoek is naar een plaats in een herberg om te bevallen. Ook zijn er weinig kunstuitingen van Maria die haar Zoon de borst geeft.

zij-aanzicht van een beeld van een zwangere Maria
voor-aanzicht van een beeltenis van een in blijde verwachting zijnde Maria

Een afbeelding van de zwangere Maria komt dus niet zo vaak voor. Bijgevolg zijn er ook niet veel beeltenissen van Onze-Lieve-Vrouw in blijde verwachting. In het bedevaartsoord te Lourdes is een kunstatelier, waar beeldjes van Maria met een bollende buik zijn te koop. In “Atelier d’Art, artisanale des Monastères de Bethléem” (Kunstatelier ambachten uit de kloosters van Bethlehem), gelegen aan de Boulevard de la Grotte 87, staat een beeldje van de in verwachting zijnde Maria.

Geplaatst: 11 juli 2023
Laatst gewijzigd: 6 april 2024

~~~

VIJFDE DOGMA

Er zijn vier dogma’s over Maria; het zijn vier leerstellingen die als onbetwistbaar worden beschouwd. Het eerste dogma is uit 431 en verklaart dat Maria de Moeder van God is. In 649 komt het tweede dogma en dit stelt de voortdurende maagdelijkheid van Maria. Het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria is afgekondigd in 1854 door Pius IX, paus van 1846 tot in 1878. Het vierde dogma is uit 1950 en behandelt de Tenhemelopneming van Maria. Dit is wereldkundig gemaakt door Pius XII, paus in de periode 1939-1958. Het heeft vele jaren geduurd voordat de dogma’s drie en vier zijn uitgevaardigd. Miljoenen verzoekschriften zijn naar het Vaticaan gestuurd, maar de weerstand tegen nieuwe dogma’s is bij de hoge geestelijkheid lang sterk gebleken. Dit is opnieuw het geval bij een vijfde dogma …

In 1915 is een verzoekprocedure gestart te komen tot een vijfde dogma om Maria ook als medeverlosser te zien. Tot de initiatiefnemers behoort de Belg Désiré-Joseph Mercier, aartsbisschop in de periode 1906-1926. Het verzoek is ingediend bij Benedictus XV, paus in de jaren 1914-1922. Dit is eveneens gebeurd bij de volgende kerkvader Pius XI, paus van 1922 tot in 1939.

Opmerkelijk is dat Maria verschijnt aan Ida Peerdeman (1905-1996) te Amsterdam en Zij om het dogma vraagt van co-redemptrix (medeverlosser), mediatrix (bemiddelaar) en advocatuur (voorspreker). Rome heeft de verschijningen te Amsterdam niet erkend.

De in de Tweede Wereldoorlog omgekomen Maximiliaan Kolbe (1894-1941) heeft zich als voorstander van het vijfde dogma getoond. Johannes Paulus II, paus in de jaren van 1978 tot in 2005 heeft meermaals gesproken over Maria als medeverlosser. Verder heeft de gezaghebbende Arthur Burton Calkins (1945) meermaals geschreven over het vijfde dogma.

Franciscus, de huidige paus is geen voorstander van een vijfde dogma. Hij stelt dat er geen medeverlosser is, omdat Christus de enige verlosser is. Wellicht speelt de toenadering tot de protestantse kerk hier een rol, want bij een oecumenische relatie is er voor een nieuw dogma geen plaats en ligt het vierde dogma al te gevoelig. Het is dan meer dan betreurenswaardig dat de Maria-devotie geen nieuwe impuls mag ontvangen met een vijfde dogma.

27 april 2023


~~~

OBSERVATORIUM VOOR MARIAVERSCHIJNINGEN

Het Vaticaan te Rome heeft een instituut opgericht om te bekijken en bestuderen van waarnemingen van Maria. Deze instelling gaat meldingen van verschijningen, stigmata, tranende beelden en mystieke verschijnselen met Maria wetenschappelijk onderzoeken op hun authenticiteit. De verschijnselen van Maria worden geanalyseerd en geïnterpreteerd.

De instelling heeft officieel “observatorium voor verschijningen en mystieke verschijnselen in verband met de figuur van de Maagd Maria”.

Aan de nieuwe organisatie zijn experts verbonden die wetenschappelijk onderzoek doen en dit wereldwijd coördineren. Het instituut is ambtelijk opgezet met een stuurgroep en een wetenschappelijk comité. De organisatie schakelt nationale en internationale commissies in om verschijningen en mystieke verschijnselen met Maria te onderzoeken en evalueren. De Pauselijke Academie van Maria is verantwoordelijk voor coördinatie tussen de wetenschappers en kerkelijk autoriteitenAan de nieuwe organisatie zijn experts verbonden die wetenschappelijk onderzoek doen en dit wereldwijd coördineren. Het instituut is ambtelijk opgezet met een stuurgroep en een wetenschappelijk comité. De organisatie schakelt nationale en internationale commissies in om verschijningen en mystieke verschijnselen met Maria te onderzoeken en evalueren.

Geplaatst: 30 december 2022

~~~

ALLERVOORZICHTIGSTE MAAGD

De eretitel “Allervoorzichtigste Maagd” behoort tot de Litanie van Loreto. In het Latijn heet de eretitel “Virgo prudentissima”. Deze titel verwijst naar de deugd voorzichtigheid die Maria bezit. Deze mooie, zedelijke eigenschap heeft hier de betekenis van verstandigheid en wijsheid. Het is een kardinale deugd, die hoog wordt gewaardeerd door vooral filosofen uit de oudheid. Maria leert met haar voorzichtigheid anderen na te denken voordat een beslissing wordt genomen.

Het woord “allervoorzichtigst” gaat verder dan “wees voorzichtig”. Het woord voorzichtig heeft meer betekenissen, die bij de eretitel van Maria van toepassing zijn, zoals afwegen, alertheid, bedachtzaam, behoedzaam, bescheiden, diplomatiek, discreet, doordacht, kalm, omzichtig, vooruitziend en een oplettende, rustige manier van zeggen. Allervoorzichtigst is de goede, zedelijke eigenschap en heeft betrekking op het overwegen en vooruitzien. Voorzichtigheid betekent dan bezien wat in een bepaalde situatie moet worden gedaan. Voorzichtigheid is dan ook de moeder der wijsheid.

Wat Maria zegt tijdens de Bruiloft van Kana is een bewijs van haar voorzichtigheid. Maria zegt tegen Jezus: “Zij hebben geen wijn meer.” Jezus antwoordt met: “Vrouw, wat heb ik met U te doen? Mijn uur is nog niet gekomen.” Hierna zegt Maria: “Doe maar wat hij u zegt.”

De Nederlandse componist Heinrich (Henricus) Isaac (±1450-1517), die ook bekend is als Arrigo il Tedesco, heeft in 1507 een zesstemming motet (compositie voor zangers) geschreven dat de titel draagt “Virgo prudentissima”.

Geplaatst: 3 december 2022

~~~

GOUDEN HART VAN MARIA

In het Belgische Beauraing verschijnt Maria 33 keer aan vijf kinderen. Deze verschijningen vinden plaats in de periode van 29 november 1932 tot en met 3 januari 1933.

Op 21 december 1932 maakt de verschijning zich bekend. Zij zegt tegen de kinderen “Ik ben de Onbevlekte Maagd”. Tijdens de verschijning op 29 december 1932 toont Zij voor het eerst op haar borst, tussen de geopende armen, een gouden hart. Dit pure hart is het Onbevlekte Hart van Onze-Lieve-Vrouw van Beauraing. Hierdoor ontstaat de naam “Onze-Lieve-Vrouw van het Gouden Hart”.

Het Gouden Hart van Maria is een teken dat Zij een puur hart heeft, dat onbevlekt is en het betekent ook dat dit hart een onbegrensd vertrouwen in Haar geeft.

plaats van de verschijningen in Beauraing

Op 22 augustus 1946 wordt het Mariabeeld met het Gouden Hart bij de meidoorn geplaatst. Dit is de plaats waar Onze-Lieve-Vrouw meermaals is verschenen. Dit beeld staat vlakbij de spoorbrug, waar Maria ook is gezien.

Paus Pius XII, Eugenio Maria Giuseppe Giovanni Pacelli (1876-1958), die paus is van 1939 tot in 1958, stelt de feestdag van het Onbevlekt Hart van Maria in op 22 augustus 1942. Vanaf de dag wordt in de katholieke kerk jaarlijks 22 augustus gevierd als de feestdag van het Onbevlekt Hart van Maria.

Geplaatst: 24 november 2022

~~~

MARIA PRESENTATIE

Het feest van Maria Presentatie is het vieren dat de ouders van Maria, Anna en Joachim, hun dochter opdragen in de tempel. Een andere benaming voor die feestelijke gebeurtenis is de “Opdracht van de Heilige Maagd Maria in de tempel”. In de Orthodoxe kerk wordt het feest genoemd “Opdracht van de Moeder Gods in de tempel”. In deze kerk is het één van de 12 Grote Feesten.

Het feest van Maria Presentatie is gebaseerd op het Proto-evangelie van Jakobus dat behoort tot de apocriefe teksten van het Nieuwe Testament. Het woord apocrief is ontleend aan het Griekse woord “apókruphos”, dat verborgen betekent. De meeste apocriefen van het Nieuwe Testament zijn in de eerste eeuwen na Christus ontstaan. In het Proto-evangelie van Jakobus staat onder meer dat Anna en Joachim uit dankbaarheid van de wonderbaarlijke geboorte van hun dochter, haar toewijden aan God in de tempel. Maria verblijft in tempel vanaf haar 3e tot Zij haar 12e jaar bereikt. Door de Presentatie van Maria in de tempel is Zij vervuld van de Heilige Geest en daardoor is Zij vanaf haar Onbevlekte Ontvangenis, feestdag 8 december, aan God toegewijd.

Het Proto-evangelie van Jakobus is in het midden van de 2e eeuw opgetekend. De kern van de hoofdstukken 1-8 luidt: Het welgestelde echtpaar Anna en Joachim is al vele jaren ongewild kinderloos. Hierdoor krijgen beiden verwijten dat zij nog steeds geen kinderen hebben. Uit wanhoop vlucht Joachim de woestijn in en Anna verkeert in de veronderstelling dat hij is omgekomen. Zij klaagt tot God over haar weduwschap. Een engel verschijnt aan haar en zegt dat God haar heeft gehoord en verhoord. Zo hoort Anna van de engel dat zij zwanger is. Vervolgens belooft Anna haar kind aan God toe te wijden. In de woestijn krijgt Joachim van een engel te horen dat zijn vrouw in verwachting is en hij gaat terug naar haar. Bij de Gouden Poort in Jeruzalem ontmoeten Anna en Joachim elkaar en een innige omhelzing volgt. Wat later bevalt Anna en noemt haar dochter Maria. Als de kleine 1 jaar wordt, geven Joachim en Anna een feest voor de hele buurt. Op haar 3e wordt Maria naar de tempel gebracht door haar ouders, zoals Anna heeft beloofd aan God. Maria gaat, zonder omkijken naar haar ouders, de treden van het altaar op. In de tempel brengt Zij haar jeugd door. Tot haar 12e blijft zij daar en wordt gevoed door engelen.

Sinds de 8e eeuw wordt het feest in de Oosterse Kerk gevierd. In de Katholieke Kerk bestaat de viering van Maria Presentatie nog niet zo lang. Daar zijn geestelijken uit Constantinopel die het feest introduceren. In 1472 schrijft Sixtus IV (paus van 1471 tot in 1484) het belang van Maria Presentatie voor. Sixtus V, paus in de periode 1585-1590, plaats het feest op de kalender van de kerk, namelijk op de “Calendarium Romanum generale”. Hieruit volgt dat in de Katholieke Kerk het feest wordt gevierd op 21 november. In de Oosterse Kerk is de hoogtijdag vastgesteld op 4 december en dit volgens de Gregoriaanse kalender.

Geplaatst: 18 november 2022

~~~

MEDAILLON

Menig gelovige draagt een medaillon met een afbeelding van Maria of de naam van een bedevaartplaats. Het sieraad heeft meestal de vorm van een hart, kruis, is ovaal, rechthoekig, rond of vierkant. Een medaillon is bevestigd aan een kettinkje of koordje en wordt veelal gedragen om de hals of aan een horlogebandje. Het dragen van een medaillon is een uiting van Onze-Lieve-Vrouw op het hart dragen en uitkomen voor het geloof in Haar. Medaillons zijn meestal van zilver, goud of roestvrij staal.

