GESCHIEDENIS
Op 19 september 1846 verschijnt een “mooie Dame” aan twee kinderen, Maximin Giraud, 11 jaar, en Mélanie Calvat, 14 jaar. De kinderen hoeden enige koeien op een alpenweide van La Salette op ruim 1800 meter hoogte. Opeens zien zij een prachtige Dame, die door licht is omgeven. Dit licht komt van een kruisbeeld met een hamer en een nijptang. Het kruis hangt om de nek van de Dame. Deze Dame heeft kettingen om en de kinderen zien rozen bij Haar. De “mooie Dame” zit, weent en heeft de handen voor het gezicht. Even nadien staat Zij op en spreekt de kinderen langdurig toe. Zij doet dit in het Frans en in het dialect. Echter, voortdurend huilt “de Dame”. Wat later gaat “de Dame” een steil pad op en verdwijnt in het licht.
De “mooie Dame” blijkt Onze-Lieve-Vrouw te zijn. Maria zegt onder meer: “Kom dichterbij, mijn kinderen, wees niet bevreesd. Ik ben hier om u groot nieuws te verkondigen.”
“Als mijn volk zich niet onderwerpen wil, zal Ik genoodzaakt zijn om de arm van mijn Zoon te laten gaan. Hij is zo zwaar en zo drukkend, dat Ik hem niet meer kan tegenhouden. Hoe lang lijd Ik reeds voor jullie! Als Ik wil dat mijn Zoon u niet verlaat, ben Ik genoodzaakt om Hem zonder ophouden te smeken.”
~Dit is een signaal, dat het einde van goede tijden nabij is.
“Ik heb u zes dagen gegeven om te werken. Ik heb mezelf de zevende dag voorbehouden en u wilt deze dag Mij niet toestaan. Dat is wat de arm van mijn Zoon zo zwaar maakt.”
~Het gaat hier over het verzuimen van de zondagsplicht.
“Zij die de wagens besturen, kunnen niet spreken zonder de Naam van mijn Zoon te gebruiken. Dit is het tweede, dat de arm van mijn Zoon zo zwaar maakt.”
~Dit betreft het bespotten van Jezus door vooral veel gevloek.
“De vrede wordt verstoord door een monster. Dit monster zal komen aan het eind van de 19e of begin 20e eeuw.”
~Later blijkt dit eerst de oorlog tussen Frankrijk en Duitsland te zijn in 1870-1871 en vervolgens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918).
“Als de oogst verrot, dan is dat alleen uw schuld. Ik heb het u vorig jaar getoond met de aardappelen; u heeft u er niets van aangetrokken; wanneer u er vindt welke bedorven zijn, vloekt u en betrekt u er de naam van mijn Zoon in. De oogsten zullen nog meer bederven en met Kerstmis zullen er geen aardappelen meer zijn.” De context van de verschijning benadrukt de werkelijke situatie van de agrarische bevolking; Maria spreekt van een aardappelziekte.
~Met Kerstmis 1846 zijn er inderdaad geen aardappelen meer in de regio van La Salette.
“Als u koren heeft, moet u het niet zaaien. Al wat u zult zaaien, zal door dieren worden opgevreten en wat er van opgroeit, zal stof worden als u het zult dorsen.”
“Er zal een grote hongersnood komen. Vooraleer deze komt, zullen kleine kinderen onder de zeven jaar door een siddering worden bevangen en sterven in de handen van degenen die hen vasthouden. De anderen zullen boete doen door honger te lijden. De noten zullen slecht worden en de druiven zullen verrotten. Als de mensen zich bekeren zullen de stenen en rotsen in koren veranderen en zullen de aardappelen bezaaid op de akkers liggen.”
~In 1847 is er een grote landbouwcrisis. Er heerst een ziekte aan de wijnstokken, de korenoogst mislukt, evenals deze van de noten. Er volgen crises in de cultuur, handel, industrie en politiek. In 1851 zijn de noten weer rot. De massale hongersnood herhaalt zich in 1851 en 1856. Vele kinderen sterven en de cholera maakt veel slachtoffers in 1854.
“Veel bidden en dit ’s morgens en ’s avonds. Op zondag naar de mis gaan. Echter, dat doen enkel wat oudere vrouwen.”
“Welnu, mijn kinderen, maak het aan heel mijn volk bekend.”
