ALTÖTTING
GESCHIEDENIS
Al in het jaar 831 is er sprake van een kapel in Ötting. In de 11e eeuw is er weer een kapel gebouwd, waarvan de resten nu nog zichtbaar zijn. Twee eeuwen later ontwikkelt zich een paar kilometer noordwaarts een handelscentrum. Sindsdien heet deze plaats Neuötting en het religieuze centrum Altötting.
Het eerste wonder van Altötting vindt plaats in 1489. Een jongen is na een ongeluk overleden. De wanhopige moeder draagt haar boerenjongen naar de Genadekapel. Zij legt hem op het altaar en begint te bidden tot Maria. Even later komt de jongen tot leven. Spoedig hierna wordt een andere jongen door een oogstwagen overreden. Hierdoor loopt hij levensbedreigende verwondingen en kneuzingen op. Op voorspraak van Maria mag hij verder leven en de volgende dag is de knaap kerngezond.
Door deze twee wonderen raakt de Genadeplaats pijlsnel bekend. Uit Zuid-Duitsland, Oostenrijk, Bohemen, Hongarije en Zwitserland blijven de pelgrims toestromen. Ook keizers en hertogen bezoeken de bedevaartsplaats. In 1494 wordt de kapel vergroot. Het aantal wonderen neemt toe. De open rondgang van de Genadekapel komt er in 1517. De sacristie wordt er in 1686 aangebouwd. Votief-afbeeldingen worden meer en meer bevestigd in en rond de Genadekapel.
Reformatie en pestepidemie remmen de ontwikkeling van het bedevaartsoord. Echter, Keurvorst Maximiliaan I stelt in 1623 Beieren onder de bescherming van Maria en verheft Altötting tot Nationaal Heiligdom. Als gevolg van al deze ontwikkelingen schenkt de rijke veldheer van de keurvorst, Graaf von Tilly, Altötting veel geld. Later rusten harten van onder meer de veldheer en de vorsten in de Genadekapel.
In de 17e, 18e, 19e en 20e eeuw breidt het Heiligdom verder uit en enkele kerken worden gebouwd. De Sint-Annakerk wordt in 1913 verheven tot basiliek.
Altötting heeft van drie pausen bedevaartbezoeken mogen ontvangen. In 1782 komt paus Pius VI als pelgrim naar het genadeoord. Paus Johannes-Paulus II is in 1980 in Altötting en paus Benedictus XVI komt er in 2006. Voordat hij paus Benedictus XVI wordt, komt Joseph Ratzinger er al als jong kind. Immers, hij is geboren en opgegroeid in het zeer nabij gelegen Marktl am Inn. Al paus schenkt hij zijn bisschopsring en deze is in scepter van het Genadebeeld verwerkt.
Op 15 augustus 2018, de viering van Maria Hemelvaart, verleent paus Benedictus XVI het genadeoord de Gouden Roos; een hoge pauselijke onderscheiding. Hij doet dit, omdat Altötting bijzonder aanzien heeft bij miljoenen mensen.
In 2013, op de dag van zijn verklaring om als paus af te treden, laat paus Benedictus XVI een reliek van paus Johannes-Paulus II naar Altötting overbrengen.
BEDEVAARTSOORD
Altötting is het bedevaartsoord van Onze-Lieve-Vrouw in Beieren.
Gedurende vele eeuwen hebben mensen zich overgegeven aan de aantrekkingskracht van Altötting. Zo heeft bij velen de Mariabedevaartsplaats een belangrijke plek in hun leven gekregen. Immers, Altötting wordt genoemd “het hart van Beieren”. Bovendien hebben keurvorsten en koningen na hun dood hun harten in zilveren urnen laten begraven in de ruimte van de Genadekapel.
De Genadekapel is rijk aan “Votivtafeln” en wel als blijk van dankbaarheid en verzoek om hulp. Zo’n 2000 votief-afbeeldingen zijn bevestigd aan de Genadekapel. Nog steeds komen er elk jaar enkele tientallen bij als uiting van vertrouwen in Maria. In en rond de Genadekapel hangen vele zilveren harten en staan er wassen afbeeldingen van benen en voeten en ook grote offerkaarsen. Ook is er een bronzen afbeelding van de Moeder Gods. Het beeld van Maria en Jezus staat centraal in de kapel. In de linkerhand houdt Maria een scepter met lelie vast, dit als teken van haar maagdelijkheid. In de rechterhand draagt Zij Jezus, die een koningskogel vasthoudt. Dit symboliseert zijn almacht.
In het bedevaartsoord ligt ook de Heilige Broeder Konrad von Parzham (1818-1894). Hij is de onbaatzuchtige stadsheilige van Altötting. Konrad is 41 jaar portier geweest in het voormalige St. Annaklooster, dat intussen zijn naam heeft mogen ontvangen. Er is ook een Konradkerk met de zilveren figuur van broeder Konrad in een glazen schrijn. In de zilveren nabootsing van broeder Konrad worden de relieken van hem bewaard. In 1934 is broeder Konrad von Parzham heilig verklaard. Hierdoor neemt het bezoek van pelgrims aan Altötting verder toe.