Het dragen van een medaillon met de beeltenis van Maria heeft meer betekenissen, zoals Haar dicht bij het hart dragen als blijk van liefde. Het medaillon ons er ook om een beschermend gevoel te krijgen, de drager te behoeden voor onheil of genade te ontvangen van de Maagd Maria.

medaillons met de afbeelding van Maria

De oorsprong van het dragen van het medaillon met daarop Maria afgebeeld, ligt in Parijs. Het meest gedragen medaillon is dan ook de wonderdadige medaille. Deze is ontworpen naar aanleiding van de verschijning van Maria aan Cathérine Labouré (1806-1876) op 19 juli 1830 te Parijs. Deze kloosterlinge ontvangt van Onze-Lieve-Vrouw de boodschap dat de wereld grote rampen staat te wachten. Zich hiertegen beschermen is mogelijk door een medaillon te dragen met haar beeltenis. Maria zegt onder anderen tegen Cathérine Labouré: “Allen die het dragen, zullen grote genaden ontvangen”.

Bij het bezoeken van een bedevaartsoord van Maria wordt door de pelgrims menig keer een medaillon gekocht. Dit niet alleen als herinnering aan de bedevaartplaats, maar ook om Onze-Lieve-Vrouw dichtbij te ervaren. Door een medaillon uit een Maria-oord om de hals te dragen, wordt de drager elke dag meermaals herinnert aan de Moeder van God.

Een medaillon kan ook zijn gegraveerd om er een persoonlijke betekenis aan toe te kennen. Bijvoorbeeld een ovaal sieraad uit het Heiligdom van het Portugese Fatima met de beeltenis van Maria, naam van de gelovige en datum van het verblijf in de verschijningsplaats. Een dergelijk medaillon heeft dan een bijzondere, emotionele waarde.

Geplaatst: 14 november 2022

~~~

KRONING

Vele beelden, iconen en schilderijen van Maria zijn gekroond. Onze-Lieve-Vrouw is een koningin en daar hoort een kroning bij. Door de Maagd Maria te kronen wordt aangegeven dat Zij koningin is. Beweerd wordt dat Maria, na haar tenhemelopneming, door Christus is gekroond tot koningin van de hemel en het heelal. Hierdoor is Maria voor de derde maal verbonden met haar Zoon. Eerst is Onze-Lieve-Vrouw door de geboorte van Jezus de Moeder van Hem geworden, daarna heeft Zij Hem op passionele wijze opgevoed en gevolgd. Tenslotte is Maria met haar Zoon in de hemel.

In het boek Openbaring beschrijft Johannes (12,1) het visioen van de Vrouw Maria, die hij aan de hemel ziet verschijnen, met de zon als mantel, de maan onder de voeten en op het hoofd een kroon van 12 sterren.

De geschiedenis van de kroningen gaat eeuwen terug in de tijd. De kroning van Maria is ontstaan in de 17e eeuw. Het initiatief hiertoe komt van de Italiaanse, kapucijner monnik Girolamo Paolucci de’Calboli (1552-1620) uit Forli, die in het openbaar vereerde Mariabeelden is gaan kronen. De eerste kroning vindt plaats op 27 mei 1601 met een beeldje van Maria te Parma, namelijk de “Madonna della Steccata” (Onze Vrouw van de Schutting). Vele beelden volgen en daarom wordt Calboli genoemd “L’Apostolo della Madonna” (de apostel van Onze Vrouw). Op 26 augustus 1601 vindt in Forli door Calboli de kroning plaats van het Mariabeeld “Madonna del Fuoco” (Onze Vrouw van het Vuur).

De kroningen van veel vereerde Mariabeelden door Calboli leveren de nodige ruchtbaarheid op en zijn kroningen komen ook “Rome” ter ore. Vervolgens komen vanuit het Vaticaan richtlijnen voor de kroning van een beeld, waar sprake is van een grote mate van verering. Het kronen van een beeld van Maria kan door een kroon, tiara (drievoudige kroon) of halo (cirkel van sterren) aan een beeld, icoon of schilderij.

Alessandro IL Sforza Pallavicini (1567-1638), 6e graaf van Borgonovo, is vermogend en heeft een bijzonder grote devotie voor Onze-Lieve-Vrouw. Hij woont de eerste kroning door Girolamo Paolucci de’Calboldi bij in Parma. Hij stelt veel geld ter beschikking om Mariabeelden, die wonderen teweegbrengen, te laten kronen. Het Heilig Officie, Congregatie van de Geloofsleer, (Kapittel van Sint-Pieter) uit Rome is oorspronkelijk verantwoordelijk voor de afgifte van de machtiging van een kroning van een beeld. Deze organisatie is zeer ingenomen met de grote financiële steun. Bovendien is in het testament van de graaf van Borgonovo opgenomen dat hij een groot deel van zijn vermogen nalaat aan het Kapittel van Sint-Pieter om belangrijke Mariabeelden te kronen. Met dit legaat worden vele beeltenissen van Onze-Lieve-Vrouw van een kroon voorzien.

Het eerste Mariabeeld, dat met groot ceremonieel is gekroond, met geld van de graaf van Borgonovo, is het beeld van “La Madonna d’ Oropa” in het Italiaanse Biella. Deze kroning is op 30 augustus 1620. Dit is gebeurd zonder pauselijke goedkeuring. Het eerste beeld van de Moeder Gods dat met toestemming van de paus is gekroond betreft het schilderij “La Madonna della Febbre” (Onze Vrouw van de Koorts) van Lippo Memmi (1291-1356). Ook hier is de graaf van Borgonovo de financier. Dit beeld staat in de sacristie van de Sint-Pieter te Rome. Deze kroning heeft plaatsgevonden op 27 mei 1631. Het eerste beeld van Maria dat door de paus is gekroond gebeurde in de kathedraal van Cesena. Dit is het beeld “Madonna del Populo” (Onze Vrouw van de Mensen). Het is paus Pius VI, paus in de periode 1775-1799, die op 3 juni 1782 het beeld van een kroon heeft voorzien. Het door de paus kronen van een Mariabeeld komt niet vaak voor, meestal is dit het werk van een bisschop of een pauselijke nuntius (pauselijke gezant bij een regering). Wel heeft paus Benedictus XVI, paus in de periode 2005-2013, het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes gekroond. Dit vond plaats tijdens de Werelddag van de Zieken op 11 februari 2007.

Naast de genoemde kroningen van beelden, zijn onder meer ook gekroond het beeld van Virga Jesse te Hasselt (1867), het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Scherpenheuvel (1872), de beeltenis van Maria in Tongre-Notre-Dame (1881) en het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Foy (1909). Veel beelden van Maria zijn gekroond in de periode 1875-1925. Veelal is een feestelijke herdenking de oorzaak om tot kroning over te gaan. De kroning wordt gezien als een speciale erkenning van een bedevaartsoord van Maria.

De kroning van een Mariabeeld wordt aangevraagd bij het Vaticaan in Rome en gericht tot de paus. Immers, de kerkleider besluit of er tot kroning kan worden overgegaan. Een canonieke kroning (Latijn: “Coronatio Canonica”) is een religieuze handeling, die door de paus van Rome wordt uitgevoerd door het publiceren van een pauselijke bul; een document voor een rechtshandeling van de kerkvader. Het Kapittel van Sint-Pieter is in 1981 gestopt met het regelen van kroningen. Echter, kroningen van Mariabeelden zijn doorgegaan, en wel door bisschoppen. Dit gebeurde al dan niet met goedkeuring van de paus van Rome. Ook kan een beeld in naam van de paus worden gekroond.

Geplaatst: 29 oktober 2022
Laatst gewijzigd: 8 januari 2023

~~~

ROZENKRANSMAAND

In de rooms-katholieke kerk is de maand oktober toegewijd aan de rozenkrans. In de 10e maand van het kalenderjaar wordt dan ook de nadruk gelegd op het bidden van de rozenkrans; een krans met kralen voor 5 x 10 maal het weesgegroet en na elke 10 weesgegroeten (“een tientje”) een onze vader. In heel wat parochies worden bijeenkomsten georganiseerd om met een groep gelovigen de rozenkrans te bidden. Hiernaast zijn er katholieken die het bidden van de rozenkrans als een individuele gelegenheid beschouwen. De Heilige Maagd Maria wordt door het bidden van de rozenkrans geëerd als de beschermster van de christeneenheid. Het gezamenlijk bidden van de rozenkrans wordt gezien als een heel krachtig instrument van de gelovigen om groot onheil af te wenden. Na de maand mei is oktober de tweede Mariamaand in het kalenderjaar.

Het gebruik van vooral in de maand oktober de rozenkrans te bidden komt uit de 19e eeuw. Het bidden van de rozenkrans is met name gepropageerd door paus Leo XIII, paus van 1878 tot in 1903. De pausen na Leo XIII hebben opvolging gegeven aan het benadrukken van het bidden van de rozenkrans.

Op 7 oktober is het de feestdag van Maria Koningin van de Heilige Rozenkrans. De Rozenkransmaand is dan ook een uitbreiding van deze bijzondere dag over de gehele maand oktober. De keuze van de feestdag op 7 oktober kent een bewogen geschiedenis.

Paus Pius V, paus van 1566 tot in 1572, heeft in 1571 de feestdag van 7 oktober ingesteld. Dit is gebeurd naar aanleiding van een grote zeeslag, namelijk de Slag van Lepanto op 7 oktober 1571, waarbij christelijke troepen, die de Heilige Liga vormen, de Turkse Ottomanen verslaan. De zeeslag vindt plaats nabij de westkust van Griekenland. De Heilige Liga is een initiatief van paus Pius V en is opgericht op 25 mei 1571. De liga bestaat uit vele katholieke, zeevarende staten in het gebied in en rond de Middellandse Zee, die samen een leger vormen. Deelnemende staten aan de Heilige Liga zijn onder meer de Kerk van Rome, het koninkrijk van Napels, dat van Sicilië en Spanje, het groothertogdom Parma, dat van Savoye en Urbino, de republiek Genua, deze van Venetië en de Orde van Malta. De paus schrijft de overwinning toe aan de hulp van de Heilige Maagd Maria. Deze hulp is verkregen door het bidden van de rozenkrans. Door de winnende zeeslag is de Ottomaanse invasie in Europa verijdeld. Op het moment dat de zege op de Turkse moslims wordt behaald, trekt een rozenkransprocessie op het Sint-Pietersplein te Rome. In 1571 voegt paus Pius V “Hulp der Christenen, bid voor ons” toe aan de Litanie voor Maria; de bekende Litanie van Loreto. De Heilige Liga is in 1573 ontbonden, kort na het overlijden van paus Pius V in 1572.

In 1969 geeft paus Paulus, paus van 1963 tot in 1978, het feest van de rozenkrans de huidige naam, namelijk “Onze-Lieve-Vrouw van de Heilige Rozenkrans”.