~ De twee zieners hebben deze zending volbracht.
~Alle voorspellingen van Maria in La Salette zijn uitgekomen!
Maria heeft in La Salette verscheidene boodschappen aan de twee kinderen gegeven. In de kern bevatten de boodschappen aan Mélanie Calvet en Maximin Giroud: mensen oproepen zich te bekeren en met God te verzoenen.
Niet lang na het bekend maken van de verschijning komen er bedevaarders vanuit Frankrijk en andere landen naar La Salette. In de regio van La Salette ontstaat een heropleving van christelijk leven.
Maria deelt aan beide kinderen afzonderlijk een geheim mee. De aan de twee zieners toevertrouwde geheimen zijn in 1851 op schrift gesteld. Dit gebeurt onder kerkelijk toezicht en deze informatie is overhandigd aan paus Pius IX. Kort hierna en dit vrijwel gelijktijdig met het afronden van een uitgebreid onderzoek wordt de verschijning in La Salette erkend door de kerk.
Er is een uitgebreid onderzoek gehouden naar de ware toedracht van de verschijning. Precies vijf jaar na de verschijning is het onderzoek naar de gebeurtenissen met “de dame” afgerond. Op 19 september 1851 oordeelt de bisschop van Grenoble, Mgr. Philibert de Bruillard, dat de verschijning van Onze-Lieve-Vrouw op waarheidsgronden berust en dat de mensen dat kunnen geloven. Dit oordeel wordt publiekelijk gecommuniceerd na toestemming vanuit Rome.
In 1852 kondigt bisschop Philibert de Brouillard aan, dat op de berg van La Salette een heiligdom komt. Hij deelt ook mee, dat er een nieuwe orde komt, namelijk “de Missionarissen van Onze-Lieve-Vrouw van La Salette”.
In Salette worden in 1872 de Nationale Bedevaarten opgericht. Er komen jaarlijks duizenden pelgrims naar het heiligdom in de Franse Alpen. Hieronder bevinden zich ook vele geestelijken, schrijvers en mensen, die later heilig worden verklaard. Onder de bezoekers zijn onder meer gezien Don Bosco, de Pastoor van Ars (Jean-Baptiste-Marie Vianney), Pierre-Julien Eymard en Jean-Léon Le Prévost.
In 1930 is opgericht de vrouwelijke tak van de missionarissen, namelijk “de Zusters Missionarissen van Onze-Lieve-Vrouw van La Salette”. De congregatie van de Salettijnen danken hun naam aan Onze-Lieve-Vrouw van La Salette. De communauteit (gemeenschap van kloosterlingen) van priesters en zusters, die verbonden zijn aan het heiligdom wordt een religieuze congregatie van wereldformaat. De leden van deze congregatie hebben geloften afgelegd en leven volgens regels, welke door de paus zijn goedgekeurd. De leden van de vereniging zijn de missionarissen en de zusters van La Salette.
De “Association des Pèlerins de La Salette”, A.P.S., is in 1962 opgericht door het bisdom Grenoble. Deze organisatie is belast met de materiële en geestelijke belangen van de deelnemers aan bedevaarten.
De zieners in La Salette …
Maximin Giraud is geboren in Corps op 26 augustus 1835 en aldaar gestorven op 1 maart 1875. Hij heeft een bewogen leven gekend. Zijn moeder sterft als hij nog geen 1,5 jaar is. Zijn vader hertrouwt, maar Maximin ontvangt van zijn stiefmoeder nauwelijks liefde. Van naar school gaan komt niets, omdat het gezin arm is en Maximin al op heel jonge leeftijd aan het werk gaat. In de drie jaar, welke volgen op de verschijning, verliest hij zijn halfbroer, stiefmoeder en vader. Hij wordt onder voogdij geplaatst en heeft vele baantjes. Zo is hij een halfjaar bij de Zouaven, gaat in Parijs werken en wonen en komt later weer terug naar Corps. Hij lijdt een onevenwichtig leven en dit steeds in armoede. Hij sterft op 39-jarige leeftijd in zijn geboorteplaats en dit zonder het geheim van Maria publiekelijk te openbaren.