Het Haus Papst Benedikt XVI, aan de Kapellplatz 4a, herbergt de schatkamer en het bedevaartmuseum. Het eerste wonder van Altötting is hier verbeeld. Het meest bijzondere van de collectie is de “Goldene Rössl” (het gouden paard). Dit goudsmeedwerk dateert uit 1404. In Altötting zijn nog meer musea en ook het Jeruzalem-panorama uit 1902. Dit is een groot, cilindervormig schilderij en het toont de stad Jeruzalem op de dag van de kruisiging van Jezus in het jaar 33. Het schilderij is 12 meter hoog en heeft een brede omtrek van maar liefst 95 meter.
In Altötting is ook een Aanbiddingskapel. Deze is in 2006 heropend als blijvende herinnering aan het pastoraal bezoek van paus Benedictus XVI.
In de periode eind november tot half december is er de Christkindlmarkt om in de kerstsfeer te komen. Er vinden dan vele activiteiten plaats.
Het hele jaar door zijn er feestelijkheden en herdenkingen in Altötting, hiervan staan er ook in het teken van het jaarlijkse bedevaartthema. De drukke cultuurkalender is elk jaar goed geprogrammeerd. Altötting is het grootste en drukst bezochte Mariaheiligdom in Duitsland. Jaarlijks ontvangt Altötting één miljoen pelgrims.
BEREIKBAARHEID
Het bedevaartsoord Altötting ligt in het zuidoosten van Duitsland en wel in de grote deelstaat Bayern (Beieren). Deze plaats bevindt zich midden in de driehoek München – Passau – Salzburg.
Vanaf München is het de A94 volgen in de richting Passau. Na zo’n 90 kilometers de Ausfahrt (uitrit) 22 nemen. Enkele kilometers verder wordt Altötting bereikt.
Adres: Kapellplatz, 84503 Altötting, Bayern.
Voor meer informatie is de webstek “www.bischoefliche-administration. de” te bezoeken.
BELEVING
Als pelgrim ga ik naar Altötting om het Genadeoord te bezoeken. In mijn rugzak draag ik wat zorgen mee en daarmee wend ik me tot Maria, de Moeder van de Heer. Ook heb ik enkele wonden en deze hebben een mariale therapie nodig. Immers, mijn geloof in Maria is sterk. Naarmate mijn reis naar Beieren vordert, heb ik Maria meer en meer in gedachten.
Aangekomen in Altötting ga ik meteen naar de Genadekapel. De achthoekige kapel, welke ook Heilige Kapel wordt genoemd, ligt in een Zuid-Duits zonnetje. Als ik bij de kapel aankom, raak ik meteen onder de indruk van de meer dan 2000 “Votivtafeln”. Deze persoonlijke uitingen van mensen zijn aangebracht zowel aan de buitenzijde, als aan de binnenkant van de kapel. Het zijn kostbare bewijzen van het vertrouwen in de voorspraak van Maria en in de helende kracht van Jezus. Deze uitingen zijn onder meer schilderijen en stenen met inscriptie, waaruit blijkt dat aan Maria dank wordt betuigd of iets aan Haar wordt gevraagd. Als ik, door de drukte, wat verder in de kapel geraak, zie ik Maria staan en wel centraal op het altaar uit 1670. Hier is Maria een Zwarte Madonna. De reden van het zwart is de walm van kaarsen, welke in de loop van de eeuwen het beeld donker heeft gemaakt. Twee grote, zilveren beelden staan links en rechts onder Haar. Links van het altaar bevindt zich het beeld van de in 1934 heilig verklaarde Broeder Konrad von Parzam. Tegenover Konrad is, op ware grootte, een 10-jarige, knielende prins afgebeeld. Hij is op miraculeuze wijze genezen van een levensbedreigende ziekte. Deze prins heet Maximiliaan-Joseph. Het is latere vorst Max. III-Joseph. Nu ik wat langer kijk, ontwaar ik ook de zilveren boom van Jesse. De ring, welke paus Benedictus XVI bij zijn bezoek aan Altötting heeft geschonken, zie ik niet aan de scepter van het Mariabeeld. Deze ring heeft hij gedragen in zijn tijd als kardinaal. De ring is onzichtbaar voor mij, omdat zovelen langdurig voor het beeld staan en ik na ruim een half uur nog niet dichterbij geraak.
Vervolgens bezoek ik de Sint-Annabasiliek. Ik verneem, dat dit het grootste kerkgebouw van Duitsland uit de 20e eeuw is. Wat komt de neobarokke stijl van het gebouw mooi tot uiting.