Geplaatst: 2 oktober 2022

~~~

ONZE-LIEVE-VROUW TOT VRIJKOOP

Een Spaanse eretitel voor Maria is “Nuestra Señora de la Merced”, ofwel “Onze-Lieve-Vrouw tot Vrijkoop”. In het Latijn is dit “Maria de Mercede Redemptionis Captivorum”. De benaming is ook “Onze-Lieve-Vrouw ter Slaven”. Met deze titel wordt bedoeld de vrijkoop van christenen, die slaaf zijn bij de Moren en verwijst naar een gelijknamige religieuze, Spaanse orde. Onze-Lieve-Vrouw tot Vrijkoop/ter Slaven is de patrones van deze orde. De benaming van Maria wordt een eretitel en is toegevoegd aan de Litanie van Loreto

Terug in de tijd …
In de periode van de 8e tot in de 15e eeuw is een groot deel van het Iberisch schiereiland in bezit van Moren en dat zijn aanhangers van de islam. Onder de heerschappij van de Moren worden Portugezen en Spanjaarden gedwongen zich te bekeren tot Allah. Zij die dit weigeren, zijn als slaaf verkocht en belanden in dienst van een moslim. Enkel als er voldoende geld voor een losprijs wordt betaald, ontsnapt een onderworpen Portugees of Spanjaard aan de slavernij. Deze tijd van het ontbreken van burgerlijke rechten treft miljoenen diep. Bij de christenen brengt dit angst en afschuw.

De Orde van de Mercedariërs is de Orde van Onze-Lieve-Vrouw van Barmhartigheid tot Vrijkoop van Slaven of “Ordo Beatae Mariae de Mercede Redemptionis Captivorum” als volledige naam in het Latijn, is opgericht om slaven vrij te kopen. De oprichting van de orde in 1218, andere bronnen spreken van 1222, is vooral het werk van Petrus Nolascus (±1180-1256). Hij is ridder en geboren in het zuiden van Frankrijk in het plaatsje Mas-Saintes-Puelles, nabij de grote stad Toulouse. Hij wijst het optreden van de moslims ten zeerste af en wil er tegeningaan. Petrus Nolascus heeft tegen de Albigenzen gevochten tijdens een kruistocht. Hij is een getrouwe van Jacobus I van Aragon (1208-1276), koning van Aragón (1213-1276), Valencia (1237-1276), Mallorca (1231-1276) en graaf van Barcelona (1213-1276). Deze koning heeft de bijnaam van “overwinnaar” en zet zich in voor de “reconquista” (herovering/verovering) van het Iberisch schiereiland op de Moren.

Petrus Nolascus is in 1628 heilig verklaard. Hij is patroonheilige van Barcelona, gevangenen en slaven. Petrus Nolascus wordt afgebeeld in het witte ordeskleed van de mercedariërs en het wapen ba de koning van Aragón.

Merced is het Spaans voor onder meer vrijkoop, losprijs, barmhartigheid, vergeving en kwijtschelding. De Orde van de Mercedariërs plaatst zich onder bescherming van Maria en hierdoor ontvangt Zij de eretitel. Zowel mannen als vrouwen zijn lid van de orde. Het is voorgekomen dat zij de losprijs betalen door zichzelf aan te bieden als slaaf en daardoor de slaaf vrij te krijgen. De ordesregel is gebaseerd op deze van Sint-Augustiunus van Hippo (354-430) en is geschreven in 1223 door de Catalaanse dominicaan Raymundus van Peñafort (±1175-1275). Hij is juridisch raadsman bij koning Jacobus I van Aragón. Deze geleerde van het kerkelijk recht wordt gezien als mede-oprichter van de Orde van de Mercedariërs. De kern van deze organisatie is slaven, die christen zijn, terug te kopen en hen weer de vrijheid te geven. Paus Gregorius IX, paus van 1227 tot in 1241, geeft in 1235 de regel goedgekeurd.

Raymundus van Peñafort is samen met Ivo Hélory (1253-1303) de patroonheilige van de rechtsgeleerden. Ivo Hélory wordt ook genoemd Ivo van Bretagne, Yves de Tréguier en Yves van Kermartin.

De vrijkoop van slaven gebeurt ook door de trinitariërs. Dit is een middeleeuwse orde met dezeklfde doelstellinge als de mercedariërs.

De eretitel van Maria “de la Merced” wordt door mensen omgevormd tot Mercedes. Vervolgens kiezen Spaanse katholieken veelvuldig Mercedes als naam voor hun dochter.

Later wordt de naam Mercedes een heel bekend begrip in de autowereld. De Duitser Gottlieb Wilhelm Daimler (1834-1900) is een industrieel, ingenieur en ontwerper. In 1885 ontwikkelt hij de eerste motorfiets en in 1886 het vierwielig motorvoertuig. Hij is oprichter van de Daimler Motoren Gesellschaft (DMG). Een belangrijke klant is Emil Jellinek (1853-1918), een internationaal zakenman en consul van Oostenrijk-Hongarije. In 1900 plaatst hij een grote order bij DMG voor de bouw van bijna 40 raceauto’s. Daarbij eist hij dat deze auto’s de naam Mercedes ontvangen, dit naar de roepnaam van zijn 10-jarige dochter Mercédès Adrienne Ramona Manuela Jellinek (1889-1929). Vanaf 1902 worden alle auto’s van DMG geproduceerd onder de naam Mercedes. Emil Jellinek is dan ook de bedenker van de naam van het automerk Mercedes. In 1903 wijzigt Emil zijn achternaam in Jellinek-Mercedes. Het automerk Mercedes-Benz ontstaat in 1926 door fusie van DMG met Benz. Carl Friedrich Benz (1844-1929), geboren als Karl Friedrich Michael Vaillant, is een Duits technicus, uitvinder en de eerste bouwer van motorwagens op benzine.

De Spaanse stad Barcelona heeft “Nuestra Señora de la Merced” als beschermheilige. In 1637 heeft Maria de stad verlost van een sprinkhanenplaag.

De feestdag van Onze-Lieve-Vrouw tot Vrijkoop is 24 september en is ingesteld om Maria’s hulp in te roepen bij risico’s om slaven vrij te krijgen en Haar te danken voor het slagen mensen in vrijheid te stellen.

Geplaatst: 23 september 2022
Laatst gewijzigd: 23 augustus 2024

~~~

ONZE-LIEVE-VROUW VAN SMARTEN

Onze-Lieve-Vrouw van Smarten, in het Latijn “Mater Dolorosa”, is een titel voor Maria voor de verering van Haar. Deze titel is ook een bekend thema in de muziek en kunst.

Maria heeft vaak en veel te lijden in haar leven. Nog steeds lijdt Zij. Op gefaseerde wijze is Zij gegaan door “de school van het lijden”. Onze-Lieve-Vrouw wordt dan ook de Moeder van Smarten genoemd en dit laat zich zien in verscheidene contexten van lijden en verdriet.

De smarten van Maria zijn 7 gebeurtenissen, die voor Haar lijdensmomenten zijn, namelijk:
1. de voorspelling van Simeon bij de opdracht van Jezus in de tempel. Hij zegt tot Maria: “Een zwaard zal Uw hart doorboren.”
2. de vlucht van de Heilige Familie, Maria, Jozef en Jezus, naar Egypte
3. het achterblijven van de 12-jarige Jezus in de tempel en daardoor het zoekraken van het Kind van Maria
4. de ontmoeting van Haar met Jezus tijdens de kruisweg naar de Calvarieberg
5. de kruisiging van Jezus, waarbij Maria onder het kruis staat
6. het afnemen van Jezus van het kruis en Maria haar Zoon omhelst
7. de graflegging van Jezus, waarbij Maria aanwezig is bij het begraven van haar Zoon.
Ook heeft Zij geleden bij andere situaties in het leven, waarbij het lijden van de Moeder rechtstreeks is verbonden met dat van haar Zoon.

De titel van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten wordt genoemd:
-in België: Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën
-in Duitsland: Schmerzhafte Mutter, Fest der Sieben Schmerzen
-in Frankrijk: Notre Dame des Douleurs
-in Nederland: Onze-Lieve-Vrouw van zeven Smarten
-in Spanje: Nuestra Señora de los Dolores.

Op de gedenkdag van de Smarten van Maria wordt het misgezang “Stabat Mater” gezongen, dit lied behoort tot de katholieke gezangen. Het “Stabat Mater” is een van de meest beroemde, Latijnse gedichten over Maria en wel in haar smart om haar gekruisigde Zoon. Het gedicht is genoemd naar de beginwoorden van de tekst: “Stabat Mater Dolorosa”, ofwel “De Moeder stond bedroefd”. “Stabat Mater” is er in verscheidene uitvoeringen en wel op de muziek van onder meer Diepenbrock, Dvorák, Pergolesi en Rossini. Alphons Johannes Maria Diepenbrock (1862-1921), Nederlands componist en schrijver over muziek, componeert Stabat Mater in 1896. Antonin Leopold Dvorák (1841-1904), Tsjechisch componist, dirigent, muziekpedagoog, organist en violist, componeert Stabat Mater in de periode 1876/1877. Hij doet dit om het verlies van twee dochtertjes en een zoontje te verwerken. De eerste uitvoering van Stabat Mater in Praag zorgt voor de internationale doorbraak van Dvorák. Giovanni Battista Pergolesi (1710-1736), Italiaans componist, organist en violist, componeert Stabat Mater in 1736. Gioachino Antonio Rossini (1792-1868), Italiaans componist, componeert Stabat Mater in 1832 en een tweede keer in 1841.

beeltenis van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten met 7 zwaarden in het hart, in de bedevaartplaats Maria Wörth in Oostenrijk

Kunstenaars verbeelden emoties van Maria als Zij is weergegeven als Onze-Lieve-Vrouw van Smarten. Dit gebeurt door met maken van beeldhouwwerken, fresco’s en schilderijen. Daarbij is Maria verbeeld als een rouwende, verdrietige Moeder, waar het moedergevoel op intense wijze is weergegeven. Kunstenaars laten een krachtige symboliek zien vol verbeelding en kleuren. Kunstenaars symboliseren de smart van Maria en trachten een totale ineenstorting tot uiting te brengen. Het gelaat is ontredderd door tranen, de ogen uitgeblust, een schuine blik en de wangen hol. Het gezicht is verwrongen door plotse ouderdom, kringen en rimpels ontstaan vanzelf. Het aangezicht ontroert. Zij draagt het lijden. De houding die Maria aanneemt, is vaak biddend en berustend. Daarbij draagt Zij menig keer een mantel van zwart fluweel. In de westerse iconografie is Onze-Lieve-Vrouw verbeeld als een wat oudere vrouw van wie het hart is doorstoken met zeven zwaarden. Deze zwaarden verwijzen naar de zeven smartelijke gebeurtenissen in haar leven, die Haar tot in het hart raken.

Er zijn kapellen en kerken gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Smarten. Onze-Lieve-Vrouw van Smarten is de patrones van het land Slowakije, de Amerikaanse staat Mississippi en de Italiaanse stad Mola di Bari.

In 1688 geeft paus Innocentius XI (1676-1689), geboren als Benedetto Odescalchi (1611-1689), de officiële goedkeuring aan de gedachtenis van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten.

De feestdag van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten is op 15 september, de dag na de gedenkdag van de Heilige Kruisheffing van 14 september. Het Heilig Kruis is in 324 gevonden door Sint-Helena (±248-±329), de moeder van de Romeinse Keizer Constantijn de Grote (±273-337). Het is paus Pius VII (1800-1823), geboren als Barnaba Niccolò Maria Luigi Chiaramonti (1742-1823), die in 1814 het feest van Onze-Lieve-Vrouw van Smarten voor de hele kerk vaststelt op 15 september.

Geplaatst: 14 september 2022
Laatst gewijzigd: 25 september 2023

~~~

TENHEMELOPNEMING

Het hoogfeest van 15 augustus viert het verrijzen van Maria. Zij is ontslapen en met lichaam en ziel in de hemel opgenomen. Daar is Zij tot Koningin van de Hemel verheven. Maria is verrezen en gekroond door haar Zoon. Zij verblijft in de hemel, een plaats vol mysterie voor mensen. Het is de grootte sprong voorwaarts van de mensheid. De reis naar bijvoorbeeld de maan verdwijnt in het niet met die naar het paradijs.

Aangenomen is dat Maria tussen 36 en 50 jaar na Christus is gestorven. De plaats van het overlijden staat niet vast. Er zijn enkele mogelijkheden: het kan zijn dat Maria in Jerusalem op de berg Sion is overleden en daarna is begraven naast de hof van Getsemane in het Kidrondal, aan de voet van de Olijfberg. Een andere mogelijkheid van de plaats van overlijden is Efese. Wat ook kan, is dat Maria sterft in Bethlehem, waar Zij in de laatste jaren van haar aardse bestaan heeft gewoond. Deze redenering is sterk en voor velen ook geloofwaardig.

De overtuiging dat Maria met lichaam en ziel in de hemel is opgenomen, heeft een geleidelijke weg gekend in de katholieke kerk. Het feest van de Tenhemelopneming wordt al genoemd in het jaar 450.

Het vieren van de Tenhemelopneming van Maria is vastgesteld op 15 augustus door keizer Flavius Mauricius Tiberius Augustus (539-602) kortweg Mauricius genoemd, die heerst over het Byzantijnse Rijk in de periode 582-602. Tot de dag van de viering is besloten in het jaar 582.

In de 7e eeuw leeft in de katholieke kerk meer en meer de overtuiging dat Maria met lichaam en ziel in de hemel is opgenomen. Onder Sergius I, paus van 687 tot in 701, heeft de katholieke kerk het feest van de Tenhemelopneming van Maria ook op 15 augustus vastgesteld. Er wordt dan nog gesproken over de”ontslaping van Maria” (“dormito Mariae). De gedachtenis van het “ontslapen van Maria” gaat dus terug naar de 7e eeuw. In de achtste eeuw wordt in de katholieke kerk van Tenhemelopneming gesproken.

Tijdens het Eerste Vaticaans Concilie (1869-1870) wordt door enige deelnemers gevraagd de opneming van Maria in de hemel tot dogma te verheffen. Doordat er verschil van mening is tussen de hoge geestelijkheid in de katholieke kerk heeft een beslissing lang op zich laten wachten. Het is Pius XII, paus van 1939 tot in 1958, geboren als Eugenio Maria Giuseppe Giovanni Pacelli (1876-1958), die het dogma (“dogma fidei”) heeft afgekondigd door te beklemtonen dat dit voor alle gelovigen geldt. Dit gebeurt in 1950, op 1 november, de dag van Allerheiligen. Vanaf die dag is de Tenhemelopneming een geloofspunt bij de katholieken van oost en west.

Op 21 november 1964, tijdens het 2e Vaticaans Concilie, is het document “Lumen Gentium” (Het Licht) aangenomen. Bij onderdeel 59 verwoordt de leerstelling: Tenslotte is de Onbevlekte Maagd, die van alle smet van de erfzonde is gevrijwaard na het voltooien van haar aardse levensloop met lichaam en ziel in de hemelse glorie opgenomen en door de Heer is verheven tot Koningin van het heelal, opdat Zij vollediger gelijkvormig wordt aan haar Zoon, de Heer der heren, de overwinnaar van zonde en dood. Dit is dus de Rooms-Katholieke visie.

In plaats van de Tenhemelopneming van Maria wordt ook gesproken van Maria Hemelvaart en Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaart. Dit is niet correct, want Zij is door God opgestegen naar de hemel.

In Orthodoxe Kerken is het vieren niet op 15 augustus, maar op 28 augustus. Dit verschil van 13 dagen komt door het hanteren van de juliaanse en gregoriaanse kalender. In de Orthodoxe Kerken wordt gesproken van het “ontslapen van de Moeder Gods” en in de Oud-Katholieke Kerk wordt de feestdag genoemd het “ontslapen van de Heilige Maria, Moeder Gods”. In deze kerken is de overtuiging dat Maria enkel met de ziel ten hemel is opgevaren.

In de regio Antwerpen wordt 15 augustus ook gevierd als Moederdag, want Maria is de Moeder van iedereen.

Geplaatst: 14 augustus 2022
Laatst gewijzigd: 13 augustus 2024

~~~

ONZE-LIEVE-VROUW VAN ALTIJDDURENDE BIJSTAND

In kerken, kapellen en aan gevels komt de afbeelding van “Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand” veelvuldig voor. “Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand” is een titel van Maria. Deze erenaam heeft betrekking op de alom bekende Byzantijnse icoon met de naam “Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand”.

