BANNEUX-N.D.
GESCHIEDENIS
De naam Banneux Notre-Dame, ontstaat in de Eerste Wereldoorlog. De inwoners van het dorpje Banneux voegen aan de naam van hun plaats “Notre-Dame” toe. Dit gebeurt na een belofte aan Maria om hen bescherming te bieden in de oorlog en Maria heeft voor de gevraagde dekmantel gezorgd. Vervolgens is deze belofte in daden omgezet. Banneux is dan geworden Banneux Notre-Dame of Banneux N.D.
Maria verschijnt aan Mariette Beco (1921-2011). Zij is het oudste kind van het arm gezin Beco. Vader, moeder en hun zeven kinderen wonen in een bescheiden huis net buiten de bebouwde kom van het dorp. Mariette helpt haar moeder in het huishouden onder meer door te koken en te wassen. Ook zorgt zij voor haar broers en zussen. De kinderen zijn niet streng katholiek opgevoed. In 1933 verschijnt Maria 8 keer aan Mariette Beco in de periode van 15 januari tot en met 2 maart. De zieneres is dan 11 jaar. Maria maakt zich bekend als de “Maagd der Armen”. Deze naam heeft een bijzondere betekenis door het verwijzen naar de crisisjaren vóór de verschijningen. Het is dan arm zijn door het beschikken over geen of heel weinig geldmiddelen. Arm kan ook van toepassing zijn op aandacht en zorg voor elkaar. Maria toont zich meelevend! De bezoeken van Maria zijn er als in Europa dictatoriale regimes ontstaan, zoals in Duitsland. De ontmoetingen tussen Maria en Mariette vinden plaats aan de rand van het dorp, vlakbij de woning van het gezin Beco. Maria zegt onder meer: “Steek uw handen in het water.”, “Deze bron is Mij voorbehouden.”, “Ik ben de Maagd der Armen.”, “De bron is voor alle naties.”, “Voor de zieken.”, “Ik zal voor u bidden.”, “Ik zou een kleine kapel willen.”, “Ik kom het lijden verlichten”, “Bidt veel.”, “Ik ben de Moeder van de Verlosser, Moeder van God” en “Tot weerziens.”
Op 15 januari 1933 om 19.00 uur zit Mariette bij het raam. Zij waakt bij haar zieke broertje. Ineens ziet zij een mooie Dame, in de tuin van het huisje van het gezin Beco, in het licht staan. De Verschijning wenkt haar naderbij te komen. Mariette begrijpt het niet. Zij wil naar buiten gaan, maar haar moeder staat dat niet toe.
Drie dagen later, 18 januari 1933, om 19.00 uur is de tweede verschijning. Mariette gaat naar buiten en haar vader volgt haar. Hij ziet Mariette knielen en bidden. Iets later staat Mariette op en wandelt verder. Zij volgt de weg die de Verschijning haar wijst. Mariette gaat driemaal op de knieën en komt bij een kleine bron. Dan knielt ze en de Verschijning vraagt haar de handen in het water te steken. Zij hoort de Verschijning zeggen: “Deze bron is mij voorbehouden. Goede avond. Tot ziens”.
De volgende dag, 19 januari 1933, weer rond 19.00 uur gaat Mariette naar buiten om te bidden. Twee mensen zijn getuigen. Na even bidden, strekt Mariette de armen uit en zegt: “Ooh, daar is Zij!” Mariette vraagt: “Wie bent U, mooie Dame?” De Verschijning zegt: “Ik ben de Maagd der Armen.” Mariette gaat naar de bron en hoort de Maagd der Armen zeggen: ” Deze bron is voor alle volkeren bestemd om de zieken te verlichten.”
De vierde verschijning is op 20 januari 1933. Omstreeks 18.45 uur gaat Mariette naar buiten en 20 wachtende belangstellenden voegen zich bij haar. Mariette knielt en ziet de glimlachende Verschijning. Mariette vraagt Haar: “Wat verlangt U, mooie Dame?”. De Dame antwoordt met: “Ik zou een kapelletje willen.” Daarop opent de Verschijning de armen en strekt deze helemaal uit. De verschijning wordt de andere dag weer verwacht, 21 januari 1933, maar komt niet. Ook in de daarop volgende dagen komt de “mooie Dame” niet.
Op 11 februari 1933 knielt Mariette in de tuin van het ouderlijk huis. Zes belangstellenden kijken toe. Vervolgens gaat zij naar de bron, knielt, steekt een hand in het water en maakt een kruisteken. Dan is het stil. Maria verschijnt voor de vijfde maal. Mariette hoort de Mooie Dame zeggen: “Ik kom het lijden verlichten. Tot weerziens.” Mariette zegt als reactie tweemaal: “Dank U”. Zij begrijpt het woord “verlichten” niet en later op de dag legt haar vader dit uit.