Mélanie Calvat wordt op 7 november 1831 in Corps geboren en sterft op 14 december 1904 in het Italiaanse Altamura. Evenals Maximin, brengt zij haar jonge jaren door in een arm gezin, loopt geen school en is als jong meisje al aan het werk. Later verblijft zij in verscheidene congregaties. Zij is er postulante voor een proeftijd van enkele maanden voor het noviciaat. Dan wordt ze novice. Het blijft voor haar grotendeels een leven in kloosters. Mélanie lijdt aan waanbeelden, schept een denkbeeldig verleden en uit profetische misleidingen. Ze zegt visioenen te krijgen van Jezus. Met een Engelse priester gaat zij mee naar Engeland en verblijft 6 jaar in de Carmel te Darlington. Vervolgens gaat zij naar de Zusters van Compassie in het Franse Marseille. In Frankrijk woont Mélanie nog in enkele andere plaatsen, ze komt ook in Griekenland en Italië. Als zuster is haar naam “Zuster Maria van het Kruis” en zij wordt ook genoemd “Herderin van La Salette” van de derde Orde van de Heilige Dominicus. Omtrent het door Maria aan haar toevertrouwde geheim heeft Mélanie gezegd, dat er aanslagen op de paus komen en het geloof in ernstig verval raakt. Jaren na haar overlijden in 1904, wordt zij op 19 september (!) 1918 opgegraven. Haar lichaam is dan nog geheel intact. Het stoffelijk overschot gaat naar de kerk van Antoniao. Dit gebeurt in de nacht wegen de heersende Spaanse griep. Op 19 september (!) 1919 krijgt zij haar laatste rustplaats. Mélanie wordt opgebaard in de kerk, toegewijd aan de Onbevlekte Ontvangenis in Altamura, nabij Bari dat de plaats is van de Heilige Nicolaas.
BEDEVAARTSOORD
La Salette behoort tot de gemeente La Salette-Falavaux in de Dauphiné, departement Isère en behoort tot het bisdom Grenoble. Bijna het gehele jaar kunnen pelgrims op bedevaart komen naar La Salette. In het heiligdom zijn er vele overnachtingsmogelijkheden; er zijn zo’n 600 bedden beschikbaar. Ook is er eetgelegenheid voor honderden bezoekers.
In het heiligdom staat de kerk centraal met beelden van onze-Lieve-Vrouw van La Salette.
Voor de kerk staan beelden van de verschijning met de twee zieners.
Vlakbij de beelden van Maria is er een waterbron. Deze ligt op de plaats waar de verschijning is geweest in 1846. Meteen na het bezoek van Onze-Lieve-Vrouw is deze bron veel water gaan geven en dit tot heden toe. Door het water van de bron hebben zich onverklaarbare genezingen voorgedaan. Zo hebben blinden het gezichtsvermogen teruggekregen en zijn mensen van darmkwalen genezen door het drinken van het geneeskrachtige water.
Vlakbij de bron van La Salette staat een groot beeld van de Heilige Philomena (Sainte Philomene). Zij is de inspiratrice van de Nationale Bedevaart. Het beeld gedenkt de 25e verjaardag (1872-1897) van de Franse, Nationale Bedevaart.
In het museum van het Heiligdom van Onze-Lieve-Vrouw van La Salette wordt de bewogen geschiedenis van La Salette getoond. In dit museum is onder meer te zien: de steen, waarop Maria heeft gezeten, de beeltenissen van de twee zieners, de getuigenissen van de twee kinderen, foto’s van de bouwfasen van het heiligdom, gebruikte gereedschappen bij de bouw, gravures met het verhaal van de verschijning, een brief van de erkenning van de verschijning, door pelgrims geschonken kunstvoorwerpen, dankbetuigingen van bedevaartgangers en de verspreiding van de boodschappen van La Salette.
BEREIKBAARHEID
La Salette ligt in de Franse Alpen op 1800 meter hoogte. Vanuit Gap of Grenoble is het de Route de Napoléon (N85) volgen en bij Corps deze weg verlaten. Vanuit de plaats Corps is het ongeveer 14 kilometer bergop gaan en dan wordt het heiligdom bereikt.
Adres: Sanctuaire de Notre Dame de la Salette, F 38970 La Salette, France.
Webstek: www.villes-sanctuaires.com en deze geeft de nodige info.