Het kunstwerk van Onze-lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand kent een gouden achtergrond en beeldt Maria af in een donkerrood onderkleed, een diepblauwe mantel en sluier. Deze sluier laat op het voorhoofd een ster zien. Ook is een beperkt deel van de groene hoofdband zichtbaar. Het gelaat van Maria toont kalmte en kracht, met wat droefheid en medelijden. Zij toont enige emotie, want er gaat veel in Haar om. Linksboven op de icoon is de aartsengel Michaël afgebeeld. De engel draagt een kelk, waaruit een lans en stok met spons komen. Dit zijn de attributen bij de kruisiging van Jezus. Boven de engel zijn de initialen van hem zichtbaar. Rechtsboven op het schilderstuk is de aartsengel Gabriël weergegeven. Deze engel heeft vier nagels en een driekruis vast; een pauselijk kruis met drie dwarsbalken. Boven deze afbeelding zijn de initialen van Gabriël aangebracht. Iets boven de linkerschouder van Jezus staan de lettertekens van Jezus Christus. Ook boven de Moeder Gods staan initialen. De letters boven de twee aartsengelen, Jezus en Maria zijn Griekse inscripties. Onze-Lieve-Vrouw heeft haar Zoontje op de linkerarm. De kleine Jezus draagt een groenkleuring kleed, rode ceintuur en gele mantel. Hij kijkt naar de aartsengel Gabriël. Opmerkelijk is dat een sandaal loszit. Dit is een verwijzing naar een uitspraak van zijn neef Johannes de Doper. Johannes heeft eens gezegd, dat hij niet waard is de sandaal van Jezus los te maken. Er zij nog andere verklaringen van de loszittende sandaal. Het Kind heeft een blik vol ontzetting naar de voorwerpen van de aartsengel Gabriël. Jezus klampt zich op tedere wijze aan zijn Moeder en heeft beide handjes in de rechterhand van zijn Moeder gelegd. De beeltenis doet denken aan het komend lijden van Hem. Het Kind wendt zich tot de Moeder om zich te laten troosten. Een andere verklaring is, dat Onze-Lieve-Vrouw schrikt van de boodschappen van de aartsengelen omtrent het aanstaande lijden van haar Zon. Dit geeft een schrikbeweging en doet de sandaal van Jezus z’n voet losschieten.

De kleuren van de icoon hebben betekenis. De gouden achtergrond verwijst naar glorie en geluk in de hemel. Het rood van het kleed van Maria betekent liefde. Het blauw van de mantel van Onze-Lieve-Vrouw wil zeggen geloof en vertrouwen. Het groen van het kleed van Jezus staat voor godheid en hoop. Het bruin van de mantel van Jezus symboliseert de mensheid met de kleur van de aarde. De aartsengelen zijn afgebeeld met de gewaden in de groene kleur voor hoop en de rode tint van liefde.

muurtegel van Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand

Op veel afbeeldingen van Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand zijn Maria en Jezus gekroond. Echter, deze kronen behoren niet tot de oorspronkelijke icoon. De hoofdsieraden zijn later aangebracht en wel in 1867. Het Vaticaan heeft de wens geuit de afbeeldingen van Maria en Jezus te kronen. De kroning heeft door montage plaatsgevonden, nadat deze zijn gezegend. De hoofdsieraden zijn van goud en met juwelen bezet. Voor de restauratie van de icoon in 1994 zijn de kronen verwijderd. De redemptoristen hebben aangegeven dat zij de icoon in de originele staat willen behouden en dit betekent zonder de twee kronen. De gekroonde afbeelding is er dus geweest van 1867 tot in 1994, dus gedurende 127 jaar.

Sinds de 15e eeuw bevindt de originele, Byzantijnse icoon van “Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand” in Rome. De huidige plaats van het kunstwerk is de kerk van de Heilige Alfonsus van Liguori. Dit is de hoofdkerk van de Congregatie van de Allerheiligste Verlosser, namelijk de “Congregatie Sanotissimi Redemptoris” (C.S.R.). In deze congregatie is de devotie tot Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand zeer sterk. De redemptoristen hebben miljoenen afbeeldingen van de icoon wereldwijd verspreid. Het is de meest bekende, geschilderde of gebeeldhouwde afbeelding ter wereld. Bij de icoon ervaren mensen onder meer hulp en troost van Maria. De afbeelding is heel populair bij katholieken en in vele woningen is de icoon aanwezig. In de Oosters-Orthodoxe Kerk (Orthodoxe Katholieke Kerk) is de afbeelding bekend onder de naam Theotokos van de Passie; Godbaarster van de Passie. In de Russisch-Orthodoxe Kerk is de icoon ook populair en wordt daar genoemd “Strasdnaia”.

In 1992 is de originele icoon onderzocht voor restauratie. Dan wordt geconstateerd dat het hout uit de 14e eeuw dateert. Uit een kunsthistorische analyse blijkt, dat het schilderwerk is aangebracht in de 18e eeuw. De conclusie is, dat de icoon uit de 18e eeuw een kopie is van de vereerde icoon uit de 14e eeuw.

De afbeelding van Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand roept vertrouwen op en wil rust bezorgen. Vooral in ongunstige tijden is de beeltenis een middel voor gelovigen om bijstand te vragen.

Bij de afbeelding van Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand in een kerk of kapel is vaak de tekst van een gebed geplaatst. Behalve een gebed zijn er ook een litanie en een noveen tot Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand.

Onze-Lieve-Vrouw heeft haar voorliefde voor het bekende schilderij meermaals uitgesproken. Zij heeft gezegd dat haar begunstiging de afbeelding altijd zal vergezellen.

In de Katholieke Kerk is jaarlijkse gedenkdag van Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand 27 juni. In de Orthodoxe Kerk vindt het gedenken tweemaal per jaar plaats, namelijk op 30 april en de 6e zondag van hun Pasen; de zondag van de blindgeborene.

Geplaatst: 23 juni 2022


~~~

ONZE-LIEVE-VROUW VAN VLAANDEREN

Het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen is 2,75 m hoog en is in 1846 gemaakt van wit marmer. Het kunstwerk is van Jan-Baptist De Cuyper (1807-1852). Het beeld toont de gekroonde Maria met Jezus op de linkerarm. Links van Onze-Lieve-Vrouw zijn afgebeeld de Vlaamse leeuw en het Vlaamse schild. In de loop van de jaren zijn vele replica’s, in allerlei afmetingen en kleuren gemaakt.

Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen

Het beeld is door jonkvrouw Adelaïde d’Hane de Steenhuyse-de Potter (1803-1844) voor haar overlijden geschonken en in 1860 is het geplaatst in de jezuïetenkerk in de Posteernestraat te Gent. Op 9 mei van dat jaar is het Mariabeeld gekroond met toestemming van paus Pius IX (paus van 1846 tot in 1878). Het kunstwerk is het oudst gekroonde beeld van Maria in Vlaanderen. In 1956 is het beeld gebracht naar de kerk van het Sint-Barbaracollege in de Savaanstraat 33 te Gent.

Op 9 mei 1861, precies één jaar na de kroning, overhandigen de Notabelen van Gent een verzoekschrift aan de bisschop om het beeld te noemen “Notre-Dame de Flandre”. Dit verzoek wordt gehonoreerd. In 1892 ontvangt het beeld de naam “Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen” met een officieel kerkelijk statuut.

Sinds 2001 is de feestdag van Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen 9 mei.

Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen

Op vraag van de pater Jozef Asters (1850-1913) van de jezuïeten van Gent is in 1910 een Marialied gemaakt. Dit naar aanleiding van de 50e verjaardag van de pauselijke kroning op 9 mei 1860 van het beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen. Het lied krijgt als titel “Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen” en de tekst is van priester August Cuppens (1862-1924). De Vlaamse componist en dirigent Lodewijk de Vocht (1887-1977) heeft voor de muziek gezorgd. Het lied brengt Vlaamse gevoelens en Mariadevotie samen en is een “religieuze schlager” van formaat geworden. Een deel van de tekst luidt:
“Liefde gaf U duizend namen.
Groot en edel, schoon en zoet.
Maar geen een die ’t hart der Vlamen
Even hoog verblijden doet.
Als de naam, O Moedermaagd
Die Gij in ons landje draagt.
Schoner klinkt hij dan al d’anderen
Onze Lieve Vrouw van Vlaand’ren”.

Geplaatst: 9 mei 2022

~~~

MEIMAAND

Mei is de Mariamaand. De naam “mei” is afgeleid van de Griekse godin “Maia”. “Maia” is in de Griekse mythologie de oudste, bevalligste en meest verlegen van de Pleiaden, de zeven nimfen, zeven dochters van Atlas en Pleione. De oorspronkelijke betekenis van “Maia” is moeder. Later heeft “Maia” de betekenis van “vroedvrouw” gekregen.

De Griekse moedergodin “Maia” is door de Romeinen vereerd om de natuur weer in bloei te laten komen. De Romeinen noemden de maand van het voorjaar “Maius”. Op de eerste van de maand mei vierden zij het feest van de godin Bona Dea (Goede Godin), die later met de Griekse godin Maia is geïdentificeerd. Begin mei vierden de Romeinen het meerdaagse bloesemfeest met de naam Floralia.

In het Latijn is “Maius” zowel verwant aan “Maior”, dat groter betekent, als aan “Maiestas” dat staat voor aanzien, pracht en verheven.

In de middeleeuwen is in Italië het gebruik ontstaan de maand mei aan Maria toe te wijden. De aartsbisschop van Milaan, Carolus Borromeus (1538-1584), organiseert in zijn ambtsperiode 1560-1584 in de maand mei gebedsbijeenkomsten voor Maria in de Milanese kathedraal. Vele gelovigen komen er bidden, omdat de pest hun gezondheid ernstig bedreigt. Na Milaan volgen andere plaatsen om in de maand mei extra veel tot Maria te bidden.

In de katholieke kerk is mei de Mariamaand. Het vieren van de Mariamaand is te zien als een krachtig middel ter verkrijging van vrede en rechtvaardigheid. Dit heeft paus Paulus VI, die paus is van 1963 tot in 1978 en in 1897 is geboren als Giovanni Battista Enrico Antonio Maria Monti, in een encycliek verwoord. Dit pauselijk document heet “Mense Maio” (Latijn voor “De Meimaand”) en is van 29 april 1975. De ondertitel van deze encycliek is “over het gebed om vrede tijdens de meimaand”. Deze pauselijke zendbrief roept op tot gebed tot Maria om te komen tot het bidden voor vrede in de meimaand.

Een andere traditie is in de meimaand is in menige plaats een meiboom te planten. Ook dit verwijst naar voorjaar en ontluiken in vrede met goed gevoel.

Heel veel parochies besteden in de maand mei extra aandacht aan de devotie tot Maria. Dit betekent de rozenkrans bidden, bloemen leggen bij Mariabeelden, kaarsen aansteken bij afbeeldingen van Maria, processies houden ter ere van Maria en het naar Maria-oorden op bedevaart gaan.