Bij de zesde verschijning op 15 februari 1933 bidt Mariette met enkele mensen en voor het eerst is haar moeder daarbij aanwezig. Ineens staat de Verschijning voor Mariette. Op verzoek van de kapelaan vraagt zij aan Maria om een teken. Maria zegt: “Geloof in Mij. Ik zal in U geloven.” Vervolgens vertrouwt Maria haar een geheim toe. Zij verdwijnt met te zeggen: “Bid veel, tot weerziens.” Het geheim is nooit bekend gemaakt.
Op 20 februari 1933 is de zevende verschijning. Mariette bidt en valt op de knieën. Vervolgens bidt zij sneller en vuriger. Mariette gaat naar de bron, knielt, bidt, zwijgt en huilt. Maria zegt: “Mijn lief kind, bid veel …tot weerziens.”
Op 2 maart 1933 regent het veel en hard. Mariette bidt onder een paraplu met 5 belangstellenden. Na lang te bidden stopt de regen. Dit is de dag van de achtste en laatste verschijning. Maria zegt: “Ik ben de Moeder van de Verlosser, Moeder van de Zoon van God. Bid veel.” Maria kijkt bedroefd en zegt weer: “Bid veel.” Hierna spreekt Maria het afscheidswoord “Adieu” (vaarwel) en Zij zegent Mariette. Mariette begrijpt dat dit de laatste verschijning is, want de vorige keren heeft Maria steeds gezegd: “Tot ziens.”
Maria verschijnt op de plaats waar later de Verschijningskapel is gebouwd. Dit is zo’n 8 meter verwijderd van het huis van het gezin Beco, waar het bos begint. De Maagd der Armen legt de weg van de verschijningsplaats nabij het huis van Beco naar de Bron viermaal af om Mariette naar deze plek te leiden.
De kapelaan van Banneux, Louis-Marie Jamin, trekt veel op met Mariette Beco, maar eerst heeft hij twijfels omtrent de verschijningen. Deze bedenkingen verdwijnen als Maria, via Mariette, aan hem zegt: “Geloof in Mij. Ik zal in u geloven.” Na dit te hebben vernomen, staat hij pal achter de zieneres. Hij hoopt op een tweede Bernadette. Later begrijpt hij dat Mariette anders is dan Bernadette Soubirous van Lourdes.
Na de verschijningen wordt Mariette Beco meermaals onderworpen aan allerlei testen. Dokters en psychiaters onderzoeken haar, maar zij vinden geen enkel spoor van hysterie of leugenachtigheid.
De Verschijningskapel is gebouwd in de tuin van het huis van het gezin Beco, namelijk op de plaats van de verschijningen. Naast deze kapel staat het woonhuis van het gezin. De inhuldiging van de kapel is op 15 augustus 1933 en dit is vrij kort na de verschijningen. Vanaf het begin is de bescheiden Verschijningskapel te klein voor het aantal pelgrims. Het gevolg is, dat in 1937 een Esplanade wordt aangelegd.
In 1938 is de eerste Hospitaliteit gebouwd. Gezien het toenemend aantal bezoekers aan Banneux is een tweede Hospitaliteit gerealiseerd in 1993.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog is het Heiligdom het onthaalcentrum voor arme slachtoffers van het oorlogsgeweld. Deze mensen komen uit de regio van Luik.
Zowel in 1942, als in 1947 uit Louis-Joseph Kerkhofs (1878-1962), bisschop van Luik (1927-1961)zijn erkenning van de diensten in Banneux ter ere van de Maagd der Armen. Op 22 augustus 1949 bevestigt de bisschop het bovennatuurlijke karakter van de gebeurtenissen en erkent hij de echtheid van de verschijningen aan Mariette Beco. Het Vaticaan volgt dit in 1952.
In het Heiligdom staat de kapel van Sint-Michaël, patroon van Duitsland. Dit gebedshuis kent een Duitse oorsprong. Konrad Adenauer (1876-1967), de Duitse Bondskanselier, wil de eenheid en vrede tussen volkeren bevorderen. Hij ontvangt van de kapelaans van Banneux, Georg Jacob en Louis-Marie Jamin, een beeld van de Maagd der Armen. In Rhöndorf, het geboortedorp van Adenauer, op zo’n 20 kilometers onder de stad Bonn, staat een kapel. Deze bidplaats is toegewijd aan de Maagd Maria. Tijdens de Tweede Wereldoorlog komen de dorpbewoners in deze kapel bidden voor de krijgsgevangenen van alle naties. In Banneux is een kopie van deze kapel gebouwd, als gift van Duitse bedevaarders. Deze gave is een teken van verzoening na de gruwelijke oorlogsjaren. Op 19 april 1960 is de eerste steen gezegend door de zoon van de Bondskanselier, Monseigneur Paul Adenauer.
