GESCHIEDENIS
Het is 17 januari 1871 en Frankrijk is in oorlog met de Pruisen, die de omgeving van het dorp Pontmain teisteren. Onder de bevolking heerst veel angst voor naderend oorlogsgeweld. De meeste gezinnen zijn arm en leven hoofdzakelijk van landbouw en veeteelt. Op deze dag gebeurt in de avond iets heel ongewoons …
In de avond van 17 januari 1871 helpen twee jongens, namelijk Joseph Barbedette, 10 jaar, en zijn broer Eugène, die 12 jaar is, hun vader in de schuur. Eugène gaat even naar buiten, om te zien welke tijd de kerkklok aangeeft. Het is 17.30 uur en hij kijkt wat verder omhoog. De jongen ziet de sterren, maar in een deel van de hemel zijn de sterren afwezig. Plots ziet hij boven een boerenschuur een mooie Dame, die hem aankijkt. Hij roept zijn vader en broer, die snel naar buiten komen. De vader ziet niets, maar de broer ziet de Dame ook. Zij heeft een blauw kleed aan, dat geheel is bezaaid met sterren, een zwarte sluier om en een gouden kroon op. De Dame draagt blauwe schoenen en strekt de handen wat uit. De Dame zwijgt, is onbeweeglijk en glimlacht. Dit duurt tot 21.00 uur. Gedurende de tijd van de verschijning zijn anderen bij hen komen staan, waaronder pastoor Michel Guérin (1801-1872). Twee meisjes, Jeanne-Marie Lebossé, 9 jaar, en haar 11-jarig nichtje Françoise Richer, zien ook de verschijning. De aanwezigen bidden de rozenkrans en de jongens zien de Dame groter worden en de sterren op het kleed worden talrijker. Onder de voeten van de verschijning wordt een banderol zichtbaar. Hierop komen een voor een gouden letters en uiteindelijk is er te lezen “maar bidt toch mijn kinderen”. Vervolgens bidden de mensen de Litanie van Maria en dan verschijnen letters die de woorden vormen “God zal u na korte tijd verhoren”. Er wordt verder gebeden en dan zien de jongens twee woorden “Mijn Zoon”. Nu weten de aanwezigen dat de Maagd Maria verschijnt aan de kinderen. Het “Salve Regina” wordt gebeden en dan verschijnen de woorden “mijn Zoon staat open voor u”.
Tijdens de verschijning heeft Onze-Lieve-Vrouw ineens een rood kruis in de handen en hierop staat “Jesus-Christ”. Daarbij kijkt zij bedroefd. Later is de glimlach weer terug op het gezicht, terwijl op beide schouders een klein, wit kruis komt. Gedurende de verschijning neemt Maria vijf verschillende posities in.
Op de avond van 17 januari 1871 staken ineens de Pruisische troepen hun opmars. De aanvoerder van het vijandelijke leger staat met de manschappen bij Laval, vlakbij Pontmain. Hij krijgt van zijn overste te horen de stad niet in te trekken. Dit begint rond de tijd dat de verschijning in Pontmain zich openbaart. Op 23 januari 1871 gaat de wapenstilstand in.
In 1872 verklaart monseigneur Casimir Alexis Joseph Wicart (1799-1879), bisschop van Laval van 1855 tot in 1879, dat de Moeder Gods echt is verschenen in Pontmain op 17 januari 1871.
In 1875, slechts vier jaar na de Mariaverschijning, is deze erkend door het Vaticaan te Rome.
Met de bouw van de kerk is begonnen in 1873. De vele werken zijn voltooid in 1894 en in 1990 wordt het indrukwekkende gebouw ingezegend. De kerk is opgetrokken in de neogotische stijl en is nagenoeg geheel met granietstenen gebouwd. De zuilen zijn van witte kalksteen en vermengd met zware graniet om de bouw te versterken. In de kerk zijn vele ramen aangebracht met glas-in-lood. Ook zijn afbeeldingen te zien van de verschijningen in La Salette, Lourdes en Pontmain.
In 1904 is het Mariabeeld in de kerk ingezegend en een jaar later is de kerk verheven tot basiliek.
Het Mariabeeld wordt gekroond in 1934, nadat paus Pius XI, paus van 1922 tot in 1939, hiervoor de toestemming heeft verleend.
In 1945 is in Canada een gemeente vernoemd naar de verschijning, namelijk Notre-Dame-de-Pontmain in de regio Quebec en dit nadat de parochie van het plaatsje al in 1884 deze naam had ontvangen.