Geplaatst: 4 mei 2022
Laatst gewijzigd: 2 mei 2023

~~~

VLUCHT NAAR EGYPTE

De Vlucht naar Egypte wordt gesymboliseerd door het tweede zwaard van de Zeven Smarten van Maria.

In het evangelie van apostel Matteüs staat dat een engel Jozef in een droom te kennen geeft met Maria en de zeer jonge Jezus naar Egypte te vluchten. De reden is dat koning Herodes de Grote kinderen ombrengt, omdat onder hen zich de Verlosser moet bevinden, waarvoor hij zich voelt bedreigd. Egypte behoort dan tot het Romeinse Rijk, maar over dat gebied heeft Herodes de Grote geen zeggenschap. De Heilige Familie, bestaande uit Maria, Jozef en Jezus, verblijft zeven jaren in Egypte.

Na deze periode wil Jozef met Maria en Jezus teruggaan. Echter, hij verneemt dat de zoon van de moordzuchtige koning Herodes de Grote, Herodes Archelaüs, heerst over Judea en hij is evenals zijn vader ook moorddadig. Hierdoor besluit de Heilige Familie te reizen naar Nazareth in Galilea.

De Vlucht naar Egypte is door vele kunstschilders verbeeld en ook zijn er schrijvers die over de reis berichten. Zo heeft Jacobus de Voragine (1228-1298) de Legenda Aurea (Gouden Legende) geschreven en ook de Legenda Sancturum (Heiligenlegenden). Jacobus de Voragine vermeldt dat de Heilige Familie zeven jaren in Egypte verblijft. Tijdens hun verblijf in Egypte bezoeken zij Cairo en dit volgens de koptische gewoonte. Op de plaats waar het huis van Maria, Jozef en Jezus heeft gestaan is de koptische kerk Abu Serga in de 4e eeuw gebouwd, die is toegewijd aan Bacchus en Sergius. Ook de Duitse theoloog Lodolphus van Saksen (1300-1377) beschrijft in de Vita Christi (Leven van Jezus) in 1374 hoe de Heilige Familie reist naar Egypte.

Geplaatst: 30 april 2022

~~~

VERSCHIJNINGEN

Maria is talloze keren verschenen in alle werelddelen van onze aarde. Waar Zij is gezien, zijn veelal bedevaartplaatsen gekomen, welke bestemmingen van pelgrims zijn geworden.

Gedurende de eeuwen zijn de karakteristieken van de verschijningen van Maria nauwelijks veranderd. Meestal verschijnt de Maagd Maria in een helder wit licht, is Zij gekleed in een lang gewaad en heeft Zij vaak een sjaal om. Dikwijls zijn haar voeten gehuld in een wolk of mist. Menige verschijning kondigt de komst van Maria aan door verschijnselen als bliksem, donkerte, licht of wind.

Onze-Lieve-Vrouw richt zich voor het merendeel tot eenvoudige, onschuldige mensen. Meestal maakt Zij zich bekend met haar naam of één van haar vele titels. Als Maria spreekt, is dat verstaanbaar, want Zij gebruikt woorden uit de taal of het dialect van de ziener of zieners. Op deze wijze levert Zij het bewijs van haar echtheid. Daarbij is het geheel niet aan de orde of “Rome” een verschijningsplaats heeft erkend. Immers, het gaat erom, dat er in een bedevaartsoord mensen zijn, die zich voelen aangetrokken tot Maria en de betekenis voor de plaats van de verschijning. Verschijningsplaatsen van Maria die veel pelgrims trekken, zijn onder meer Banneux, Fatima, Garabandal, Heede, Heroldsbach, La Salette, Lourdes, Marienfried, Marpingen, Medjugorje en Montichiari.

Geplaatst 7 april 2022

~~~

ONBEVLEKT HART VAN MARIA

Het Onbevlekt Hart van Maria is een devotionele benaming voor Onze-Lieve-Vrouw. Oorspronkelijk is de naam Heilig Hart van Maria en die staat symbool voor het innerlijk leven van Haar. Het betreft de deugden, droefheid, liefde, volmaaktheden en vreugde van Maria. Het Onbevlekt Hart van Maria verwijst naar haar fysieke hart, de pure liefde van Onze-Lieve-Vrouw, omdat haar hart enkel puurheid kent. Deze zuiverheid is het gevolg van het zonder erfzonde zijn. Maria is namelijk zonder de erfzonde geboren.

De devotie tot het Onbevlekt Hart van Maria gaat eeuwen terug en is afgeleid van de verering van het Heilig Hart van Jezus. De betekenis van het Onbevlekt Hart van Maria is toegenomen door de verschijning van Maria aan Catherine Labouré te Parijs in 1830, de afkondiging van het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis in 1854 en de verschijningen van Haar aan Bernadette Soubirous te Lourdes in 1858. Nog groter wordt de betekenis van het Onbevlekt Hart van Maria door de verschijningen van de Moeder Gods in 1917 te Fatima in Portugal. Op 13 juli 1917 vraagt Maria aan de drie zieners, Lucia de Jesus dos Santos, Jacinta Marto en Francisco Marto, dat haar Onbevlekt Hart speciaal wordt toegewijd aan Rusland. Deze toewijding is een heel bijzondere wijze om de bescherming en voorspraak te vragen aan Maria. Zij zegt dat door de toewijding veel zielen worden gered en er vrede zal zijn. Anders zal er oorlog en hongersnood zijn, vervolging van de Kerk en zal de Heilige Vader veel te lijden hebben. In de daarop volgende jaren is dit allemaal uitgekomen!

Op 22 augustus 1942 heeft paus Pius XII, paus van 1939 tot in 1958 (Eugenio Maria Giuseppe Giovanni Pacelli 1876-1958) het Onbevlekt Hart van Maria ingesteld. Dit is gebeurd ter gelegenheid van de 25e verjaardag van de verschijning van Maria in Fatima in 1917. De feestdag is vastgesteld op de zaterdag na Sacramentsdag.

Op 25 maart 2022 wijdt paus Franciscus het Onbevlekt Hart van Maria toe aan Rusland en Oekraïne. De paus doet dit tijdens een boeteviering in de Sint-Pietersbasiliek te Rome. Door deze toewijding gaat de paus in op het verzoek van de Oekraïense, katholieke bisschoppen, die hem dit hebben gevraagd. Het verzoek van Oekraïense katholieken om de toewijding is al gedaan in 2014 om verergering van de oorlog met en de gevaren uit Rusland te verijdelen. Dit is gebeurd toen Rusland in dat jaar de Krim annexeerde.

Het is hoogst opmerkelijk dat de boodschappen in Fatima uit 1917 pas in 2022 ernstig worden genomen. Dit is 105 jaren later! Immers, de toewijding van het Onbevlekt Hart van Maria aan Rusland is tot 25 maart 2022 nooit expliciet gebeurt door opeenvolgende pausen.

Geplaatst 19 maart 2022
Laatst gewijzigd 9 juni 2022

~~~

MARIA-LICHTMIS

Op 2 februari wordt het feest van Maria-Lichtmis gevierd. Dit herdenken behoort tot de oudste christelijke, feestelijke gebeurtenissen. In de middeleeuwen is het ontsteken van licht een vruchtbaarheidsritueel. Er wordt op Maria-Lichtmis veel meer dan één kaars, “candela” in het Latijn, gewijd en kaarsenprocessies gehouden vóór de mis. De traditie kaarsen te wijden op Maria-Lichtmis ontstaat rond het jaar 1000. Door het van oudsher zegenen van kaarsen is het op deze dag ook een kaarsjesfeest. De mis is dan ook een viering met veel kaarslicht. Hier komt de naam “Lichtmis” vandaan. Het woord “mis” is een verkorting van het Latijnse woord “missa” en is het oude woord voor eucharistieviering. “ITE, MISSA EST” betekent dan ook “gaat heen, de mis is uit”. Deze dag wordt door mensen beleefd als een lichthulde aan Maria: Zij heeft het Licht (Jezus) gebaard. Hierdoor is de naam Maria toegevoegd. Het wijden van kaarsen en er in processie mee rondgaan, vindt nog steeds plaats. Gelovigen zijn ervan overtuigd, dat gezegende kaarsen tijdens Maria-Lichtmis hen beschermen tegen gevaren en tegenslagen. Deze devotie voor Maria gaat bij de mensen voorbij aan een bepaling van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965), dat deze dag in eerste instantie een Christusfeest is en pas daarna een Mariafeest. Maar gelovigen stellen zo hun prioriteiten …

Een ander gebruik is op Maria- Lichtmis pannenkoeken eten en dit komt met namen in Vlaanderen voor. De reden is, dat jaren terug 2 februari één van de twee dagen is (de andere dag is 11 november, feest van Sint-Maarten), dat mensen van werk op het platteland konden veranderen. In de avond werd dit gevierd met haardkoeken en later zijn dit pannenkoeken geworden. Pannenkoeken zouden geluk brengen en zijn vrij goedkoop om te maken. Een oud gezegde luidt: “Geen vrouwtje zo arm of ze maakt op Lichtmis haar pannetje warm”. De vorm en kleur van een pannenkoek verwijzen naar de zon en daardoor naar het licht. Zoals de zon is een pannenkoek warm, rond en licht van kleur. Vanaf 2 februari zijn de donkere dagen voorbij en wordt naar lichtere dagen uitgekeken. Deze dag staat dan ook in het teken van de zonnewende. Dit is het zich ervan bewust zijn, dat de dagen lichter worden en het voorjaar in aantocht is.

De eerste, bekende verwijzing naar Maria-Lichtmis komt van de pelgrim Egeria (Aetheria, Etheria), die in de periode 381-384 door het Beloofde Land trekt. Zij is afkomstig van Gallaecia (Hispania Gallaecia), een Romeinse provincie en dit gebied heet later Galicië in Spanje/noordelijk Portugal. Egeria is getuige van een processie te Jeruzalem naar de Constantijns Basiliek van de Wederopstanding. De vrouw schrijft de opgedane ervaringen in een brief naar haar christelijke zusters. De brief heeft de naam “Itinerarium Egeriae” en dit Latijn staat voor “Routebeschrijving van Egeria”.

De datum 2 februari is de laatste feestdag, die is verbonden met Kerstmis, namelijk 40 dagen na de Kerstnacht. Dit houdt in, dat de dag van Maria-Lichtmis de kerstperiode afsluit.

Het zuiveringsoffer van Maria wordt ook op deze dag gehouden. Volgens de Joodse wet moet dit gebeuren 40 dagen na de geboorte van haar Kind in de Kerstnacht. De Latijnse benaming van de zuivering van Maria is “Purificatio Beatae Mariae Virgini” en dit staat voor “Reiniging van de Heilige Maagd Maria”. Deze naam komt uit het 7e eeuwse sacramentsboek van Gelasianum (Sacramentarium Gelasianum). Het is een boek over de christelijke liturgie uit ± 700 en heeft enige wortels uit de tijd van Gelasius, paus van 492 tot in 496. De reiniging van Maria wil zeggen, dat vrouwen na de bevalling 40 dagen rust is gegund en ook dit volgens de Joodse wet. Het is het einde van de zwangerschap- en bevallingsperiode. Zo’n 2000 jaar terug hadden de Joden al zeer vooruitstrevende wetgeving!

Volgens de Joodse traditie wordt een eerstgeboren jongetje opgedragen aan God. Dit is “PIDYON HABEN” en dat staat voor vrijkoop van de eerstgeborene. In de tempel wordt aan priesters een offer in natura of geld gebracht en daardoor is het kind vrijgekocht. Deze dag is dan ook de herdenking van de Opdracht of Presentatie van Jezus in de tempel. Op deze dag nemen Maria en Jozef hun kind Jezus mee naar de tempel. In het evangelie van Lucas wordt vermeld, dat bij de ingang van de tempel de oude Simeon staat en dat deze in de baby de Messias herkent en noemt het jongetje “het Licht dat straalt voor alle volkeren”. Door de intrede van Jezus in de tempel straalt het licht naar alle volkeren.

In de westerse Katholieke Kerk wordt de dag van Maria-Lichtmis ook wel genoemd het feest van de ontmoeting van de Heer of de opdracht van de Heer. Het is het vierde Blijde Geheim van de rozenkrans. In plaats van “Maria-Lichtmis” wordt ook wel gesproken van “Onze-Lieve-Vrouw-Lichtmis”.