Wat verder op het Heiligdom, achter de Esplanade, staat de kerk “Maagd der Armen”. In 1984 is deze in gebruik genomen.
Op 21 mei 1985 komt paus Johannes-Paulus II naar Banneux. De paus bidt in de Verschijningskapel. Ook gaat hij naar de Bron en steekt de handen in het water. Op deze dag zijn er meer dan 100.000 belangstellenden in het Heiligdom, waaronder mindervaliden, zieken, leden van de Duitstalige gemeenschap en zigeuners.
Mariette Beco heeft langdurig en veelvuldig verwijten moeten horen. Er is laster over haar verteld en haar privéleven is besmeurd. Zij is ook meermaals bespot en gepest. Een reden is, dat zij niet in het klooster is gebleven. Mariette is er even geweest, maar het kloosterleven staat haar niet aan. Een andere reden is, dat zij een huwelijk aangaat. Een tweede Bernadette Soubirous is zij niet; zij blijft Mariette Beco.
Mariette Beco overlijdt in 2011 op 90-jarige leeftijd in het rusthuis “Hôme de la Vierge des Pauvres”, dat genoemd is naar de verschijningen in Banneux.
BEDEVAARTSOORD
In Banneux verschijnt Maria 8 keer aan Mariette Beco en wel in 1933 op 15, 18, 19 en 20 januari, 11, 15 en 20 februari en voor het laatst op 2 maart. Onze-Lieve-Vrouw spreekt niet veel. Wel geeft Zij antwoorden op vragen van Mariette. Daarnaast zegt Maria driemaal: “Bid veel.” Jaarlijks komen vele duizenden naar Banneux. Het aantal bezoekers bedraagt zo’n 220.000 per jaar. Nog steeds wordt hier veel gebeden. Mariette ziet zichzelf als een doorgeefster van de woorden van Maria. Na het doorgeven van de woorden is het voor haar gedaan en wil en kan zij niet nog meer informatie geven.
De naam van het plaatsje Banneux heeft de betekenis van “banale”. Dit staat voor een gebied dat door arme mensen mag worden gebruikt. In 1933 zegt Maria, dat Zij de Maagd der Armen is. Zij plaatst zich tussen de arme mensen en uit haar solidariteit met hen. Dit geeft blijk van het uiten van bescheidenheid en hierbij past het dat Maria vraagt om een kleine kapel.
In de Verschijningskapel staat een groot, indrukwekkend drieluik tegen de achterwand. Het is van schilder Leon Jamin en hij is een oom van de kapelaan, die van grote waarde is om de verschijningen erkenning te laten verkrijgen.
Door het toenemend aantal bedevaartgangers is er nood aan een grote ruimte om hen te ontvangen voor het bijwonen van vieringen. Het gevolg is de komst van de grote kerk met de naam “de Maagd der Armen”. De capaciteit van deze kerk is enorm en dit Godshuis biedt plaats aan 5000 pelgrims.
Naast de kapel van de Heilige Michaël begint de Kruisweg. Er zijn hier 16 kruiswegstaties, inclusief “het Laatste Avondmaal” en “de verrezen Heer”. Alle staties zijn gevormd door kleine glasramen.
In het Heiligdom staan heel wat heiligenbeelden. Al deze beeltenissen staan in een bijzondere relatie tot Maria of armen. Beelden zijn onder meer Onze-Lieve-Vrouw van Walsingham, de zegende Maagd en de Heilige Bernadette. In het Heiligdom, aan het begin van de Esplanade, staat een groot Mariabeeld van meer dan 2 meter hoog. Dit beeld stelt voor de zegenende Lieve-Vrouw. De beeltenis is gemaakt uit marmer van de Italiaanse streek Carrara. Dit beeld is geschonken door Italiaanse pelgrims en is in 1999 ingezegend. Vele pelgrims staan stil bij dit Mariabeeld.
BEREIKBAARHEID
Het plaatsje Banneux N.D. ligt ruim 20 kilometers onder Luik. Op de snelweg van Luik naar Luxemburg, de E25, is het afslag 45 nemen bij Sprimont. Vervolgens de richting Louveigne/Banneux-ND volgen.
Adres:
Banneux Notre-Dame,
Rue de l’Esplanade 57,
B 4141 Banneux N.D.