BELEVING
Meermaals heb ik La Salette mogen bezoeken. In het volgende geef ik enige impressies van mijn rakende ondervindingen, want in La Salette is het de huilende Maria ontmoeten. Op 19 september 1846, 12 jaar voor de verschijningen in Lourdes, verschijnt een mooie Dame in een wit gewaad en daarop een goudgele schort. Ze draagt een kroontje met diamanten. De verschijning heeft witte schoenen aan, waaromheen rozen zijn bevestigd. Over de schouders hangt een blauwe mantel, die aan de rand is afgezet met rozen. Ook draagt de Dame een zware ketting. Om de hals hangt een groot kruis met aan de dwarsbalk een hamer en een nijptang. De hamer staat voor elkaar slaan en de nijptang is er voor de bevrijding, zoals met Jezus aan het kruis.
Ik ga met de auto van Corps naar het 14 kilometer verder, hoog gelegen La Salette. Naarmate de wolken dichterbij komen, wordt het landschap kaler en zie ik geen grote bomen meer. Na een bochtige, steile weg kom ik op zo’n 1800 meter hoogte bij het Maria-bedevaartsoord La Salette, dat ligt aan de Route de Napoléon tussen Gap en Grenoble. Indrukwekkende gebouwen als basiliek, gebedsruimten en een hotel met 600 bedden staan op dit hoge plateau. Het uitzicht is er hemelsmooi. Het is er druk met heel veel Italianen, een grote groep Polen en talrijke Fransen. Gelukkig is er voor mij nog een kamertje vrij.
Ik woon eucharistievieringen bij in het Frans, Italiaans en Pools. In de avond sluit ik me aan bij een grote groep om met de processie mee de bergen in te gaan. Vele lichtjes kronkelen over bergpaden. Het is ingetogen stappen met gezang. Ik kijk naar de toppen van de bergen, welke tot over de 2200 meter reiken. Dit zorgt bij mij voor een mystieke ervaring tussen Alpenreuzen.
In het heiligdom zie ik enkele grote beelden van Maria staan. Één beeld maakt op mij bijzonder veel indruk; ik zie Maria zittend en heel verdrietig met de handen voor het gezicht. Een ander beeld is een staande Maria, die naar boven kijkt, terwijl de twee zieners van 19 september 1846 er vlakbij staan.
In de basiliek is op het altaar een groot, bijzonder kruis geplaatst. Boven de ene arm van Jezus is een hamer bevestigd en iets boven de andere arm zie ik een nijptang. Ik hoor dat het kruis dateert uit de tweede helft van de 19e eeuw. Achter het kruis staan twee gouden beelden tegen de muur. Deze beeltenissen laten zien dat de Heilige Anna aan Maria instructies geeft. Hoog op het priesterkoor bevindt zich een meer dan levensgroot, wit Mariabeeld. Ook zijn er vele glas-in-loodramen te zien. Zowel bij daglicht, als met lampen aan zijn deze ramen zeer kleurrijk. De ramen vertellen veel over de geschiedenis van Jezus. Ik kijk verder rond en voel me in deze ruimte heel geïnspireerd.
Achterin de basiliek steek ik enkele kaarsjes aan. Voor menigeen heb ik een intentie, welke met een lichtje vergezeld gaat. Daarna kniel ik en mijn gedachten gaan uit naar enkele vrienden, die momenteel een zwaar kruis hebben te dragen. Wat later verlaat ik de basiliek met gedachten aan dierbare naasten. Het voelt als een groot geschenk hier te mogen zijn.
In Corps staat het geboortehuis van Mélanie Calvat, één van de twee zieners. Daar wil ik eens naartoe gaan. Het bezoek aan het huis vind ik zeker de moeite waard, zo is mijn gedachte. Het huis is weggestopt in een steegje en maakt op mij een armzalige, maar vertederende indruk. Ik ga het huis in en komt meteen in de ruime kamer, welke zowat het hele huis beslaat. Er hangen foto’s van Mélanie op jonge en zeer vergevorderde leeftijd. Er zijn boeken over en foto’s van haar verkrijgbaar en ook van de Mariaverschijning van La Salette. Ik ben blij dit huis te hebben gezien en kan me nu van haar een wat beter beeld vormen.