In de Oosters-orthodoxe kerken wordt Maria-Lichtmis 13 dagen later gevierd en wel op 15 februari. Dit komt door het volgen van de Juliaanse kalender; een Romeinse kalender, die is genoemd naar Julius Caesar (100 v.Chr – 44 v.Chr), Romeins politicus en generaal. Het feest heet daar “het Hoogfeest van de Presentatie van onze Heer, God en Verlosser in de Tempel”. Dit is in de Oosters-orthodoxe kerken één van de 12 grote feesten.

In de Anglicaanse kerk is Maria-Lichtmis (Candlemas Day) de afsluiting van de Epifanietijd (Godsverschijningstijd). De anglicaanse kerk is het traditie dat de kersttijd wordt afgesloten op deze dag, dus 40 dagen naar Kerstmis. Het woord “Epifanie” is afgeleid van het Griekse Phainein, dat verschijning betekent, zoals het komen van de Drie Wijzen naar de pasgeboren Jezus. Na de Epifanietijd begint de voorbereiding voor de 40-dagentijd.

Geplaatst: 2 februari 2021
Gewijzigd: 24 maart 2024

~~~

EUROPA

Maria is het symbool van katholiek Europa. De Europese Unie is dan ook nauw verwant aan Haar.

Politieke leiders, die aan de wieg hebben gestaan om tot de vereniging van Europese landen te komen, zijn overtuigd katholiek. Deze baanbrekende personen zijn de Duitser Konrad Adenauer (1876-1967), de Fransman Robert Schuman (1886-1963) en de Italiaan Alcide De Gasperi (1881-1954). Hun voorbereidingen hebben geleid tot de eerste organisatie, die de voorloper is van de huidige Europese Unie. Dit heeft plaatsgevonden op 25 maart 1957 en dat is de dag van Maria Boodschap.

De katholieke geschiedenis van Europa is sterk met Maria verweven. In Europa zijn talloze plaatsen waar een heiligdom of gebedsplaats aan Maria is gewijd, zoals Banneux, Beauraing, Brezje, Covadonga, Fatima, Gietrzwald, Heroldsbach, Knock, La Salette, Laus, Loreto, Lourdes, Mariastein, Marienfried, Marpingen, Medugorje, Montichiari en Scherpenheuvel.

Maria komt in tal van schilderijen en beelden tot uiting in het Oude Continent. Maria is dan ook een zeer passend symbool voor Europa, ofschoon Zij Jodin is en geen Europese vrouw.

De Europese vlag, van de Europese Unie en de Raad van Europa, verwijst ook naar Maria, want deze vlag telt 12 goudkleurige sterren op een hemelsblauwe achtergrond. De historie van de vlag begint in 1955, want in dat jaar heeft de Raad van Europa de blauwe vlag met 12 sterren gekozen. Deze raad is met name actief voor mensenrechten en Europese cultuur. De 12 gouden sterren symboliseren perfectie en totaliteit. In de vlag verwijst de kleur blauw naar een heldere hemel. De sterren vormen een cirkel en dit symboliseert eenheid, gelijkwaardigheid, harmonie, solidariteit en verbondenheid tussen de volkeren van Europa. De vlag is ontworpen door de gelovige Arsène Heitz (1908-1989) uit Straatsburg. Hij stelt dat het blauw van de achtergrond en de 12 sterren verwijzen naar de Moeder Gods. Blauw is de kleur van Maria en Zij draagt meermaals een kroon met 12 sterren. Later heeft hij onthuld, dat de inspiratie van de vlag is gekomen door de verschijningen van Maria in Rue de Bac te Parijs in 1830, waar Zij de miraculeuze medaille heeft voorgesteld. Op de wonderdadige medaille is aan de ene zijde Maria afgebeeld, die lichtstralen zendt naar de aarde. Op de andere kant van de medaille staat de letter M in een kruis boven 2 harten en dit geheel is omringd door 12 sterren. Na het ontwerp is het de Belg Paul Lévy (1910-2002), die op de vlag de symboliek heeft weergegeven. In 1985 is de Europese vlag ingevoerd en deze is het symbool van de Europese Unie. Op 26 mei 1986 is de vlag voor het eerst gehesen aan het Berlaymontgebouw, waar de Europese Commissie zetelt.

Maria doet Europa en de Europeanen eraan herinneren, dat er een zeer sterk katholiek fundament in dit werelddeel ligt.

Geplaatst: 24 oktober 2021
Gewijzigd: 22 januari 2022

~~~

ORDE

Religieuze orden zijn er al gesticht in de middeleeuwen en zowel mannen, als vrouwen hebben zich bij een orde kunnen aansluiten. Een orde kan op vrijwel identieke wijze zijn georganiseerd als een congregatie. Voor het onderscheid tussen een orde en een congregatie is de datum van het ontstaan van belang. Een orde is opgericht vóór 1550 en een congregatie na dit jaartal. Dit besluit is genomen tijdens het Concilie van Trente (1545-1563).

Zowel een orde, als een congregatie is een “instituut voor gewijd leven”. De mensen, die behoren tot een orde of congregatie vormen een gemeenschap en wonen in een klooster. Een klooster kan een abdij, priorij (tweede huis van een klooster) of convent zijn.

Orden begroeten de laatste tijd wat nieuwelingen en dat is bijzonder, want na een heel lange periode van droogte druppelt het wat met belangstellenden. Wat beweegt mensen om zich te melden bij een orde, om zich aan te sluiten bij een organisatie van mensen die aan dezelfde regels zijn gebonden?

Ik heb veel bewondering voor mensen, die zich aansluiten bij een orde. Het leven is er zo anders als buiten hoge kloostermuren. Opvallend is, dat bijvoorbeeld dominicanen, franciscanen en norbertijnen weer een beperkte toestroom van nieuwe leden kennen. De toenemende belangstelling geldt voor mannen en vrouwen, die willen toetreden. Een man is in het klooster als broeder, monnik of pater en een vrouw is zuster of non. Volgens mij is de open sfeer rond paus Franciscus een stimulans om in te treden, evenals de steeds toenemende populariteit van Maria. Immers, de Mariadevotie is vooral ongekend groot in bedevaartplaatsen, waarbij een religieuze orde meestal is betrokken bij de organisatie. Wat heeft een orde aan een nieuweling te bieden?

In een orde bestaat het aanbod uit een grote variatie werken aan bijvoorbeeld gebed, pastoraal werk, contemplatie en devotie. Daarnaast verschilt het kloosterleven per orde, zoals vroeg of heel vroeg opstaan voor het ochtendgebed, een dagelijkse eucharistieviering en een kort of langdurend avondgebed. Verder is het onder meer werken in de pastorale zorg in de omgeving van de locatie van de orde, het schoonmaken van het klooster, het verzorgen van de tuin, het bijhouden van de website, het begeleiden van pelgrims, het verkopen van boeken en devotionalia, het bereiden van dranken en het verzorgen van de administratie. Werk is er volop in een orde. Ook biedt het kloosterleven zekerheid van huisvesting, eten en drinken. Verder is er de zekerheid van stilte op vele uren van de dag. Hierdoor is er gelegenheid voor bezinning en denken aan oplossingen in het lenigen van noden van anderen

Met bewoners van een klooster kan ik mijn beleving met en tot Maria prima delen. In de woorden die ik tot Maria richt, komt menig keer devotie sterk tot uiting en dit krijgt in een klooster veel ruimte. Echter, mijn Mariadevotie kan ik ook prima uiten buiten de kloostermuren.

Geplaatst: 14 januari 2022
Laatst gewijzigd: 18 maart 2022

~~~

KERSTMIS

Het woord Kerstmis is etymologisch gezien een samenvoeging. De woordafleiding heeft betrekking op de woorden Christus en mis. Het is de mis (viering) voor de geboorte van Jezus. Kerstmis is een officiële feestdag en dat is de reden dat het woord met een hoofdletter wordt geschreven.

Het traditionele kerstverhaal komt uit het evangelie van Lucas, namelijk de hoofdstukken 1 en 2. Keizer Augustus (63 vóór Chr – 14 nà Chr) besluit dat mensen zich moeten registreren. Daartoe reizen Jozef en de hoogzwangere Maria van Nazareth naar Bethlehem. Daar vinden zij geen plaats in een herberg en een schamele ruimte is een noodoplossing. In het provisorische onderkomen bevalt Maria van een Zoon. Herders vernemen van een engel het bijzondere nieuws en zij zijn de eerste bezoekers bij de pasgeborene.

In het evangelie van Mattheus staat in hoofdstuk 2 de komst van de drie wijzen. Zij zien een ster, volgen deze en komen ook bij Maria, Jozef en Jezus. De ster van de kerstnacht is een verwijzing naar Jezus, omdat hij de stralende Morgenster wordt genoemd en ook het licht van de wereld. Vervolgens gaan de wijzen een bezoek brengen aan koning Herodes, maar brengen geen verslag uit van hun bezoek aan de kleine Jezus. Toch voelt de kwaadaardige Herodes onraad en hij besluit de pasgeboren verlosser om te laten brengen. Echter, het is onbekend wie de kleine verlosser is. Daarom worden vele pasgeboren kinderen vermoord. Echter, om te ontkomen aan het moordplan van de zich bedreigd voelende koning vluchten Jozef, Maria en Jezus naar Egypte.

De kerststal is een vinding van Franciscus van Assisi (±1181-1226) in het jaar 1223. Hij komt met een kerstscène en dat wordt als een aanschouwelijk tafereel gezien, dat wereldwijd nog steeds navolging kent.

op 25 december wordt Maria moeder

In oude bronnen is niet te vinden dat Jezus op 25 december is geboren. Wellicht heeft Maria Hem gebaard in het jaar 5 vóór Christus en is Hij gestorven in april van het jaar 30. Het is Maria die het meest heeft verlangd naar de komst van Jezus.

Kerstmis valt op 25 december, omdat vanaf de laatste dagen van december het langer licht wordt. De keuze van de datum heeft te maken met de winterwending. De dag van Kerstmis ligt dan ook exact 9 maanden na 25 maart; de dag van Maria Boodschap. De kerkelijke viering van de geboorte van Jezus is in de vooravond van Kerstmis. Dit is de kerstnacht op 24 december en in de ochtend van 25 december is er een dagmis. De kerstperiode heeft een duur van enkele weken. De aanloop naar Kerstmis wordt in de kerk de advent genoemd, een duur van 4 zondagen vóór Kerstmis. Na Kerstmis is er op 28 december de dag van de Onnozele (Onschuldige) Kinderen, die door de soldaten van koning Herodes worden vermoord. Op 6 januari is het Driekoningen, de dag van het bezoek van de drie wijzen uit het oosten en op 2 februari is het de feestdag van Maria Lichtmis (Opdracht van de Heer in de tempel). Op 2 februari eindigt dan de kerstperiode, die met de advent is begonnen in het einde van november.

Het in huis plaatsen van een kerstboom in de periode rond Kerstmis is een oude traditie uit de middeleeuwen en deze is overgeleverd door de Germaanse cultuur. Een dennenboom heeft groene naalden en de kleur groen staat voor hoop.

Dan is er nog de Kerstman in de kerstperiode. De Kerstman is ontstaan door Nederlandse emigranten, die naar Amerika zijn gegaan om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Zij nemen ook tradities mee naar de andere zijde van de oceaan, waaronder het feest van Sinterklaas. De Sint wordt in Amerika omgevormd tot Santa Claus en wordt later in vele landen bekend. Echter, de Kerstman heeft weinig gemeen met Sinterklaas. Wel geeft hij, net als Sinterklaas, cadeautjes, maar het tonen van solidariteit, delen met elkaar en geven om elkaar zijn bij Sinterklaas aanwezig en ontbreken bij de Kerstman.

Geplaatst: 23 december 2021
Laatst gewijzigd: 24 december 2023

~~~

MARIALEGIOEN

Het Marialegioen (Legio Mariae) is een wereldwijde organisatie van biddende en werkende gelovigen. Het Marialegioen van Maria is een lekenapostolaat van katholieken en wil werken vanuit de bezielde geest van Maria. Daartoe is Maria Onbevlekt Ontvangen het centrale gegeven. De leden van het legioen zijn geïnspireerd door het geloof en liefde van Maria. Zij vinden in de devotie voor Maria de kracht om hun werk te doen. Het doel van het Marialegioen is Maria naar de mensen brengen. Dit uit zich in persoonlijke dienstbaarheid om mensen tot het katholieke geloof te bewegen, met het doel hen als toegewijd gelovigen hun leven te ervaren. De spiritualiteit van het Marialegioen is gebaseerd op de devotionele zienswijze van de Franse, katholieke priester Louis-Marie Grignion de Montfort (1673-1716), namelijk toewijding aan Jezus Christus dóór Maria.