Voor meer informatie is de webstek: www.banneux-nd.be te bezoeken. Deze geeft de nodige info in 5 talen, namelijk in het Duits, Engels, Frans, Italiaans en Nederlands.
BELEVING
Ik sta bij de eenvoudige woning van het gezin Beco. Naast mij, aan de rand van het bos, is Maria verschenen. Op deze plaats zie ik nu de Verschijningskapel staan. Hier heeft Mariette Beco “een dame” in de tuin waargenomen. Wat is dit bijzondere grond. Ik hoor dat het huis, sinds de verschijningen in 1933, niet is veranderd. In feite is Maria hier aan huis geweest. Ik sta dus op een historierijke, Mariale plek.
In de kleine Verschijningskapel ben ik op de plaats waar Maria is verschenen. Ik zie de grote afbeelding voor me. Dit is het waar gebeurde. Hier heeft Maria haar Moederhart geopend. Volgens mij doet Zij dit ook voor de vele pelgrims, die hier op bedevaart komen. Ik voel dit hier heel sterk en het lijkt dat ik in het grote kunstwerk als getuige aanwezig mag zijn.
Op weg naar de Bron zie ik drie tegels liggen met het wapen van Banneux erop verwerkt. Deze tegels duiden de plekken aan waar Mariette Beco heeft geknield, als zij Maria volgt op weg naar de Bron. Ik merk dat pelgrims bij elke tegel met de knieën aan de grond komen.
Bij de Bron van “Levend Water” is het een drukte van belang. Het lijkt wel dat iedereen hier tegelijk wil zijn. Mensen knielen, bidden, maken handen en gezicht nat met het water en leggen bloemen bij het Mariabeeld. Hier heeft Maria Mariette naartoe geleid. Daarna heeft Zij dit met velen gedaan en nu ook met mij.
In het Heiligdom hoor ik behalve Frans en Nederlands, ook veel Duits. Het valt me op, dat de Duitse betekenis best groot is in Banneux. Dit wordt nog sterker als ik bij de kapel van de Heilige Michaël kom en verneem van het ontstaan van dit gebouw. In dit godshuis is het speciaal bidden tot Maria voor de vrede onder de naties.
Ik vind dat het heiligdom van Banneux meer en meer verbanden legt naar andere landen. Zo zijn er in de 21e eeuw kapelletjes geplaatst met verwijzingen naar het geloof in Maria in landen als Engeland, Filipijnen, Korea, Kroatië en Vietnam. Ook is er een monument opgericht ter nagedachtenis van Seyfo 1915. Er heeft in dat jaar een volkerenmoord op Syrische christenen in Assyrië door Turken plaatsgevonden.
In het bedevaartsoord is in de 21e eeuw ook een beeld geplaatst van de voor de armen werkende, alom bekende, Moeder Teresa (1910-1997). Een beeltenis staat er ook van de Libanese maroniet, de populaire heilige Charbel Makhlouf (1828-1898). Door deze initiatieven werkt het Mariaheiligdom aan het verwerven van een nog sterkere positie in België.
Opnieuw maak ik een ronde door dit mooie mariale oord. Mijn gedachten zijn weer bij Mariette Beco. Wat heeft zij vervelende tijden moeten doorstaan. Velen hebben haar graag de weg zie gaan van Bernadette Soubirous van Lourdes. Echter, Mariette is zo anders en zij heeft zich niet laten dwingen. Hoon, spot en laster vallen haar ten deel, als zij niet definitief het klooster ingaat en nadien in het huwelijk treedt. “Goed dat je jezelf bent gebleven, sterke meid.”, flitst het door mijn hoofd.
Op de Esplanade kom ik bij het grote, marmeren beeld van de zegenende Maagd der Armen. Maria zegent een ieder die hier komt. Ook ik laat me hier zegenen …
Meermaals heb ik het heiligdom in Banneux bezocht, want het is voor mij een bijzondere, spirituele bedevaartplaats. De kleinschaligheid van het bedevaartsoord zorgt voor een intieme sfeer. Hierdoor krijg ik steeds het fijne gevoel dichtbij Maria te zijn. Dit is wel typerend voor een kleiner Mariaal-oord. Het is hier mogelijk om met grote toewijding te bidden. In Banneux voel ik me in dialoog met Maria en dit geeft mij kracht om in mijn omgeving een steentje te kunnen bijdragen aan het werk dat ik in dienst van Haar verricht. Ik doe er dan ook goed aan hier te komen.
Geplaatst 8 september 2019
Laatst bijgewerkt: 17 november 2024
~~~