Vervolgens ga ik naar de kerk van Corps. Om in het oude kerkje te komen, moet ik bukken. De kerkdeur is niet berekend op mijn lengte van 1.93 meter. In dit kleine godshuis vallen me twee typerende beelden van Maria van La Salette op. Een groot beeld is de verschijning van de staande Maria bij de twee zieners. De andere beeltenis is de huilende Maria. Deze weergave heb ik in een kleinere uitvoering en ook als glas-in-loodraam. Als ik Maria zo huilend zie zitten, gaan mijn gedachten naar het lied “So Sad” van The Everly Brothers. Don Everly zingt: “We used to have good times together, but now I feel them slip away. It makes me cry …” De goede gevoelens van Maria zijn ook weg. Zij is bedroefd …
Ik ga terug naar het heiligdom en daar ontmoet ik een Duitser. We raken in gesprek en het is wel treffend, want zowel hij, als ik, bezoeken bedevaartsoorden van Maria. Hij vertelt dat hij een boek over spiritualiteit aan het lezen is. We praten lang over gevoel bij ons geloof in Maria en ook over het beleven van geloof. Het is een diepgaand, onderhoudend gesprek over de betekenis die wij toekennen aan bedevaartplaatsen. De beleving voor Maria en de historische verschijningsgrond brengen hem naar hier.
In La Salette ga ik de heuvel op en na de benen wat te laten klimmen, kom ik bij een groot, wit kruis. Ik ben bovenop de heuvel, recht tegenover de basiliek. Een andere wandeling gaat naar het kerkhof, waar mensen liggen, die hier hebben gewerkt. In een apart gebouw, naast de kapel liggen de overleden missionarissen van La Salette. Eerst heeft de kapel gestaan op de Esplanade, maar is in 1865 herplaatst naar de huidige ruimte. In de kapel staat een groot, wit beeld van Onze-Lieve-Vrouw van La Salette. Voor het beeld ligt een witte roos. Hier is een gebed passend.
Vervolgens ga ik naar beneden en kom bij het heiligdom. Ik zie schapen zich tegoed doen aan de voeding van de Alpen. Er valt een steen …
De andere dag om 7.00 uur laten de klokken van de kerk zich horen en een half uur later ben ik in de eetzaal voor het ontbijt. Met twee sneden brood, croissant, jam, thee en sinaasappelsap stel ik het wel voor een tijdje. Met deze voedingswaren ga ik naar een tafel, waaraan een donker gekleurde man zit. Hij is van Vietnamese afkomst en net als ik is hij hier al vaker geweest. Hij vertelt dat hij al zo’n 30 jaar in Frankrijk woont. De Fransen hebben in Vietnam heel wat invloed gehad, zegt hij. Vandaar dat hij in Frankrijk zijn nieuwe thuisland heeft gevonden. Hij zegt dat hij een beetje werkt in het restaurant van zijn broer in Lyon en assisteert, als bijna 40-jarige, in een kerk. De man schrijft, evenals ik, boeken en is zeer geïnteresseerd in de verschijning te La Salette.
Later op de dag zie ik hem in de basiliek zitten. Hij ziet mij ook. We knikken naar elkaar. Wellicht heeft hij, evenals ik, het goede en waardevolle gevoel hier dichtbij Maria te zijn. Als ik twee jaar later weer naar La Salette ga, bericht ik hem en dit leidt tot een nieuwe ontmoeting met gesprekken over La Salette.
Van de natuur in en rond La Salette heb ik ook genoten …
Het is 9.00 uur. Ik ga het restaurant in en bestel thee aan de bar. Daarna neem ik plaats aan het raam, waar er uitzicht is op de wolken. Buiten is alles wit. Het zicht is hooguit een tiental meter. Dit lijkt wel op weg naar de hemel zijn. Als dit zo is, ben ik al aardig onderweg, want het heiligdom ligt op 1800 meter. Echter, het is niet druk op deze route, aangezien ik hier alleen ben. Wellicht is de route naar de hemel ook een solistisch af te leggen traject.
Na zo’n vijf minuten is de groene thee wel getrokken. Ik neem een teugje en kijk naar buiten. Het zicht is al wat meer; enkele tientallen meters halen de ogen. In het restaurant ben ik nog steeds de enige gast. Velen zijn bij dit natuurverschijnsel niet aanwezig en willen geen getuige zijn van wegtrekkende wolken.