Op 7 september 1921 is het Marialegioen opgericht in Ierland en wel in de vooravond van het feest van Maria Geboorte. In 2021 bestaat het Marialegioen dan ook een eeuw. Oprichter van de organisatie is Frank Duff (1889-1980); een gelovige, katholieke man. Al op jonge leeftijd is hij lid van een Vincentiusvereniging en hierdoor zet hij zich in voor arme en hulpbehoevende mensen. Frank Duff leest veelvuldig geschriften over Maria van de Heilige Louis-Marie Grignion de Montfort. Dit draagt ertoe bij, dat de Mariadevotie steeds sterker bij hem wordt. Frank Duff realiseert zich dat er behalve materiële, ook geestelijke nood is onder de mensen. Verder is hij van mening dat geestelijken, zoals priesters, hieraan niet voldoende aandacht kunnen besteden. Door deze visie is hij gestart met een lekenorganisatie, die aanvullend op het werk van geestelijken actief is.

De biddende leden van het Marialegioen heten “auxiliairs”, ofwel “hulpen”, werkende leden worden “legionairs” genoemd en een afdeling “presidium”. Overkoepelende besturen heten “senaat” en het hoofdbestuur daagt de naam “Concilium Legionis”.

De wereldwijde organisatie van het Marialegioen is niet alleen geslaagd door de inzet van oprichter Frank Duff en de miljoenen leden, maar vooral ook door het vele werk van de Ierse Edel Mary Quinn (1907-1944) in Afrika en de Ier Alfie (Alponsus) Lambe (1932-1959) in Zuid-Amerika.

De biddende leden bezitten een handboek met dagelijkse gebeden. Immers, bidden doen zij elke dag. Ook kunnen zij bezoeken brengen aan ouderen, zieken en mensen met moeilijkheden. Bezoeken worden bij de mensen thuis gebracht of bij hen die verblijven in verpleeg- en ziekenhuizen. De werkende leden komen wekelijks bijeen om samen te bidden en werkzaamheden voor te bereiden en uit te voeren. Alle leden helpen mensen met geestelijke en materiële noden, zij doen dit naast het werk van geestelijken. Werken worden uitgevoerd na goedkeuring door een bisschop of pastoor.

In de eerste jaren van het bestaan van de organisatie zijn vele meisjes en jonge vrouwen gered uit de criminaliteit en prostitutie. Door opgerichte “Sancta Maria Huizen” konden deze jonge mensen een nieuw bestaan opbouwen. Ook hebben leden van het Marialegioen armen zodanig geholpen dat zij een nieuw hoofdstuk in het leven zijn gestart.

Op de standaard van het Marialegioen staat een duif als symbool van de Heilige Geest. Hieronder is vermeld “Legio Mariae” met een afbeelding van Maria en daaronder een wereldbol. De achterliggende gedachte is, dat de Heilige geest, Maria en haar kinderen de wereld redden.

Het Marialegioen is wereldwijd actief in ongeveer 170 landen en telt zo’n 5 miljoen werkende en 8 miljoen biddende leden. Het is het grootste legioen van leken in de katholieke kerk. De hoofdzetel is gevestigd in de Ierse hoofdstad Dublin. In 2014 is het Marialegioen erkend door het Vaticaan te Rome als een officiële lekenbeweging, namelijk als Internationale Vereniging van Gelovigen.

Geplaatst 22 november 2021

~~~

REISICONOSTASE

Een iconostase is een houten of stenen wand, die de altaarruimte, het allerheiligste waar enkel de priester toegang heeft, scheidt van het schip; de plaats in de kerk waar gelovigen mogen komen. De iconostase komt voor in orthodoxe kerken. Op de scheidingswand zijn iconen van heiligen aangebracht.

reisiconostase in de Anton van Duinkerkenzaal van de Universiteit te Nijmegen

Een reisiconostase is een verkleinde wand, die geschikt is gemaakt om op verplaatsing te gaan. De kleine panelen op de wand zijn door middel van scharnieren aan elkaar bevestigd. Hierdoor kunnen de plankjes met afbeeldingen ineen waren gevouwen om deze gemakkelijk mee te kunnen nemen bij het op reis gaan.

icoon van de Moeder Gods van Kazan van de reisiconostase in de Universiteit te Nijmegen

De reisiconostase gaat mee in processies, op veldtochten, op reis en haar huis. In het leger kan met een verplaatsbare iconostase een eredienst worden gehouden in het open veld. Een overwinning van de militairen wordt behaald met behulp van de meegenomen iconostase. Ook wordt een reisiconostase geplaatst in de huiskapel van welgestelden.

icoon van de Presentatie van Maria in de tempel, als onderdeel van de reisiconoastase in de Universiteit van Nijmegen

Wanneer een gelovige van de orthodoxe kerk niet in de gelegenheid is om naar de kerk te gaan, biedt een reisiconostase uitkomst. Op deze wijze kan buiten een kerkgebouw tot de afgebeelde heiligen op de reisiconostase worden gebeden.

In de Radboud Universiteit Nijmegen staat een reisiconostase in de Anton van Duinkerkenzaal. De verplaatsbare scheidingswand met iconen behoort tot de Stichting Reinier Post. Regnerus Richardus (Reinier) Post (1894, Kloosterburen – 1968, Nijmegen), is een Nederlands rooms-katholiek priester, historicus en hoogleraar in Nijmegen. De Stichting Reinier Post heeft ten doel het beheren van het door de Katholieke Universiteit Nijmegen, nu Radboud Universiteit Nijmegen, afgezonderd eigen vermogen en hiertoe behoort ook het beleggen in katholieke kunst.

icoon van de annunciatie als onderdeel van de reisiconostase in de Universiteit te Nijmegen

De aanwezige reisiconostase dateert uit de 19e eeuw en is afkomstig uit Rusland. Sinds 1986 behoort het kustwerk tot de kunstcollectie Radboud Universiteit Nijmegen. De reisiconostase telt 68 afbeeldingen en bestaat uit 15 panelen, die met scharnieren aan elkaar zijn verbonden.

icoon van het ontslapen van Maria, als onderdeel van de reisiconostase in de Universiteit te Nijmegen

Maria is op de reisiconostase opvallend veel aanwezig. Zij wordt afgebeeld als “Moeder Gods van Kazan”, “Geboorte van Maria”, “Presentatie van Maria in de tempel”, “Annunciatie”, “Ontslapen van Maria” en “Moeder Gods”.

icoon de Moeder Gods als onderdeel van de reisiconostase in de Universiteit te Nijmegen
Anton van Duinkerkenzaal van de Radboud Universiteit Nijmegen

De zaal, waarin de reisiconosatase achter glas is te zien, is genoemd naar Anton van Duinkerken. De naam Anton van Duinkerken is het pseudoniem van Wilhelmus, Johannes, Maria, Antonius (Willem) Asselbergs (1903, Bergen op Zoom – 1968, Nijmegen). Willem Asselbergs is Bourgondiër, dichter, essayist, hoogleraar, literator, literatuurhistoricus, literatuurcriticus, polemist, redenaar en schrijver. Hij heeft zich getoond als een groot cultuurdrager van katholiek Nederland.

portret Anton van Duinkerken (1903-1968) in de Anton van Duinkerkenzaal van de Universiteit te Nijmegen

25 september 2021

~~~

MARIA-GEBOORTE

De verjaardag van Maria is 8 september; de dag van Maria-Geboorte. In gebed is het die dag Maria feliciteren door op verjaardagsvisite te gaan. Het is dan ook Haar danken voor onder meer de gegeven steun, troost en kracht. Tussen Onze-Lieve-Vrouw en de gasten is het een bijzonder samenzijn.

De dag van Maria-Onbevlekte Ontvangenis van 8 december is afgeleid van de dag van Maria-Geboorte van 8 september. Negen maanden later is het 8 september en komt Zij ter wereld. Maria wordt geboren om de Moeder Gods te worden en Zij is dan ook Onbevlekt Ontvangen. Dit houdt in dat Maria zonder erfzonde wordt gebaard. De keuze van Maria-Geboorte op 8 september komt door de wijding van een Anna-Kerk te Jeruzalem op 8 september in de 5e of 6e eeuw.

Maria wordt geboren uit het huwelijk van Anna en Joachim. De namen van de ouders van Maria komen niet in het Nieuwe Testament voor. Volgens Palestijnse bronnen vindt de geboorte van Maria plaats in het noordoostelijk deel van de stad Jeruzalem, vlakbij de Vijver van Bethesda. Volgens het apocriefe boek, dat geen officiële bijbeltekst is, “Proto-Evangelie” van Jacobus, dat in de 2e eeuw is geschreven, zijn Anna en Joachim de ouders van Maria. Apocrief betekent verborgen en wordt gebruikt om geschriften te vermelden die niet in het Nieuwe Testament staan. Omtrent het jaar van de geboorte van Maria is er geen eenduidigheid. Een mogelijk geboortejaar is 20 vóór de christelijke jaartelling.

Bij de dood van Jezus, de Zoon van Maria, op Goede Vrijdag, staat de Moeder onder het kruis. Op dat moment wordt Zij de Moeder van iedereen en voorspreekster bij God. Immers, onder het kruis staat ook de apostel Johannes en de stervende Jezus zegt tegen zijn Moeder: “Zie, daar uw zoon”. Hierdoor wordt de Moeder Gods de moeder van alle mensen.

De feestdag van Maria-Geboorte wordt gevierd in de Rooms-Katholieke Kerk, als een feestdag van Onze-Lieve-Vrouw en in de Orthodoxe Kerk is het dan de feestdag van de geboorte van de Hoogheilige Moeder Gods.

Tijdens de Synode van Salzburg in 799 wordt het feest van Maria-Geboorte officieel vastgesteld op 8 september en als verplichte feestdag aangenomen.

