GESCHIEDENIS
In de periode 16 mei 1954 tot en met 16 januari 1955 zijn er negen verschijningen van Maria aan Carlos Alberto da Silva Delgado (1946-1980). Enkele dagen vóór 16 mei 1954 ziet de dan 11-jarige Carlos een vreemde, lichte wolk op het dak van het ouderlijk huis. Dit lijkt op de verschijning in het Franse Pontmain van 1871.
In de middag van 16 mei 1954 studeert Carlos met andere klasgenoten voor een examen in het huis van de lerares. Deze behulpzame vrouw assisteert de leerlingen ook in het weekeinde als zij hulp nodig hebben bij hun studie. Carlos vertelt over de wolk die hij heeft gezien, maar de medeleerlingen en de lerares vinden dat hij fantaseert. Later in de middag gaat Carlos naar huis. Hij hoort het ruisen van de takken van de bomen. Kijkt omhoog en ziet drie takken bewegen. Ook valt zijn blik op de wolk, die hij eerder heeft gezien. Op deze wolk staat Maria. Hij vindt haar een schoonheid. Ineens wordt Carlos bang en rent weg. Maria zegt hem niet bang te zijn en dat Zij de Moeder van de Verlosser is. Hierop kalmeert de jongen en hij gaat terug naar de plaats waar Maria staat. Onze-Lieve-Vrouw zegt dat hij zich moet toeleggen op de studie en vaak moet bidden. Hij hoort dat Zij op deze plaats terugkomt op elke 16e van de maand en dit voor de komende 8 maanden.
Carlos vertelt over zijn visioen en velen hebben hiervoor belangstelling. Slechts een enkeling twijfelt aan zijn oprechtheid. De lokale overheid vindt zijn verhaal hoogst merkwaardig. Carlos wordt ondervraagd door de politie en geeft antwoorden. Vervolgens wordt hij aan een psychisch onderzoek onderworpen. De uitslag hiervan is dat de tiener mentaal gezond blijkt te zijn.
Op de 16e van de volgende maanden verschijnt Maria weer en er komen steeds meer belangstellenden. Onze-Lieve-Vrouw vraagt Carlos te bidden, de 10 geboden te eerbiedigen en goed te doen.
Bij elke verschijning zien de aanwezigen ongebruikelijke lichten aan de hemel, waaronder een bewegende zon.
De overheid en de kerk willen alle aandacht voor het bedevaartsoord te Fatima, dat zo’n 50 kilometer van Asseiceira ligt. Aan een verschijningsplaats te Asseiceira hebben zij geen enkele behoefte. Alle verzamelde bewijzen en ingevulde formulieren worden door de overheid vernietigd. Manuel Gonçalves Cerejeira (1888-1977), kardinaal (1929-1977), patriarch van Lissabon (1929-1971), en António de Oliveira Salazar (1889-1970), Portugese premier (1932-1968) zijn bevriend en trekken gezamenlijk op tegen hetgeen gebeurt in Asseiceira. Zij zorgen er ook voor dat in de media geen meldingen worden gedaan over de verschijningen in Asseiceira.
Bij de verschijning van 16 oktober 1954 heeft de republikeinse, nationale garde blokkades opgeworpen op alle wegen naar Asseiceira. Dit stopt de pelgrims niet, want zij komen over de velden naar het dorp.
In de nacht naar 16 december 1954 zijn er vele lichtjes in de lucht te zien. In de ochtend van 16 december zijn toegangswegen naar het dorp afgezet en politieagenten en militairen zien toe dat niemand naar de plaats van de verschijningen gaat. De mensen worden door hen bedreigd als zij naar de bewuste plaats gaan en vervolgens gearresteerd. Aanwezigen zien de zon op een ongewone wijze bewegen en kondigt de komst van Maria aan. Zo’n 40.000 mensen komen naar het dorp en de ordehandhavers zien zich niet slagen in hun opdracht. De duizenden belangstellenden gaan naar de plaats van de verschijning. Zij bidden en gedragen zich vreedzaam. De politieagenten en militairen beseffen dat zij niet tegen de onvoorstelbaar grote groep gelovigen kunnen optreden. Zij leggen de wapens neer. Vervolgens komt Maria en Zij is vergezeld door engelen.
De laatste verschijning van Onze-Lieve-Vrouw is op 16 januari 1955. Maria spreekt tot Carlos en zegt hem de rozenkrans te bidden, de 10 geboden te eerbiedigen en goed te doen. Maria zegt hem dat hij vader van 2 kinderen wordt, namelijk een zoontje en een meisje. Carlos hoort Maria ook vertellen dat hij jong sterft en dat gebeurt ook met zijn zoon.
Kardinaal Cerejeira verbiedt samenkomsten op de plaats van de verschijningen. Mensen die daar toch komen worden geëxcommuniceerd en dit betekent uit de kerkelijke gemeenschap gestoten.
Carlos maakt de school af, gaat werken en trouwt in het najaar van 1968. De priester van de parochie weigert de kerkelijke huwelijksvoltrekking, zolang Carlos vasthoudt aan de verschijningen. Carlos is standvastig en geeft aan de druk van de priester niet toe. Het gezin krijgt twee kinderen, maar de kinderen mogen niet gedoopt worden van de kerkelijke autoriteit.
De woorden van Maria van 16 januari 1955 worden werkelijkheid. Het gezin krijgt twee kinderen; een zoontje en een meisje. In 1980 zijn Carlos en zijn zoon betrokken bij een auto-ongeluk. Carlos overlijdt op weg naar het ziekenhuis en zijn zoon sterft 6 maanden nadien. De priester van de parochie weigert de uitvaartmis van Carlos te doen. De kist met Carlos wordt gebracht naar de plaats van de verschijningen. Daarbij zijn duizenden mensen aanwezig om te bidden voor zijn zielenrust. Op die dag gebeurt een zonnewonder, zoals op 16 december 1954. Dit bewijst dat Carlos met Onze-Lieve-Vrouw van de Verlosser heeft gesproken.