In deze basiliek hoor ik een gebed met de woorden:
“Heilige Maria,
Gnadenmutters von Altötting,
du Quelle des Heils,
du Heil der Kranken.
zu Zuflucht der Sünder,
du Hilfe der Christen:
Bitte für mich bei deinem Sohne
und führe mich hin zu ihm!”
Dan ga ik terug naar de Kapellplatz. Deze plaats geeft een goed zicht op de schoonheid van de gebouwen aan dit plein. Wat valt mij deze belevenis weer eens mooi toe. Ik neem plaats op een bank onder een boom en raak in gesprek met een medewerkster van het Mariaheiligdom. Zij vertelt me over haar betrokkenheid bij de begeleiding van pelgrims.
Wat later ben ik in de parochiekerk, welke is gebouwd in de periode 1499-1511 en is toegewijd aan de Heiligen Filippus en Jacobus. Wat zijn er veel bedevaartgangers in deze laatgotische hallenkerk. Ik laat me vertellen, dat dit gebouw mogelijk de vierde kerk op deze plaats is.
Voor ik vertrek, ga ik nog enkele winkels in devotionalia bezoeken. Wat meebrengen voor vrienden is een gewoonte van me en voor mezelf koop ik een beeldje van de Zwarte Madonna van Altötting.
Ik ben blij, dat ik in het religieuze Mariacentrum van Beieren heb mogen verblijven. Wat is dit een groots Mariaal bedevaartsoord. Wat is er hier een grote beleving vol van Mariadevotie.
OMGEVING
Van Altötting naar Rosenheim gaan is 86 km naar het zuidwesten afleggen.
ROSENHEIM – DUITSLAND – LORETOKAPELLE
In het zuiden van Beieren, tussen München en Salzburg, ligt Rosenheim. De oude stad bezoek ik voor de Heilige Maria en Sint-Nicolaas. In het eeuwenoude centrum (Altstadt) is veel van Maria te zien. Maria is onder meer afgebeeld in de Sankt-Nikolauskirche en de Loretokapelle. Ook zie ik haar afbeelding op de Max-Josefs-Platz boven een apotheek.
In de Sankt-Nikolauskirche, welke is ingezegend in 1514, is Maria verbeeld op schilderijen en glasvensters. Een raam vind ik bijzonder; Maria wordt door haar ouders, Anna en Joachim, in de tempel opgedragen aan God en de Heilige Nicolaas ontvangt hen in nieuw-gotische kleding. Ook is het Maria-Troost-beeld van rond 1750 het bewonderen waard. Wat straalt dit schilderij troost, rust en vrede uit. Aan de zuidzijde van de kerk is een groot kunstwerk uit 1896 tegen de buitengevel aangebracht. Het is een mozaïek met de tranende Maria. Het barokke schilderij van het hoogaltaar (1667-1669) laat de Heilige Nicolaas en de Heilige Laurentius zien. Zij bezorgen Rosenheim de bescherming van Maria en Kind.
De Loretokapelle aan de Ebersberger Straße is een prachtig gebouw en is in 1636 ingewijd. Het is een bijzonder mooi gebouw en dit zowel aan de buitenkant als aan de binnenzijde. Het voorbeeld van deze kapel is de Loretokapel van het Heilig Huis in het Italiaanse Loreto. De plafondbeschilderingen zijn van de plaatselijke kunstschilder Joseph Anton Höttinger.
Het verhaal van het ontstaan van de kapel begint in 1600. In dat heilig jaar maakt Georg Schaur (1579-1652) uit Rosenheim een bedevaart naar Rome en Loreto. Als deze man, de latere restauranthouder en burgemeester, in het bedevaartoord Loreto erg ziek wordt, neemt hij zich voor bij voorspoedige thuiskomst in Rosenheim een kapel te bouwen, zoals deze in Loreto. Na 30 jaar hebben Georg en zijn vrouw Margaretha Kall de benodigde financiën bijeen kunnen brengen. Echter, de inval van vijandelijke troepen gedurende de 30-jarige oorlog verhinderen in 1632 de start van de bouw. In 1634 is het de pestepidemie, waardoor er nog niet kan worden gebouwd. Eindelijk start de bouw van de kapel in 1635 en een jaar later wordt deze ingezegend. In de loop van de tijd is de kapel wat vergroot, meer verfraaid, gerenoveerd en ook gerestaureerd.
Verder zijn nog meer mooie kerken in Rosenheim te bezoeken, waar Maria is verbeeld. Dit zijn onder meer Kirche Sankt-Joseph (1619), Heilig-Geist-Kirche (1449), Kirche Heilig Blut (1508) en Rossackerkapelle (1737). De Spitallkirche Sankt-Joseph (ziekenhuiskerk) uit 1691 laat oude beelden zien, welke staan achter een zwaar traliewerk.
Geplaatst: december 2019.
Laatst gewijzigd: 21 februari 2024
~~~