Geplaatst: 8 september 2021
Laatst gewijzigd: 25 februari 2024

~~~

BEDEVAART
Bekende bedevaartplaatsen

Een bedevaartplaats spreekt verschillende groepen mensen aan, zowel jongeren als ouderen, gelovigen en niet-gelovigen, religieuzen en hoog- en laaggeplaatste geestelijken.

Bedevaartplaatsen, zoals Fatima, Lourdes, La Salette, Montichiari, Loreto, Medjugorje, Banneux, Beauraing, Scherpenheuvel, Heroldsbach, Marienfried, Marpingen, Altötting, Mariazell, Handel, Heiloo en Meersel-Dreef, spreken bij velen sterk tot de verbeelding.

Netwerk grote bedevaartplaatsen

In 2003 is opgericht “Le Réseau Marial Européen” (“Het Europees Mariaal Netwerk”), waarbij ruim 20 heiligdommen in Europa zijn aangesloten, waaronder Altötting (Duitsland), Banneux (België), Brezje (Slovenië), Fatima (Portugal), Loreto (Italië), Lourdes (Frankrijk) en Mariazell (Oostenrijk). Het doel van het samenwerkingsverband is het bevorderen van ontmoetingen en uitwisselingen, waarbij de kracht van een bedevaartsoord meermaals gespreksonderwerp is om pelgrims te blijven ontvangen. Initiatiefnemer van de organisatie is de Fransman Jacques Perrier (1936), bisschop van Tarbes-Lourdes (1998-2012).

Zingeving

Miljoenen bezoeken een bedevaartplaats en komen er terug. Deze mensen hebben behoefte aan wat tastbaars en dat is een bedevaartsoord. Het lijkt, dat velen op zoek zijn naar bemiddeling en nood hebben aan een hogere macht. In een mariaal bedevaartsoord komen mensen om zingeving in hun leven te ervaren. Steeds komt in een mariaal bedevaartsoord een gevoel bij Maria tot uiting. Meermaals betreft dit het op een of andere manier contact krijgen met wat bovenaards om naar een betere zingeving van het leven te komen. Mensen komen in een bedevaartplaats bijeen om bij Maria te zijn. Daartoe verlaten zij de kille omgeving van een geseculariseerde wereld en zoeken de warmte bij Onze-Lieve-Vrouw in een welkome context en niet in een wereld waarin geloof geen algemeen goed is.

beeld van Maria in de nis van de Grot te Lourdes

Heiligdommen en verschijningsplaatsen zijn door de vele jaren heen bekend geworden als oorden met een hoge dichtheid van Maria’s aanwezigheid. Voorbeelden hiervan zijn onder meer de Grot te Lourdes en de berg te Medjugorje; plaatsen waar Maria meermaals is verschenen. Op dergelijke plekken is het de geschiedenis en de huidige context voor gebed, zingeving en bezinning, die pelgrims ertoe aanzetten erheen te gaan. Zo overkomt het ook mij.

Onderweg

Op bedevaart gaan is veelvoorkomend en jaarlijks wel voor miljoenen mensen. Het is dan Onze-Lieve-Vrouw bezoeken en Haar ontmoeten. Op bedevaart gaan is dichtbij de Maagd Maria mogen komen. Immers, bij de pelgrimage staat de beleving bij Maria centraal. Voor een ontmoeting met de Moeder Gods is de pelgrim onderweg. Dit op route zijn, is een essentieel onderdeel van de bedevaart om tot een ontmoeting met Maria te komen. De weg naar een bedevaartplaats ervaar ik als een spiritueel, diep rakend voorspel.

plaats van de verschijningen in Beauraing

Op bedevaart gaan, is zich ergens naartoe begeven, waar een of meer wonderbaarlijke gebeurtenissen hebben plaatsgevonden. Een bedevaartsoord is een contactplaats met Onze-Lieve-Vrouw, waardoor beleving wordt ervaren. Vervolgens wordt de ondervinding mee naar huis genomen. Een bedevaart houdt in, teruggaan in het leven om relaties met de eigen omgeving en met Maria meer op orde te krijgen. De bedevaartganger zoekt meermaals naar de zin van het leven. Er is dan sprake van steun willen ervaren door de eigen gedachten te laten gaan, beelden te zien en volksdevotie te ondervinden. Het is dan voelen van het bieden van haar geborgenheid. De zin van het bestaan wordt door de ervaren spiritualiteit menig keer nadrukkelijk beleefd. Zoekende mensen willen zingeving in hun leven. Zij kunnen zich vragen stellen, zoals:
-wat beteken ik voor mezelf?
-wat ben ik voor anderen?
-wat betekent die dag voor mij?
-welke weg ga ik volgen?
-wat kan ik voor Maria doen?
De pelgrim is onderweg om de eigen route spoedig te vinden. Ook al is er nog een lange weg te gaan.

Danken

Ook zijn bezoekers bij Maria om Haar te danken voor verkregen gunsten. Deze dank kan onder meer betrekking hebben op: werk behouden, liefde van naasten ervaren, geslaagd zijn voor een examen, een operatie goed hebben doorstaan of zich weer goed voelen. Pelgrims vinden bij Maria heil en troost. Verder is het voor mij een hernieuwde dankbetuiging aan Maria voor het mooie dat ik in het leven mag ervaren. Door ontmoetingen met Onze-Lieve-Vrouw merk ik groei in het leven.

Sfeer

In een bedevaartsoord dat is toegewijd aan Maria ervaar ik steeds een bijzonder aangename sfeer. Dit vind ik opvallend mooi, omdat elke bedevaartplaats anders is. In het ene oord wordt enkel gebeden, in een ander veel gezongen en er zijn heiligdommen met processies.

In een klein bedevaartsoord ervaar ik een intieme sfeer. Bezoekers ervaren grote intimiteit zeggen zij tegen me, zoals alleen in een klein heiligdom voelbaar is. De kleinschaligheid van bijvoorbeeld enkel een kerk met een genadebeeld of een grot met de beeltenis van Maria, raken mij diep. Het alleen of met weinigen zijn bij Maria in een bedevaartsplaats geeft gedachten om in alle rust een en ander van het leven te laten langskomen. Het is dan in stilte bidden en bezinnen.

Het bezoek aan een groot mariaal oord is anders met velen die samen bidden of een viering bijwonen. Het is dan samen op weg zijn naar Onze-Lieve-Vrouw. Het zich terugtrekken om in stilte tot gebed te komen tot Maria, zie ik veelvuldig gebeuren en ik doe dat zelf ook.

Individueel of samen

Op bedevaart gaan en komen in een Maria-oord is samenkomen., want een pelgrimage is een collectieve en/of individuele geloofsbeleving. Immers, Onze-Lieve-Vrouw brengt mensen bij elkaar. Dit bezorgt de bedevaartgangers een warm welkom en een aangename sfeer. De mensen ervaren verbondenheid met elkaar én met Maria. Het verblijf in een bedevaartsoord geeft dan ook bemoediging voor het verdere leven.

Gevoel

Bezoekers aan een bedevaartsoord krijgen een speciaal gevoel. Dit komt onder andere door de aanleiding om Maria te gaan bezoeken. Pelgrims nemen een rugzak mee op bedevaart en dit niet alleen in de letterlijke, maar ook in de figuurlijke betekenis. Pelgrims dragen een mentale rugzak, waarin allerlei voorvallen uit het verleden zijn opgeborgen. Dit kan bij de een een ziekte zijn en bij de andere een ruzie, een verlies of een ongeluk. Dit zijn voor de persoon heftige gebeurtenissen, die zijn meegemaakt. In een bedevaartsoord kunnen bepaalde voorvallen met Maria worden gedeeld. Dit geeft een bijzondere gewaarwording.

Elke keer ontvang ik een vreugdevol gevoel te zien wat Maria in een bedevaartplaats bij mij en de pelgrims teweeg brengt. Verder heb ik enorm veel bewondering voor degenen die zich inzetten in een Mariaal oord voor zieken en ouderen, zoals in Lourdes. Zonder hen is het voor heel wat mensen niet haalbaar naar een bedevaartsoord te gaan. Mensen die van anderen afhankelijk zijn, willen ook hun gevoel met Maria delen.

Rituelen

Bedevaarten gaan samen met rituelen, zoals zingen, bidden, in processie meegaan en kaarsen aansteken. Bij menige bedevaartplaats zijn deze al eeuwen doorgegeven naar volgende generaties. Hierdoor heeft de Mariaverering al eeuwenlang een belangrijke plaats in de samenleving. De Mariaverering is in de tijd blijven bestaan, omdat Onze-Lieve-Vrouw zowel behoort tot de hemelse wereld als de aardse; Zij neemt dus een unieke plaats in bij velen. Dit wordt versterkt door het ervaren van een luisterend oor bij Maria.

Onze-Lieve-Vrouw van Lebbeke, Troosteres der Bedrukten

Tot een ritueel behoort ook het offeren aan Onze-Lieve-Vrouw, zoals zilveren en wassen voorwerpen, beeltenissen, votief-schilderijen, kindertekeningen en andere dankbetuigingen, waaronder ex voto’s met veelal datum, naam en dankwoord op een plaquette.

Als herinnering aan een bedevaart zijn onder meer gemaakt bedevaartboekjes en vaantjes. Deze traditie gaat terug naar de 17e eeuw. Voor mij zijn de herinneringen allereerst mooie gedachten, die ik lang koester en verder meegebrachte kaarsen en beeldjes, rozenkransen, foto’s en boekjes. Zo wordt de bedevaart thuis meer dan eens opnieuw ervaren.

afbeeldingen van Maria en Giannetta in de basiliek van Caravaggio

Bij het op bedevaart gaan, is de rozenkrans bidden en allerlei bijzondere mooie activiteiten bijwonen, als een eucharistieviering, een avondgebed en een kruisweg. Ook omvat het met anderen gevoel van geloof delen en aan een lichtprocessie met vele kaarsjes deelnemen. Het zien van lichtjes doet me denken dat iedereen wel wat licht kan gebruiken. Ook vind ik het bijzonder in verscheidene plaatsen te komen met steeds boodschappen van Maria. In elk oord is er veel te zien, horen en beleven van en met Onze-Lieve-Vrouw. Zo verrijken ontmoetingen met Maria mijn denken en doen. Echter, op bedevaart gaan kan ook een geheel ander beleven zijn, zoals de stilte ervaren en tot bezinning komen. Dit kan door een lange tocht te maken of in een bedevaartplaats de rust ervaren, het leven overdenken en delen met de Moeder Gods. Zo is het met jezelf meer in het reine komen, kracht en inspiratie mogen ontvangen om verder te gaan. Wat is het waardevol om zo grote liefde te ervaren en in elk Maria-oord de eigen charme te ondervinden.

Menigeen leeft op door het verblijven in een mariaal oord en dan te bidden bij een beeltenis van Maria. Er gebeurt dan een wonder en daardoor wordt meer zin in het leven ervaren.

Cultuur tegen atheïsme

Vele bedevaarten naar een Maria-oord blijken opvallend goed bestand te zijn tegen de ontkerkelijking en ook tegen de aantasting van het geloof in Onze-Lieve-Vrouw. Het aantal bezoekers aan plaatsen zoals Scherpenheuvel, Medjugorje, Loreto, Covadonga, Fatima, Lourdes, Kevelaer en Heiloo blijkt niet of nauwelijks af te nemen. Hieruit volgt, dat bedevaartgangers tijd blijven vinden en steeds geld willen besteden om individueel of in groep op bedevaart te gaan. Zij ervaren de pelgrimage betekenisvol en zingevend. De pelgrim ziet meermaals de bedevaart als een middel geestelijk bij te tanken en impulsen te ontvangen. Het is dan ook Maria danken voor energie, genezing, gevoel, kracht, troost, veiligheid en vriendschap. Een mariaal bedevaartsoord is een baken van geloof in Onze-Lieve-Vrouw en vormt. In tijden van ontkerkelijking is een bedevaartplaats een cultuur tegen het atheïsme. Opmerkelijk is dat in landen met steeds meer ongelovigen, zoals België, Duitsland, Frankrijk en Nederland mariale oorden veel worden bezocht.

Van oudsher is een pelgrimage een bedevaartstocht en is enorm populair onder gelovigen. Pelgrimsoorden zijn er volop en bijgevolg is er ruime keus een pelgrimage te maken. De keuze berust op devotie tot een heilige en veelal is dit Maria. De persoonlijke voorkeur brengt een pelgrim naar een verlangd oord. Tot voor kort werd een bedevaartstocht of pelgrimage veelal door een gelovige gemaakt. Deze situatie is gewijzigd, omdat steeds meer niet-gelovigen een pelgrimage maken.

Meer en meer worden bedevaarten pelgrimages of pelgrimstochten. Bij een dergelijke tocht is de pelgrim veelal fietsend, paardrijdend of wandelend onderweg. De laatste jaren neemt de belangstelling toe om door een pelgrimstocht naar een bestemming te gaan. Hierbij wordt het onderweg zijn belangrijker geacht dan het zijn op de plaats van aankomst. De godsdienst van de pelgrim is daarbij niet van toepassing; een tocht ondernemen en niet gelovig zijn, komt meer en meer voor. Deze tocht is een culturele reis of een route afleggen om meer met zichzelf in gedachten te zijn. Is er sprake van geloof bij de pelgrim dan is het meer zich bezinnen tijdens het onderweg zijn. Een dergelijke pelgrimage is dan geen bedevaart naar een plaats waar Maria is verschenen of dat Zij of een andere heilige er wordt vereerd. Een pelgrimstocht is een persoonlijke, spirituele zoektocht naar wat als “heilig” wordt gezien, maar geen heiligdom is. Daarbij zijn geen religieuze motieven aanwezig. Opvallend is dat bedevaartsoorden inspelen op de trend van het trekken en onderweg zijn. Een bedevaartsoord afficheert zich dan als pelgrimsoord en hoopt meer belangstelling te genereren. Het verschil tussen de betekenis van een pelgrimstocht en deze van op bedevaart gaan, verwatert dan ook.

Geplaatst: 6 mei 2021
Laatst gewijzigd: 18 november 2024

~~~

MARIA BOODSCHAP

Maria woont in de stad Nazareth en is verloofd met Jozef, die uit het huis van David komt. Plots krijgt Zij bezoek van de aartsengel Gabriël. De engel zegt tot Haar, dat de Heer met Haar is. Maria schrikt van hetgeen Haar overkomt en vraagt zich af wat dit betekent. De engel zegt tot Maria, dat Zij niet hoeft te vrezen en dat Zij genade gevonden heeft bij God. Ook zegt de engel tegen Maria dat Zij zwanger wordt en een Zoon ter wereld brengt, die Zij de naam Jezus moet geven. De engel Gabriël zegt ook, dat haar Zoon groot zal worden en de Allerhoogste zal worden genoemd. Hij zal tot in de eeuwigheid koning zijn over het huis van Jacob en dat aan zijn koningschap nooit een einde komt.

Voor Maria is het verre van duidelijk en Zij vraagt zich of hoe dit plaats kan vinden omdat Zij niet intiem omgaat met een man. De engel stelt Haar gerust en zegt dat de Heilige Geest over Haar zal komen en dat de kracht van de Allerhoogste Haar zal overschaduwen. Wat Maria ter wereld brengt wordt heilig genoemd, namelijk de Zoon van God. Maria reageert door te zeggen: Zie de Dienstmaagd des Heren, Mij geschiede naar Uw woord. Vervolgens verdwijnt de engel. Dit al is opgetekend door evangelist Lucas.

Het is op 25 maart precies 9 maanden vóór Kerstmis. Op 25 maart geraakt Maria zwanger en op 25 december baart Zij haar Zoon.

18 maart 2021

~~~

Come2theweb