Onderzoeker en schrijver René Laurentin (1917-2017) overhandigt, zo’n 100 jaar na de verschijningen, zeer uitgebreide documenten over de gebeurtenissen in Pontmain aan Charles-Marie-Jacques Guilhem (1897-1975), bisschop van Laval (1962-1969). Hierin wordt onder andere verduidelijkt de verborgen gehouden herroeping van de voorvallen door Jeanne-Marie Lebossé. Zij is een vastberaden vrouw, die hard is aangepakt door de geestelijke overheid en daardoor heeft zij veel geleden. Door het wetenschappelijk onderzoek van René Laurentin is zij verschoond. Het leed dat Jeanne-Marie Lebossé is aangericht wordt door Guilhem betreurd.
BEDEVAARTSOORD
In de verschijningsplaats Pontmain is heel wat te bezoeken, zoals de basiliek, de boerenschuur, de parochiekerk en de zuil van de verschijning.
De basiliek is heel bijzonder, want het hele gebouw is van binnen blauwgekleurd en dit is uniek. In de grote kerk zijn vele afbeeldingen van Onze-Lieve-Vrouw te zien, waaronder een wit marmeren beeld van Maria. Deze beeltenis bevindt zich in de kapel van het linker dwarsschip. Het beeld is gewijd in 1904 en wel op 17 januari; de herdenkingsdag van de verschijning. De beeltenis van Maria is het object van de verering en hier bidden de pelgrims tot de Moeder Gods.
De verschijning wordt in Pontmain genoemd “Maria Moeder van Hoop”. In de boerenschuur van de verschijning staan beelden van Maria en Zij is er in het blauw gekleed.
Vóór de basiliek staat de zuil van de verschijning en deze toont Maria met een blauw kleed, dat met vele sterren is bezet. Zij draagt een gouden kroon en houdt met beide handen een rood kruis vast met daarop de woorden “Jesus-Christ”. Onder de voeten van Maria staat een tekst met de woorden: “Maar bidt mijn kinderen. God verhoort jullie in korte tijd. Mijn Zoon laat zich benaderen.”
BEREIKBAARHEID
Het dorp Pontmain ligt in het westen van Frankrijk, niet ver van Le Mont-Saint-Michel en Alençon, tussen Saint-Hilaire-du-Harcouët en Fourgères.
Het adres is:
Centre pastoral du Sanctuaire
3 Rue Notre Dame
F 53220 Pontmain.
Op www.sanctuaire-pontmain.com is actuele info te vinden.
BELEVING
In de “Rue de la Grange” staat de boerenschuur, vlakbij de basiliek. Dit is de plaats van de verschijning in 1871. In de schuur zie ik afbeeldingen van Maria en een grote wandschildering van de verschijning van zo’n 6 bij 4 meter. Deze fresco is gemaakt in 1919 en gerestaureerd in 1990. In deze ruimte is nog meer te zien, als het oorspronkelijke gereedschap van de boer in 1871. De muren en vloer uit de tijd van de verschijning zijn nog geheel intact. Op het rieten dak van de boerderij is Maria afgebeeld.
In de basiliek sta ik langdurig stil. De kleur blauw is overal zichtbaar. Wat is dit bijzonder! Dan ga ik naar het grote Mariabeeld. Wat is dit een schoonheid!
De parochiekerk toont veel omtrent Maria en ook hier is de kleur blauw nadrukkelijk aanwezig. Beelden van Maria en plafondschilderingen zijn er te bewonderen.
Later in de middag maak ik een wandeling naar het arboretum, dat achter de basiliek ligt. Er is een wandelpad van zo’n 20 kilometer uitgezet. Onderweg kom ik een beeldengroep uit 1901 tegen met Jezus aan het kruis en eronder de treurende Maria en Maria Magdalena.
Overnachten die ik in het voormalige klooster te Pontmain. Dit is nu “Relais Le Bocage” (Pleisterplaats van het Bosje) in de “Rue de Mausson 2”. Dit grote gebouw is een echte pleisterplaats met brede, houten trappen en lange gangen. Er is een driepersoonskamer voor mij alleen. Wat een ruimte en dat zonder nonnen! Ik ben onder de indruk van dit voormalige klooster met veel historie. Als de muren nu eens praten over wat deze hebben gezien, dan is er wellicht nog veel te vertellen. Echter, er wordt niets verteld. Het is stil en dat is opmerkelijk omdat de vele kamers redelijk zijn bezet. ’s Avonds laat wandel ik door de lange kloostergangen. Ik voel wat van ruim een eeuw terug …
Geplaatst 8 december 2021
Laatst gewijzigd 28 november 2022
~~~