Weer kijk ik naar buiten en de bergen worden op mijn hoogte iets meer zichtbaar. Ik geniet van het uitzicht en merk pas later, dat er meer bezoekers zijn binnengekomen. De zon kondigt zich aan en de zonnestralen laten de wolken nog meer verdwijnen.
Ruim een uur later is de Alpenwereld helder. De bergen hebben het wolkenkleed uitgedaan. Kilometers ver is het uitzicht. Ik kijk omhoog. De hemel is blauw. De weg naar de hemel is verdwenen. God heeft mij dus nog niet nodig …
Tijdens een ander verblijf in La Salette ga ik naar de top van de berg Le Gargas, waar een kruis staat op 2208 meter boven de zeespiegel. Vanaf het heiligdom is het een te overbruggen hoogte van 438 meter in amper 2,5 kilometer, hetgeen een gemiddeld stijgingspercentage geeft van maar liefst 17,5%! In de ochtend weerhoudt de regen mijn vertrek uit het heiligdom. Regen betekent nat worden. Het gevolg is dan vaak een koude vatten en dan worden mijn longen onder vuur genomen. De laatste jaren heb ik een dergelijke uitdaging laten wegspoelen. Dus bij regen niet in de regen.
In het vroeg van de middag klaart het op. De zon breekt door. Het kruis op de berg heeft de wolken verdreven en ik vertrek voor de bergwandeling. Een bord geeft aan dat de af te leggen route één uur en één kwartier duurt om op de ruim 2200 meter hoogte te komen. Ik begin vol goede moed. Echter, naarmate ik hoger op kom, daalt het tempo. Niet dat de benen blokkeren, maar de ademhaling gaat met de bocht moeizamer. Mijn tempo ligt op het niveau van een schuifelend oudje achter een rollator. Even later is deze snelheid zelfs te hoog voor mij. Het is meer en meer stilstaan en op adem komen. Geraak ik wel boven …?
Het bergpad wordt nog steiler en mijn voortgang trager. Vóór elke bocht lijkt het dat ik er bijna ben. Echter, schijn bedriegt. Zou dit de misleiding van de duivel zijn? Nog iets hoger op de berg kom ik twee vrouwen tegen. Ik vraag hoe het boven is, maar dat weten zij niet. Immers, zij zijn er niet geraakt. Ik hoor het excuus, dat er teveel stenen op het pad liggen.
Ik vervolg de weg voor even. Dan sta ik noodgedwongen stil. De ijle lucht geeft mijn piepende longen weinig zuurstof. Ja, dat is nou astma, waar ik mee geboren ben. Wat nu? Doorgaan of teruggaan? Minstens vijf minuten sta ik uit te hijgen. Het is tot Maria bidden en de weesgegroetjes gaan op herhaling. De top moet toch dichtbij zijn. Vooruit! Ik jaag me op en stap door. Ineens komen wolken naderbij. De zon gaat zich verschuilen en ik ben in de wolken. Ik voel druppels, maar dat is geen zweet van mij. Het zijn tranen van de wolken. Het gedruppel wordt regen en de temperatuur daalt. Het kruis op de top is nu door de wolken onzichtbaar. Ik kijk naar beneden en ook daar zijn enkel wolken. Als dit nu de hemel is, wil ik er niet heen.
Ik stap weer verder en glijd twee keer achtereen uit op een stuk van nog geen 10 meter. Het pad is glibberig. Doorzetten, Jan! Ik kom boven. Bereik de top en ben op 2208 meter hoogte. Ik sta bij het kruis, dat hier zo groot en beneden zo klein lijkt. Nog even genieten om bij het kruis te zijn, met vele rotsen en overal wolken.
Na een kwartier ga ik terug. De piepende longen waarschuwen me voor een te hoog tempo. De aangegeven tijd wordt ruim overschreden, want ik heb meer dan de dubbel tijd nodig. Echter, de tijd deert mij niet, want het is toch geen snelheidswandeling. Doornat kom ik beneden en ga naar het beeld van Maria. Ik vertel over mijn tocht en dat ik het heb volbracht. Door de van Haar ontvangen kracht is het gelukt. Nu naar de basiliek van La Salette om een kaarsje aan te steken. Dank U, Maria!
Geplaatst: 2 mei 2020.
Laatst gewijzigd: 23 februari 2023
~~~