Later wordt het verbod om de plaats van de verschijningen te bezoeken ingetrokken en ook de dreiging van excommunicatie bij het bezoeken aan de plaats van de verschijningen verdwijnt. Bidden en aanbidden op de mariale plaats zijn vanaf dan toegestaan door de kerkelijke autoriteit.
Op 16 mei 2019, 65 jaar na de dag van de eerste verschijning in 1954 van Onze-Lieve-Vrouw aan Carlos Alberto Delgado, is een groot Mariabeeld onthuld. Dit gebeurt op een nieuw aangelegd plein, waar de verschijningen zijn geweest.
BEDEVAARTSOORD
Het dorp Asseiceira telt zo’n 1200 inwoners en in het midden van de plaats is het bedevaartsoord. Het oord omvat met name een kapel op een plein en dit gebedshuis is toegewijd aan “Nossa Senhora do Redentor” (Onze-Lieve-Vrouw van de Verlosser).
Op het plein voor de kerk staat een groot Mariabeeld, dat bezoekers welkom heet.
Centraal in de kapel staat een grote beeltenis van Onze-Lieve-Vrouw. Daarbij is er zitgelegenheid. Bezoekers kunnen hier zittend bidden.
Nog meer beelden van Maria zijn er te zien, zoals beeltenissen van Maria met een witte sluier een een met een blauwe mantel.
Een grote beeltenis toont Maria met een lange, witte sluier om. Rond Haar zijn vele foto’s geplaatst van overledenen. De mooie beeltenis staat op een drager en is dus een processiebeeld.
Bij een ander beeld van Onze-Lieve-Vrouw zie ik de gekroonde Maria met een blauwe mantel aan en om haar heen zijn ex voto’s gelegd.
Achter de kapel kunnen kaarsen branden en worden devotionalia aangeboden.
BEREIKBAARHEID
De plaats Asseiceira behoort tot de gemeente Rio Maior en ligt niet zo ver van de bedevaartplaats Fatima.
Het “Santuário de Nossa Senhora da Asseiceira” is gelegen aan een plein in het midden van het dorp.
Adres: Largo de Nossa Senhora, 2040-481 Asseiceira.
Actuele info bij de Dienst voor Toerisme: www.turismoriomaior.pt.
BELEVING
In het midden van het plaatsje Asseiceira kom ik bij een plein dat vernoemd is naar Onze-Lieve-Vrouw.
Op die plaats staat de kapel en zie ik een groot beeld van Maria staan en daaronder een foto van de ziener Carlos met de tekst verwijzend naar 65 jaar geleden dat de eerste verschijning in 1954 heeft plaatsgevonden.
Vervolgens ga ik de kapel in en zie bezoekers bidden. Tegen de wand zijn herinneringen bevestigd die mijn gedachten naar de tijd van de verschijningen brengen.
Iets later sta ik voor het schitterende Mariabeeld in een glazen kast en is het moment gekomen te bidden.
Hier zijn nog meer mooie beeltenissen van Onze-Lieve-Vrouw te bewonderen.
In de kapel zie ik een prentje liggen met op de ene zijde een zwart-wit-afbeelding van de knielende, biddende Carlos. Aan de achterzijde staat een tekst in het Portugees. Door het vertalen van de woorden kom ik tot het volgende: “verschijningen van Onze-Lieve-Vrouw in Asseiceira – Rio Maior. Toen de lerares het examen van het vierde leerjaar afnam, adviseerde ze haar leerlingen Onze-Lieve-Vrouw om hulp te vragen bij de examens. Carlos Alberto, 11 jaar oud, ging elke dag bij een Mariabeeldje, vlakbij de school, naast enkele laurierbomen, zijn gebeden doen. Zo verstreek enige tijd, totdat op 16 mei 1954 Onze-Lieve-Vrouw in een laurierboom verscheen. Bij die vreemde en onverwachte belevenis werd Carlos bang en wilde wegrennen. Een lieve en tedere stem zie tegen hem: Wees niet bang, ik ben de Moeder van de Verlosser. Toen vroeg de Allerheiligste Maagd hem met grote toewijding te bidden, om vrede voor de wereld te vragen en iedereen verzoeken de geboden van de Wet van God te vervullen. De verschijningen vonden elke 16e plaats, tot in januari 1955. Hij werd geboren in 1942 en overleed in 1980. Op deze heilige plaats wordt elke dag de rozenkrans gebeden en iedere 16e van de maand is er om 14.00 uur een processie gevolgd door de rozenkrans.”
Achter de kapel is de gelegenheid kaarsen aan te steken. Dan wil ik het winkeltje met devotionalia bezoeken, maar helaas is het gesloten.
Als ik terug naar de kapel ga en plaatsneem, gaan gedachten naar de tijden van en na de negen verschijningen. Wat is Carlos gedwarsboomd door de geestelijkheid! Met zijn intens geloof in Maria heeft hij zich staande weten te houden. Hij verdient groot respect en voor mij is hij een heilige.
OMGEVING
Vertrekken uit het heiligdom van Fatima om naar Asseiceira te gaan betekent 71 km naar het zuiden reizen.
Van Lissabon naar Asseiceira houdt in 76 km naar het noorden gaan.
Van het bedevaartsoord Peniche naar dat van Asseiceira is 48 km naar het oosten gaan.
Reizen van Porto naar Asseiceira is 258 km zich naar het zuiden begeven.
Geplaatst: 6 januari 2025
~~~